Treinramp bij Harmelen

Treinramp bij Harmelen
Spoorwegongeval
Ravage op de plaats van de ramp
Overzicht
Datum 8 januari 1962
Tijdstip 9.19 uur
Type ramp Frontale botsing
Oorzaak Fout van de machinist door dichte mist; vertraging
Locatie Vlag van Nederland Harmelen, Nederland
Coördinaten 52° 6′ NB, 4° 57′ OL
Aantal treinen 2
Doden 93
Gewonden 52
Betrokken trein(en)
Treintype Sneltrein 164
Route LeeuwardenRotterdam
Passagiers ca. 900
Treintype Stoptrein 464
Route RotterdamAmsterdam
Passagiers ca. 180
Treinramp bij Harmelen (Utrecht)
Treinramp bij Harmelen
Portaal  Portaalicoon   Verkeer & Vervoer
Rijtuigen van de sneltrein
Restanten van de locomotief en het eerste rijtuig van de sneltrein

De treinramp bij Harmelen vond plaats op maandag 8 januari 1962 om 9.19 uur nabij het Utrechtse dorp Harmelen gelegen aan de spoorlijn Utrecht - Woerden. Bij de botsing tussen twee reizigerstreinen vielen 93 doden en 52 gewonden, waarmee dit de grootste treinramp uit de geschiedenis van de spoorwegen in Nederland is. Het ongeluk werd aangemerkt als nationale ramp. Vrijdag 12 januari 1962 werd als dag van nationale rouw afgekondigd en de Hilversumse radiozenders brachten ook de tussenliggende dagen alleen ernstige muziek en aangepaste programma's ten gehore.

Hoewel dit ongeluk bekend bleef als de treinramp bij Harmelen, vond het plaats bij de buurtschap De Putkop, op het grondgebied van de toenmalige buurgemeente Kamerik.[1] Op 9 januari 1962 werd het overlijden van 82 slachtoffers ingeschreven in het overlijdensregister van de gemeente Kamerik, op 10 januari 1962 dat van vijf slachtoffers. Als aangever in alle overlijdensakten trad de adjudant van de Rijkspolitie Aart Dirk Viezee op.[2]

Betrokken treinen en omstandigheden[bewerken | brontekst bewerken]

Bij het ongeval waren twee treinen betrokken. De eerste was stoptrein 464 (RotterdamGoudaWoerdenBreukelenAmsterdam). Deze trein vertrok om ± 9.15 uur uit Woerden met naar schatting 180 reizigers aan boord. De trein bestond uit twee treinstellen (700 en 297), in totaal zes rijtuigen (van Mat '46).

De andere betrokken trein was sneltrein 164 (LeeuwardenZwolleAmersfoortUtrecht CSRotterdam) met circa 900 inzittenden (locomotief 1131 en 11 rijtuigen, voor het merendeel plan E en Mat '24 rijtuigen[3]).

Op het moment van de ramp hing er een dichte mist in de polder waar de spoorlijn van Breukelen naar Woerden gelijkvloers aansloot op de lijn van Utrecht naar Woerden. Ten tijde van het ongeluk werden al proeven gedaan met het treinbeïnvloedingssysteem ATB, maar dit was nog niet ingebouwd op het spoor bij Harmelen of in een van de betrokken treinen.

Tijdlijn[bewerken | brontekst bewerken]

9.14:

  • De sneltrein komt niet voorbij in Harmelen Aansluiting wegens 6 minuten vertraging.
  • De treindienstleider stelt voor de stoptrein een rijweg in van Woerden richting Breukelen, want de sneltrein heeft zich nog niet gemeld.

9.18:

  • De stoptrein rijdt het laatste sein voor Harmelen Aansluiting voorbij om daar gelijkvloers de aftakking naar Breukelen te berijden.
  • De sneltrein komt in de buurt van Harmelen Aansluiting en meldt zich automatisch bij de treindienstleider.
  • De sneltrein rijdt met 125 km/u het gele sein voorbij dat op remwegafstand voorafgaat aan het rode sein voor de splitsing. De machinist merkt, waarschijnlijk door de dichte mist, dit gele sein niet op.

9.19:

  • De machinist van de sneltrein ziet het rode sein, zet een remming in, maar kan niet voorkomen dat hij met 107 km/u vrijwel frontaal in botsing komt met de stoptrein.

Gevolgen[bewerken | brontekst bewerken]

Sneltrein 164[bewerken | brontekst bewerken]

De locomotief wordt bij de botsing naar rechts geworpen en het eerste rijtuig van de stoptrein en de sneltrein schuiven in elkaar. De volgende vier rijtuigen van de sneltrein ontsporen en schampen de stoptrein. De overige zes rijtuigen van de sneltrein blijven in het spoor.

Stoptrein 464[bewerken | brontekst bewerken]

Het eerste rijtuig van het vierdelige treinstel wordt volkomen vernield door het naar binnen schuiven van het sneltreinrijtuig. Het tweede rijtuig wordt aan de zijkant opengereten, het derde rijtuig wordt gemangeld tussen het eerste rijtuig en de rijtuigen van de schampende sneltrein. Het laatste rijtuig van het vierwagenstel en het gehele tweewagenstel blijven (hoewel beschadigd door de snelle stop) in het spoor.

Afvoer materieel[bewerken | brontekst bewerken]

Van het bij de botsing betrokken materieel wordt de vernielde locomotief 1131 voor sloop afgevoerd, evenals twee getrokken rijtuigen (B 5710 en A 6544). Het vernielde treinstel 700 werd ter plekke gesloopt.[4]

Slachtoffers[bewerken | brontekst bewerken]

91 mensen, onder wie de beide machinisten, kwamen direct om het leven. 54 anderen raakten zwaargewond. Twee van hen overleden later in het ziekenhuis, de laatste pas enkele weken na de botsing. Het totaal aantal dodelijke slachtoffers kwam daarmee op 93. De slachtoffers werden opgebaard in de Buurkerk van Utrecht.[5]

Nasleep[bewerken | brontekst bewerken]

Onderzoek[bewerken | brontekst bewerken]

Er werd een groot openbaar onderzoek begonnen door de Spoorwegongevallenraad. Ook de nieuwe NX-installatie van de treindienstleiderspost in Woerden werd onderzocht op technische storingen. Men heeft ter plaatse vastgesteld dat het "gemiste" gele sein daadwerkelijk geel licht uitstraalde en het laatste sein voor Harmelen vanaf Utrecht rood licht. De snelheidsmeterband van de locomotief van de sneltrein toonde aan dat de machinist niet is begonnen met remmen na het gele sein. Bij waarneming van het rode sein is hij wel begonnen met remmen, maar zijn snelheid van 125 km/u was te hoog om vóór de wissel, waarover de stoptrein reed, tot stilstand te komen.

Proces[bewerken | brontekst bewerken]

De rechtbank, die onder grote publiciteit deze zaak behandelde, werd uitgebreid met deskundigen op het gebied van de spoorwegtechniek.

Maatregelen[bewerken | brontekst bewerken]

De huidige fly-over vlak bij de plek van de ramp
De huidige fly-over vlak bij de plek van de ramp

Naar aanleiding van dit ongeval is invoering van de automatische treinbeïnvloeding (ATB) in Nederland versneld: 25 jaar later was het grootste deel van het spoorwegnet voorzien van ATB. Een tweede veiligheidsverhogende maatregel die men sindsdien toepast, is dat seinen die op remwegafstand voor splitsingen, bruggen en andere gevaarpunten buiten stations staan, worden voorafgegaan door reflecterende gele bakens.

In de jaren 90 is bij Harmelen een fly-over gebouwd, waardoor het gelijkvloers kruisen tot het verleden behoort.

Monument[bewerken | brontekst bewerken]

Monument voor de slachtoffers

Op 8 januari 2012 werd door Pieter van Vollenhoven een monument onthuld voor de slachtoffers van de ramp, die zich op die dag precies vijftig jaar geleden had voltrokken. Ries van Leeuwen was de coördinator voor het plaatsen van het monument. De organisatie van de onthulling was in handen van het Dorpsplatform Harmelen.

Het monument is een ontwerp van de Kamerikse kunstenaar Taeke de Jong en de steenhouwer was Maurice van Dam uit Woerden. De vader van Taeke de Jong was als gemeentearts van Harmelen betrokken bij de identificatie van de slachtoffers.[5]

Het ontwerp bestaat uit twee hardstenen platen van twee meter hoog die scheef ten opzichte van elkaar staan en waarop de 93 namen van de omgekomenen staan. Tussen de platen door is de plek des onheils te zien. Een rode hardstenen sokkel, met daarop een corpus zonder hoofd, zonder armen en met halve benen, dat de slachtoffers verbeeldt, staat iets voor de platen in het midden. Op de voorkant van het monument een plaket met de datum van de ramp en het aantal slachtoffers.[5]

De snelheidsmeter van de locomotief, die een rol speelde in het onderzoek naar de oorzaak van de ramp, is in 2021 opgenomen in de collectie van het Het Spoorwegmuseum in Utrecht.[6]

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]

Literatuur[bewerken | brontekst bewerken]

  • Duin, Menno Joost van Van rampen leren : een vergelijkend onderzoek naar de lessen uit spoorwegongevallen, hotelbranden en industriële ongelukken (1992). Den Haag: Haagse Drukkerij en Uitgeversmij. ISBN 9071504158
  • Jongerius, R.T. Spoorwegongevallen in Nederland 1839-1993 (1993). Haarlem: Schuyt & Co. Deel 22 in de boekenreeks van de NVBS. ISBN 9060973410
  • Fictoor, Johannes Ter nagedachtenis Treinramp Harmelen, 8 januari 1962 (2008). (Johannes Fictoor is de zoon van de omgekomen machinist Piet Fictoor) Purmerend: Fictoor. ISBN 9789088345197
  • Janson, Ed De treinramp bij Harmelen (2011). Uitgave: Stichting Stichts-Hollandse Bijdragen SHB-37. ISBN 9789491229046

Externe links[bewerken | brontekst bewerken]

Zie de categorie Harmelen rail disaster on 8 January 1962 van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.