Stormvloed van 838

Tijdens de stormvloed van 838 loopt op 26 december een groot deel van het grondgebied van het huidige Noordwest-Nederland onder, toen behorend tot het Frankische Rijk. Er was geen sprake van grootschalige dijkaanleg, wel bestond er terpenbouw en waren er natuurlijke duinen.

De stormvloed wordt genoemd in twee onafhankelijke geschriften. Het eerste geschrift is afkomstig van de Franse bisschop Prudentius van Troyes. Het tweede geschrift dat melding maakt van deze stormvloed, komt uit de zogenaamde Annales Xantenses, een Karolingisch geschiedwerk. Beide melden grote overstromingen met als gevolg dat een groot aantal plaatsen werd verwoest.

In Oost-Friesland ontstond de Leybocht, een zeearm nabij de stad Norden.