Russische invasie van Oekraïne sinds 2022

Actuele gebeurtenis In dit artikel wordt een actuele gebeurtenis beschreven.
De informatie op deze pagina kan daardoor snel veranderen of inmiddels verouderd zijn.
Russische invasie van Oekraïne
Onderdeel van de Russisch-Oekraïense Oorlog
Kaart van Oekraïne 26 maart 2024
 Gebieden onder Oekraïense controle
 Door Rusland bezette gebieden
 Door Oekraïne heroverde gebieden
Datum 24 februari 2022 - heden
Locatie Oekraïne
Strijdende partijen
Vlag van Rusland Rusland
VR Donetsk
VR Loegansk

Steun:
Vlag van Iran Iran
Vlag van Noord-Korea Noord-Korea
Vlag van Syrië Syrië
Vlag van Wit-Rusland Wit-Rusland

Vlag van Oekraïne Oekraïne

Steun:
Vlag van de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie NAVO
Vlag van Europa Europese Unie
Vlag van Australië Australië
Vlag van Filipijnen Filipijnen
Vlag van Japan Japan
Vlag van Nieuw-Zeeland Nieuw-Zeeland
Vlag van Taiwan Taiwan
Vlag van Zuid-Korea Zuid-Korea

Leiders en commandanten
Vladimir Poetin
Vlag van Rusland Michail Misjoestin
Vlag van Rusland Sergej Sjojgoe
Vlag van Rusland Valeri Gerasimov
Denis Poesjilin
Leonid Pasetsjnik
Volodymyr Zelensky
Vlag van Oekraïne Denys Sjmyhal
Vlag van Oekraïne Oleksandr Litvinenko
Vlag van Oekraïne Roestem Oemjerov
Vlag van Oekraïne Oleksandr Syrsky
Vlag van Oekraïne Anatoli Barhylevytsj
Troepensterkte
Vlag van Rusland
1.330.000 krijgsmacht, reservisten en paramilitair[1]
Vlag van Oekraïne
500.000 (krijgsmacht), reservisten en paramilitair[1]
Verliezen
Vlag van Rusland
Volgens Rusland
(14 februari):

85.000 doden[2]
Volgens Oekraïne
(22 maart):

434.710 doden en gewonden[3]

Volgens westerse experts
(23 december):

315.000 doden en gewonden[1]


Materiële verliezen
Rusland:
Volgens Oekraïne
(22 maart):

6.840 tanks
26 schepen
325 helikopters
347 vliegtuigen
13.111 gepantserde voertuigen
10.775 kanonnen
8.388 drones[3]

Vlag van Oekraïne
Volgens Oekraïne
(25 februari):

31.000 doden[4]

Volgens Rusland
(21 september 2022):

100.000 doden en gewonden[5]
Volgens westerse experts
(23 december):

190.000 doden en gewonden[1]


Materiële verliezen
Oekraïne:
Volgens Rusland
(29 februari):

15.286 gepantserde voertuigen, waaronder tanks
575 vliegtuigen
267 helikopters
13.715 drones
8 schepen[6]

Aantal burgerslachtoffers volgens de OHCHR (24 februari):

>10.675 burgerdoden, 20.080 gewonden (reële cijfers zijn naar schatting aanzienlijk hoger)[7]

Aantal Oekraïense vluchtelingen wereldwijd geregistreerd volgens de UNHCR
(14 maart):

6.486.000 vluchtelingen[8]

Waarvan aantal binnen Europa geregistreerde Oekraïense vluchtelingen volgens de UNHCR
(14 maart):

5.982.900 Oekraïners sinds 28 februari 2022[8]

Portaal  Portaalicoon   Oekraïne

De Russische invasie van Oekraïne is een aanvalsoorlog die begon op 24 februari 2022, toen Rusland buurland Oekraïne vanuit meerdere kanten binnenviel in een grote escalatie van de Russisch-Oekraïense Oorlog die sinds 2014 gaande is.
De invasie veroorzaakte Europa's grootste vluchtelingencrisis sinds de Tweede Wereldoorlog. Wereldwijd zijn meer dan 6,4 miljoen Oekraïeners als vluchteling geregistreerd en raakten 3,7 miljoen Oekraïeners ontheemd.[9] De invasie verergerde de wereldwijde voedseltekorten.[10]

In 2021 begon Rusland met een aanzienlijke militaire troepenopbouw langs de grens met Oekraïne. Op 21 februari 2022 erkende de Russische president Vladimir Poetin de twee separatistische volksrepublieken Donetsk en Loegansk als onafhankelijke staten op Oekraïens grondgebied. Daarna stuurde hij met goedkeuring van het Russische parlement militairen naar deze gebieden onder het mom van een 'vredesmissie'.[11]

Op 24 februari 2022 kondigde Poetin vroeg in de ochtend een 'speciale militaire operatie' aan met als doel om Oekraïne te 'demilitariseren en denazificeren'.[12][13] Direct daarna ontploften er kruisraketten in Kiev en andere Oekraïense steden, gevolgd door een invasie van Russische grondtroepen vanuit Rusland, Wit-Rusland en de door Rusland bezette gebieden Donetsk en Loegansk.[14][15] Als reactie hierop kondigde de Oekraïense president Volodymyr Zelensky de staat van beleg en een algehele mobilisatie af.[16][17]

Russische troepen rukten op naar steden zoals Cherson, Marioepol, Soemy, Tsjernihiv, Charkov en de hoofdstad Kiev, waar ze geconfronteerd werden met hevig militair en lokaal verzet. Ze werden ook geconfronteerd met logistieke uitdagingen die hun voortgang belemmerden.[18] Na zware verliezen en het vastlopen van de opmars naar Kiev, trok het Russische leger zich op 8 april 2022 volledig terug uit de oblasten Kiev, Tsjernihiv en Soemy om de zuidelijke en oostelijke fronten te versterken tijdens de Slag om de Donbas.[19] Op 3 juli 2022 werd de oostelijke oblast Loehansk volledig door de Russen ingenomen.[20] Tegelijkertijd bleef Rusland ook ver van de frontlinie burgerdoelen bombarderen, zoals in Kiev,[21] Lviv[22] en Krementsjoek.

De internationale gemeenschap veroordeelde de invasie breed. Verschillende landen boden humanitaire, militaire en financiële hulp aan Oekraïne, maar directe militaire inmenging vond niet plaats, hoewel vrijwilligers uit verschillende landen zich bij het Oekraïense vreemdelingenlegioen voegden. Veel westerse landen legden sancties op aan Rusland, terwijl internationale bedrijven een boycot tegen Rusland en Wit-Rusland instelden. Wereldwijd vonden er protesten plaats, inclusief in Rusland, waar Russische demonstranten massaal werden gearresteerd en de repressie van onafhankelijke media door de Russische regering werd verscherpt.[23][24][25]

Op 25 februari 2022 spande Oekraïne een rechtszaak aan tegen Rusland bij het Internationaal Gerechtshof (ICJ) waarin het Rusland beschuldigde van het manipuleren van het begrip genocide om agressie te rechtvaardigen.[26] Op 16 maart 2022 eiste het ICJ eiste dat Rusland onmiddellijk alle militaire activiteiten in Oekraïne zou staken.[27] Op 17 maart 2023 vaardigde het Internationaal Strafhof (ICC) een arrestatiebevel uit tegen Poetin. Het hof houdt hem verantwoordelijk voor de oorlogsmisdaad van deportatie van vele duizenden kinderen uit bezet gebied in Oekraïne naar Rusland.[28]

In februari 2024 rapporteerde de Verenigde Naties (VN) dat de oorlog had geleid tot ruim 10.500 burgerdoden en ruim 19.800 gewonden.[7] Tegen december 2023 had Rusland 108.121 km² aan Oekraïens grondgebied bezet.[29]

Voorgeschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

Uitbreiding van de NAVO, uiteenvallen van de Sovjet-Unie en opheffing van het Warschaupact[bewerken | brontekst bewerken]

Zie Die Wende en Uiteenvallen van de Sovjet-Unie voor de hoofdartikelen over dit onderwerp.

Na de val van de Berlijnse Muur in 1989, rees al snel de vraag over de status van het NAVO-lidmaatschap van het herenigde Duitsland. De leider van de Sovjet-Unie, Michail Gorbatsjov, was tegen het lidmaatschap van voormalig Oost-Duitsland.[30] De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, James Baker, sprak in 1990 de historische woorden: 'De NAVO zal geen duimbreed (not one inch) naar het oosten opschuiven', wat op dat moment vooral voor Oost-Duitsland gold, aangezien uitbreiding van de NAVO naar andere landen destijds niet aan de orde was. President George H. W. Bush van de Verenigde Staten heeft een toezegging echter geblokkeerd en dat is ook duidelijk door Baker aan Gorbatsjov gecommuniceerd, zo is gebleken uit onderzoek door prof. Mary Elise Sarotte van de Johns Hopkins University. Gorbatsjov werd in die dagen veelvuldig gerustgesteld door diverse westerse gesprekspartners en na toezeggingen van financiële steun en de afspraak dat er geen buitenlandse NAVO-troepen zouden worden gelegerd in voormalig Oost-Duitsland, ging de Sovjet-Unie akkoord en werd Duitsland als geheel lid van de NAVO.[30]

Later maakte de opheffing van het Warschaupact in juli 1991, dat voormalige Oostbloklanden stonden te dringen om zich bij de NAVO te voegen. De mislukte Augustusstaatsgreep in Moskou in augustus 1991 en het daaropvolgende uiteenvallen van de Sovjet-Unie, maakten de buurlanden nerveus. Op 1 december 1991 stemde Oekraïne, de op een na machtigste republiek in de Sovjet-Unie, met een overweldigende meerderheid voor onafhankelijkheid. De mogelijkheid van een NAVO-lidmaatschap voor voormalige Sovjetrepublieken als de Baltische staten en Oekraïne werd voor het eerst serieus besproken.[30]

Hoewel de Russische president, Boris Jeltsin, een goede relatie had met de Amerikaanse president, Bill Clinton, kon hij de uitbreidingsplannen van de NAVO niet accepteren. Zowel de Franse president, Jacques Chirac, als de Duitse bondkanselier, Helmut Kohl, wilden liever geen haast maken met de uitbreiding uit bezorgdheid voor de reactie van Rusland, maar vonden geen gehoor in Washington.[30]

De Russische constitutionele crisis van 1993 waarin president Jeltsin tanks stuurde naar zijn opstandige parlementsleden en er in de straten van Moskou 187 doden vielen, alsmede de Russische inval van de naar afscheiding strevende deelrepubliek Tsjetsjenië in 1994 tijdens de eerste van twee opeenvolgende oorlogen die vele tienduizenden mensen het leven kostten, zorgden voor grote onrust in de regio.[30]

Na de ontbinding van de Sovjet-Unie onderhielden Oekraïne en Rusland nauwe banden en bleef Rusland Oekraïne beschouwen als een deel van zijn invloedssfeer.[31] In 1994 stemde Oekraïne ermee in als niet-kernwapenstaat toe te treden tot het Verdrag inzake de niet-verspreiding van kernwapens. Voormalige Sovjet-kernwapens in Oekraïne werden door Rusland verwijderd en ontmanteld. In ruil daarvoor kwamen Rusland, het Verenigd Koninkrijk (VK) en de Verenigde Staten (VS) overeen om de territoriale integriteit en politieke onafhankelijkheid van Oekraïne te handhaven door middel van het Memorandum van Boedapest. In 1999 was Rusland een van de ondertekenaars van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, dat 'het inherente recht van elke deelnemende staat herbevestigde om vrij te zijn om zijn veiligheidsregelingen, met inbegrip van alliantieverdragen, te kiezen of te wijzigen naarmate deze zich ontwikkelen.'[32] Beide bleken in 2014 waardeloos te zijn.[33]

Begin 1996 zei de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Warren Christopher, dat uitbreiding van de NAVO onafwendbaar was, tot grote woede van Moskou. Jeltsin legde zich uiteindelijk bij de situatie neer. Zijn opvolger Vladimir Poetin noemde het einde van de Sovjet-Unie 'de grootste geopolitieke catastrofe van de twintigste eeuw'. In 1999 werden Polen, Tsjechië en Hongarije lid van de NAVO. In 2004 traden Bulgarije, Estland, Letland, Litouwen, Roemenië, Slowakije en Slovenië toe.[34]

Oranjerevolutie en verdere uitbreiding NAVO[bewerken | brontekst bewerken]

Zie Oranjerevolutie voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

De Oekraïense presidentsverkiezingen van 2004 waren controversieel. Tijdens de verkiezingscampagne werd oppositie-kandidaat Viktor Joesjtsjenko vergiftigd en beschuldigde hij Rusland van betrokkenheid. In november 2004 werd premier Viktor Janoekovytsj tot winnaar uitgeroepen, ondanks beschuldigingen van verkiezingsfraude door verkiezingswaarnemers. Gedurende een periode van twee maanden die bekend werd als de Oranjerevolutie, hadden de grote vreedzame protesten de uitkomst met succes betwist.[35]

Tijdens zijn toespraak op de veiligheidsconferentie van München in 2007,[36] zei Poetin dat het Westen, na de ontbinding van het Warschaupact, had toegezegd dat de NAVO niet zou uitbreiden. Poetin refereerde aan de toespraak van de secretaris-generaal van de NAVO, Manfred Wörner, op 17 mei 1990 in Brussel en citeerde: 'het feit dat we klaar zijn om geen NAVO-leger buiten Duits grondgebied te plaatsen, geeft de Sovjet-Unie een stevige veiligheidsgarantie'. Het Pools Instituut voor Internationale Zaken (PISM) beschreef Poetins genoemde citaat uit de toespraak van Wörner als een gebrek aan de juiste context: Wörners toespraak had 'in feite alleen betrekking op het niet inzetten van NAVO-troepen op Oost-Duits grondgebied na de hereniging met West-Duitsland'.[37] Verder dateerde het citaat van Wörner uit 1990, terwijl Poetin in zijn speech suggereerde dat deze 'garanties' waren gegeven na de ontbinding van het Warschaupact in 1991.[34]

Op de Top van Boekarest in april 2008 probeerden Oekraïne en Georgië lid te worden van de NAVO. De reactie onder de NAVO-leden was verdeeld; West-Europese landen verzetten zich tegen het aanbieden van Membership Action Plan (MAP) om te voorkomen dat ze Rusland zouden tegenwerken, terwijl de Amerikaanse president, George W. Bush, wel aandrong op hun toelating. Tegenover Bush verklaarde Poetin dat Oekraïne wat hem betreft helemaal geen staat was, maar dat een deel ervan bij Oost-Europa hoorde, terwijl een ander, aanzienlijk deel, "door ons is weggegeven". Mocht Oekraïne desondanks toch worden toegelaten tot het MAP, aldus Poetin, dan zou hij de Krim en het oosten van Oekraïne wel eens kunnen losrukken. Deze conversatie tussen Poetin en Bush werd drie dagen later onthuld door de Russische zakenkrant Kommersant.[34]

De NAVO weigerde uiteindelijk om Oekraïne en Georgië MAP's aan te bieden, maar in de slotconclusie van de top verklaarde de Duitse bondskanselier Angela Merkel: 'De NAVO verwelkomt de Euro-Atlantische ambities van Oekraïne en Georgië om lid te worden van de NAVO. We zijn vandaag overeengekomen dat deze landen lid zullen worden van de NAVO'. Poetin verzette zich fel tegen de toetredingsbiedingen van Georgië en Oekraïne tot de NAVO. Russische leiders bestempelden een eventuele uitbreiding als een schending van de informele garanties van de westerse mogendheden dat de NAVO haar grenzen niet naar het oosten zou verleggen.[38] Tegen januari 2022 was de mogelijkheid dat Oekraïne lid zou worden van de NAVO nog steeds klein.[39]

Vier maanden na de top van Boekarest vielen Russische troepen de separatistische Georgische regio Zuid-Ossetië binnen, nadat de Georgische krijgsmacht een operatie tot "herstel van de constitutionele orde" in Zuid-Ossetië was begonnen. Een vijfdaagse oorlog tussen Rusland en Georgië volgde. Sindsdien bleven Zuid-Ossetië en het tevens afvallige Abchazië feitelijk bezet door Rusland, dat in beide gebieden duizenden manschappen stationeerde. Georgië was bijgevolg niet geschikt voor een lidmaatschap van de NAVO. Datzelfde gebeurde zes jaar later, in 2014, nog een keer met Oekraïne.[34]

In 2009 traden Albanië en Kroatië toe tot de NAVO. In 2017 complementeerde ook Montenegro het bondgenootschap. Het enige uitbreidingsplan dat niet werd gerealiseerd, was het lidmaatschap van Oekraïne en Georgië.[34]

Euromaidan, Revolutie van de Waardigheid en Russische interventie[bewerken | brontekst bewerken]

In februari 2014 werd de toenmalige pro-Russische Oekraïense president, Viktor Janoekovytsj, afgezet na maandenlange pro-westerse protesten (Euromaidan) die eindigden in de Revolutie van de Waardigheid in Kiev, waarbij meer dan honderd doden vielen. Vervolgens bezette en annexeerde Rusland het schiereiland de Krim. Ook verleende Rusland militaire steun aan pro-Russische separatistische rebellen, die in de oostelijke Donbasregio een gewapende strijd waren begonnen tegen het Oekraïense leger.[34]

De separatisten wisten de steden Donetsk en Loehansk en delen van de omgeving tot aan de Russische grens in handen te krijgen en riepen daar de zelfverklaarde volksrepublieken Donetsk en Loegansk uit. Hierdoor werd Oekraïne, net als Georgië, een "bevroren conflictgebied" en zolang dat zo bleef zou het land niet in aanmerking komen voor een NAVO-lidmaatschap. In de jaren die volgden bleef de oorlog in Oost-Oekraïne doorwoekeren, met duizenden doden tot gevolg.

Aanloop naar de invasie[bewerken | brontekst bewerken]

De Russische troepenopbouw in de Russisch-Oekraïense grensstreek op een kaart van de Amerikaanse inlichtingendiensten, begin december 2021. De VS schatten de Russische troepensterkte op dat moment op 70.000 militairen.

Oplopende spanningen[bewerken | brontekst bewerken]

Zie Aanloop tot de Russische invasie van Oekraïne in 2022 voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

In het jaar voorafgaand aan de invasie, van februari tot april 2021, was er een grote militaire troepenopbouw door Rusland bij de Oekraïense grens. In juli 2021 publiceerde Poetin zijn essay Over de historische eenheid van Russen en Oekraïners, waarin hij het bestaansrecht van een onafhankelijk Oekraïne ontkende.

Tussen oktober 2021 en februari 2022 volgde een tweede grootschalige Russische troepenopbouw bij de Oekraïense grens, in zowel Rusland, als Wit-Rusland. Tijdens deze ontwikkelingen ontkende de Russische regering herhaaldelijk dat er plannen waren om Oekraïne binnen te vallen.[40] Op 12 november 2021 zei Poetins woordvoerder, Dmitri Peskov, tegen verslaggevers dat Rusland 'niemand bedreigde'. Op 12 december beweerde hij dat er pogingen werden ondernomen om 'Rusland te demoniseren en af te schilderen als een potentiële agressor'.[41] Op 19 januari 2022 ontkende de Russische onderminister van Buitenlandse Zaken, Sergej Rjabkov, dat Rusland van plan zou zijn enige agressieve actie tegen Oekraïne te ondernemen. Op 12 februari deed Kremlin-adviseur van Buitenlandse Zaken, Joeri Oesjakov, waarschuwingen voor een naderende invasie af als 'hysterie'. Op 20 februari ontkende ook de Russische ambassadeur in de VS, Anatoli Antonov, dat de Russische troepen een bedreiging zouden vormen of dat er plannen zouden zijn voor een invasie.[42]

Begin december 2021 gaven de VS, na herhaaldelijke Russische ontkenningen, inlichtingen vrij over Russische plannen voor een invasie, waaronder satellietfoto's van Russische troepen en uitrusting nabij de Oekraïense grens.[43] Tevens werd er gewaarschuwd voor het bestaan van een Russische lijst met belangrijke locaties en personen die bij een invasie moesten worden gedood of geneutraliseerd.[44][45] De Amerikanen bleven rapporten vrijgeven die de invasieplannen voorspelden. Op 31 januari 2022 beschuldigde de gepensioneerde kolonel-generaal Leonid Ivasjov, als voorzitter van de Russische Officierenvergadering, Poetin en de rest van het Russische landsbestuur ervan een oorlog tegen Oekraïne voor te bereiden en riep hen op om af te treden.[46][47]

Russische beschuldigingen en eisen[bewerken | brontekst bewerken]

In de maanden voorafgaand aan de invasie beschuldigden Russische functionarissen Oekraïne van het aanzetten tot spanningen, russofobie en onderdrukking van Russischsprekenden. Daarnaast stelde Rusland meerdere veiligheidseisen aan Oekraïne, de NAVO, en niet-NAVO-bondgenoten in de Europese Unie (EU), waarbij twee verdragen voorgesteld werden met verzoeken tot veiligheidsgaranties, waaronder een juridisch bindende belofte dat Oekraïne nooit zou toetreden tot de NAVO en dat de NAVO-troepen en wapens die waren gestationeerd in Oost-Europa in aantal zouden worden verminderd.[48] De eisen van Rusland gingen gepaard met het dreigement dat er een militair antwoord zou komen als de VS en NAVO zouden vasthouden aan hun 'agressieve lijn'.[49][50] Deze acties werden door commentatoren en westerse functionarissen beschreven als pogingen om een oorlog te rechtvaardigen.[51] Op 9 december 2021 zei Poetin: 'Russofobie is een eerste stap in de richting van genocide'.[52][53] Op 15 februari 2022 zei Poetin tegen de pers dat er genocide werd gepleegd in de Donbas.[54] De Russische regering veroordeelde ook het taalbeleid in Oekraïne.[55][56] De beweringen van Poetin en Russische functionarissen over genocide werden door de internationale gemeenschap afgewezen als ongegrond.[57][58] De Europese Commissie karakteriseerde de beschuldigingen als 'Russische desinformatie'.[59]

Op 21 februari 2022 gaf Poetin een speech waarin hij de legitimiteit van de Oekraïense staat in twijfel trok.[60] Ook herhaalde hij zijn bewering dat 'Oekraïne nooit een traditie als echte staat heeft gehad'[61] en beschreef hij het land ten onrechte als gecreëerd door 'Sovjet-Rusland'. Verder beschuldigde hij de Oekraïense samenleving en de regering ervan te worden gedomineerd door neo-nazisme,[62] en haalde hij een antisemitische samenzweringstheorie aan, die Russische christenen, in plaats van joden, als de echte slachtoffers van nazi-Duitsland beschouwt.[63] Ondanks de aanwezigheid van extreemrechtse groeperingen in Oekraïne waaronder het Azovbataljon en de Rechtse Sector,[62] beschreven analisten de retoriek van Poetin als een overdrijving van de invloed van extreemrechtse groepen in Oekraïne; ze wezen erop dat er geen brede steun voor de ideologie was in de regering, het leger of onder de bevolking.[64][65] De Oekraïense president Volodymyr Zelensky, die zelf Joods is, verklaarde dat zijn grootvader in het Sovjet-leger diende om tegen de nazi's te vechten;[66] drie van zijn familieleden stierven in de Holocaust.[67] Het Holocaust Memorial Museum in de VS en het Yad Vashem-museum in Israël veroordeelden Poetins misbruik van de Holocaust-geschiedenis.[68][69][70]

Vermeende aanvallen (17–21 februari 2022)[bewerken | brontekst bewerken]

Russische minister van Defensie en vertrouweling Sergej Sjojgoe en president Poetin[71]

Vanaf 17 februari 2022 escaleerden de gevechten in de Donbas. Het aantal aanvallen in de eerste zes weken van 2022 lag tussen de twee en vijf per dag lag. Het Oekraïense leger meldde dat er alleen al op die dag 60 aanvallen hadden plaatsgevonden. Russische staatsmedia berichtten op dezelfde dag meer dan 20 artillerie-aanvallen op posities waar zich pro-Russische separatisten bevonden.[72] De Oekraïense regering beschuldigde de door Rusland gesteunde separatisten ervan een kleuterschool in Stanytsja Luhanska, een nederzetting in de Oekraïense oblast Loehansk, te hebben beschoten met artillerie. Tegelijkertijd beweerden separatisten in de zelfverklaarde volksrepubliek Loegansk dat hun eigen strijdkrachten door Oekraïense troepen waren aangevallen met machinegeweren, mortieren en granaatwerpers.[73]

Op 18 februari 2022 gaven de volksrepublieken Donetsk en Loegansk het bevel tot verplichte noodevacuaties van ouderen, vrouwen en kinderen,[74][75] vanwege een vermeende naderende 'Oekraïense invasie'. Poetin kondigde aan dat iedere 'vluchteling' die vanuit de Donbas de grens naar Rusland over zou steken, 10.000 roebel (130 dollar) zou ontvangen. Waarnemers merkten vervolgens op dat er geen noemenswaardige aantallen mensen werden geëvacueerd, terwijl de volledige evacuatie van bijna een miljoen inwoners uit de Donbas maanden in beslag zou nemen.[76] Oekraïense media meldden een sterke toename van artilleriebeschietingen door Russische militanten in de Donbas en vermoedden dat het pogingen waren om het Oekraïense leger te provoceren.[77][78] Op 21 februari 2022 kondigde de Russische veiligheidsdienst FSB aan dat Oekraïense beschietingen een FSB-grensfaciliteit hadden vernietigd op 150 meter van de Russisch-Oekraïense grens in de Russische oblast Rostov.[79] Volgens Oekraïense media werd de warmte-krachtcentrale van de Oekraïense oblast Loehansk door milities beschoten met artillerie en moest deze als gevolg daarvan sluiten.[80]

Op 21 februari 2022 maakte de persdienst van het Russische zuidelijk militaire district bekend dat in de buurt van het dorp Mitjakinskaja, in de Russische oblast Rostov, Russische troepen die ochtend een groep van vijf saboteurs hadden gedood, die de grens van Rusland waren binnengedrongen in twee infanteriegevechtsvoertuigen. De voertuigen waren vernietigd.[81] Oekraïne ontkende bij de incidenten betrokken te zijn en noemde het een 'valse vlag'-operatie.[82][83] Daarnaast werden er in Oekraïne twee Oekraïense soldaten en een burger gedood tijdens beschietingen in het dorp Zajtseve in de oblast Donetsk.[84] Verschillende analisten, waaronder de onderzoekswebsite Bellingcat,[85] publiceerden bewijs dat veel van de geclaimde aanvallen, explosies en evacuaties in de Donbas door Rusland waren geënsceneerd.[86][87]

Escalatie (21–23 februari 2022)[bewerken | brontekst bewerken]

Op 21 februari 2022 om 22:35 (UTC+3) kondigde president Poetin aan dat de Russische regering de zelfverklaarde volksrepublieken Donetsk en Loegansk diplomatiek zou erkennen.[88] Diezelfde avond stuurde Poetin Russische troepen naar de Oost-Oekraïense regio Donbas, in wat Rusland een 'vredesmissie' noemde.[89][90] Later op de avond bevestigden verschillende onafhankelijke media dat Russische troepen de Donbas waren binnengetrokken.[91][92] De interventie in de Donbas werd veroordeeld door verschillende leden van de VN-Veiligheidsraad.[93]

President Poetin, Denis Poesjilin en Leonid Pasetsjnik signeren de verklaringen van onafhankelijkheid van de zelfverklaarde volksrepublieken Donetsk en Loegansk op 21 februari 2022.

Op 22 februari 2022 gaf de Federatieraad van Rusland Poetin unaniem toestemming voor het gebruik van militair geweld buiten Rusland.[94] Als reactie beval president Zelensky de dienstplicht van Oekraïense reservisten, maar verplichtte zich niet tot algemene mobilisatie.[95] De volgende dag riep het parlement van Oekraïne een nationale noodtoestand van 30 dagen uit, die om middernacht van kracht ging. Ook beval het parlement de mobilisatie van alle legerreservisten.[96][97] Ondertussen begon Rusland zijn ambassade in Kiev te evacueren. De Russische vlag werd vanaf de top van het gebouw omlaaggehaald.[98] De websites van het Oekraïense parlement en de Oekraïense regering werden, samen met websites van banken, getroffen door DDoS-aanvallen, algemeen toegeschreven aan door Rusland gesteunde hackers.[99][100] In de nacht van 23 februari 2022 hield Zelensky een toespraak in het Russisch, waarin hij Russische burgers opriep om een oorlog te voorkomen.[101] Hij weerlegde ook de beweringen van Rusland over de aanwezigheid van neonazi's in de Oekraïense regering en verklaarde dat hij niet van plan was de afvallige Donbas-regio aan te vallen.[102]

Kremlin-woordvoerder Peskov zei dat de separatistische leiders in de zelfverklaarde volksrepublieken Donetsk en Loegansk een brief naar Poetin hadden gestuurd, waarin stond dat Oekraïense beschietingen burgerdoden hadden veroorzaakt en dat ze daarom een beroep deden op militaire steun vanuit Rusland.[103] In reactie daarop verzocht Oekraïne om een dringende vergadering van de VN-Veiligheidsraad,[104] die om 21:30 (UTC−5) bijeenkwam.[105] VN-secretaris-generaal António Guterres opende de bijeenkomst door Poetin te vragen 'vrede een kans te geven'.[106] Een half uur na de spoedvergadering kondigde Poetin de start van militaire operaties in Oekraïne aan. Serhij Kyslytsja, de Oekraïense vertegenwoordiger, riep vervolgens de Russische vertegenwoordiger, Vasili Nebenzja, op om al het mogelijke te doen om de oorlog te stoppen of afstand te doen van zijn positie als president van de VN-Veiligheidsraad. Nebenzja weigerde aan dit verzoek gehoor te geven.[107][108]

Aankondiging van de 'militaire operatie'[bewerken | brontekst bewerken]

President Poetin tijdens zijn toespraak op 24 februari 2022 waarin hij de 'speciale militaire operatie' in Oekraïne aankondigde

Op 24 februari 2022, kort voor 06.00 uur plaatselijke tijd, maakte president Poetin bekend dat hij de beslissing had genomen om een 'speciale militaire operatie' uit te voeren in Oekraïne met als doel de bevolking in de Donbas te beschermen die al acht jaar lang werd onderworpen aan 'de genocide van het regime in Kiev'.[109][110][111] In zijn toespraak verklaarde Poetin dat er geen plannen waren om Oekraïens grondgebied te bezetten en dat hij het recht van de volkeren van Oekraïne op zelfbeschikking steunde.[112] Binnen enkele minuten na deze aankondiging werden explosies gemeld in Kiev, Charkov, Odessa en de Donbas.[113] In een (vermoedelijk) uitgelekt rapport van de Russische veiligheidsdienst FSB, waarin zij concludeerden dat er 'geen opties waren voor een mogelijke overwinning in Oekraïne, stond dat de dienst niet was ingelicht over het plan om Oekraïne binnen te vallen.[114]

Onmiddellijk na de aanval kondigde de Oekraïense president Volodymyr Zelensky de staat van beleg af.[115] Dezelfde avond beval hij een algehele mobilisatie van alle reservisten en Oekraïense mannen tussen de 18 en 60 jaar oud. Zij mochten het land niet meer verlaten, zodat ze beschikbaar bleven voor een oproep.[116][117]

De aanvalsoorlog en het Oekraïense verzet[bewerken | brontekst bewerken]

De invasie begon op 24 februari 2022, met een operatie bestaande uit infanteriedivisies gesteund door gepantserde eenheden en luchtsteun in Oost-Oekraïne, evenals tientallen raketaanvallen in zowel Oost- als West-Oekraïne.[118] De belangrijkste aanvallen van infanterie en tankdivisies werden ogenschijnlijk gelanceerd met vier fronten, waarbij een noordelijk front (gelanceerd vanuit Wit-Rusland in de richting van Kiev), een zuidelijk front (afkomstig van de Krim), een zuidoostelijk front (gelanceerd vanuit de separatistische volksrepublieken Donetsk en Loegansk) en een oostfront werd gecreëerd. Ook werd er een uitgebreide campagne uitgevoerd met tientallen raketaanvallen in heel Oekraïne, tot ver in het westen in Lviv.[119] De eerste gevechten vonden plaats in de oblast Loehansk, nabij het dorp Milove aan de grens met Rusland.[120] Huurlingen van de Wagnergroep en Tsjetsjeense troepen hebben naar verluidt verschillende pogingen ondernomen om president Zelensky te vermoorden. De Oekraïense regering meldde dat deze inspanningen werden gedwarsboomd door anti-oorlogsfunctionarissen van de Russische veiligheidsdienst FSB, die inlichtingen over deze plannen hadden gedeeld.[121]

Rusland slaagde er niet in Kiev in te nemen. De aanvallen op de buitenwijken werden afgeslagen tijdens de veldslagen bij Irpin, Hostomel en Boetsja. Het Russische leger probeerde de hoofdstad te omsingelen, maar Oekraïense troepen slaagden erin terrein vast te houden. Oekraïne gebruikte westerse wapens met grote effectiviteit, waaronder Javelin-anti-tankraketten en Stinger-luchtafweerraketten om de Russische aanvoerlijnen te hinderen en het offensief te vertragen.[122] Op 9 maart 2022 werd in Brovary, oblast Kiev, een colonne Russische tanks en gepantserde voertuigen in een hinderlaag gelokt, waarna deze gedwongen was zich terug te trekken met zware verliezen.

Aan het westfront belegerde het Russische leger de belangrijkste steden Tsjernihiv, Soemy en Charkov, maar slaagde er niet in ze te veroveren vanwege hevig Oekraïens verzet en logistieke tegenslagen.[123] Aan het zuidelijke front veroverden Russische troepen op 2 maart de grote stad Cherson. In de oblast Mykolajiv rukten ze op tot Voznesensk, maar liepen ten zuiden van Mykolajiv vast. Op 25 maart 2022 kondigde het Russische ministerie van Defensie aan dat de eerste fase van wat zij de speciale militaire operatie in Oekraïne noemden, over het algemeen was voltooid, waarbij de Oekraïense strijdkrachten "ernstige verliezen hadden geleden" en het Russische leger zich nu zou concentreren op de "bevrijding" van de Donbas in het oosten van Oekraïne. Over de eerder genoemde doelen, het "demilitariseren" en "denazificeren" van Oekraïne, werd niet meer gesproken.[13] Het Russische offensief leek grotendeels stilgevallen. Bovendien had het Oekraïense leger inmiddels rond Kiev, Charkov, Soemy en in het zuiden een tegenoffensief ingezet en enkele gebieden heroverd.[124][125] Op 7 april waren Russische troepen die aan het noordelijke front waren ingezet teruggetrokken voor schijnbare bevoorrading en daaropvolgend een herschikking naar de Donbas-regio om de zuidelijke en oostelijke fronten te versterken voor een hernieuwd invasiefront van Zuidoost-Oekraïne. Het noordoostelijke front, inclusief het centrale militaire district, werden eveneens teruggetrokken.[126] Op 8 april 2022 kreeg de Russische generaal, Aleksandr Dvornikov, de leiding over de militaire operaties tijdens de invasie.

Op 18 april 2022 meldde de voormalige VS-ambassadeur bij de NAVO dat Rusland zijn troepen had geherpositioneerd voor een nieuwe aanval op Oost-Oekraïne. De aanval zou beperkt blijven tot Ruslands oorspronkelijke inzet van 150.000 tot 190.000 troepen voor de invasie, hoewel de troepen goed werden bevoorraad uit het adequate Russische wapenarsenaal. Dit stond in schril contrast met de enorme omvang van de Oekraïense troepen, bestaande uit alle mannelijke Oekraïense burgers tussen de 16 en 60 jaar oud, echter zonder voldoende en adequate wapens.[127] Na Poetins toespraak tijdens de Dag van de Overwinning begin mei 2022, sprak het hoofd van de Amerikaanse Inlichtingendiensten, Avril Haines, de geopolitieke verwachting uit dat er geen kortetermijnoplossing voor de Russische invasie van Oekraïne kon worden verwacht en dat er tekenen waren dat Poetin zich voorbereidde op een langdurig conflict dat maanden zou gaan duren.[128]

Aan het einde van mei 2022 hadden Russische troepen in de Donbas hun voordeel in artillerie goed benut en hun bevoorradingslijnen beter beschermd door langzamere, meer methodische vorderingen te maken. Verder profiteerden zij ook van het gecentraliseerde commando onder generaal Dvornikov.[129] De wapenleveringen aan Oekraïne bleven nog beperkt, omdat westerse landen vreesden dat Oekraïne de wapens in zou kunnen zetten tegen doelen in Rusland.[130] Militaire experts waren verdeeld over de uitkomst van het conflict, sommigen suggereerden om territorium te ruilen voor vrede, terwijl anderen geloofden dat Oekraïne hun verzet tegen de invasie kon volhouden vanwege de onhoudbare Russische verliezen.[131] Op 2 juni 2022 meldde het Conflict Intelligence Team (CIT), verwijzend naar verklaringen van Russische soldaten, dat kolonel-generaal Gennady Zjidko de leiding had gekregen over de Russische strijdkrachten ter vervanging van generaal Dvornikov.[132] Als reactie op de aankondiging van de Amerikaanse president Joe Biden, dat Oekraïne verbeterde artillerie zou krijgen, gaf Poetin aan dat Rusland zijn invasiefront zou uitbreiden om nieuwe steden in te nemen. Op 6 juni 2022 gaf hij als een schijnbare vergelding de opdracht tot een raketaanval op Kiev, nadat de stad enkele weken niet rechtstreeks was aangevallen. Op 10 juni 2022 was het volgens Oekraïne duidelijk dat de toekomst van de invasie aan de frontlinies zou worden beslist; 'Dit is een artillerieoorlog en we verliezen als het gaat om artillerie. Alles hangt nu af van wat het westen ons geeft'.[133]

Op 8 oktober 2022 benoemde het Russische ministerie van Defensie generaal Sergej Soerovikin tot opperbevelhebber van de Russische strijdkrachten in Oekraïne.[134] Op 11 januari 2023 kreeg generaal Valeri Gerasimov de leiding over de Russische invasie.[135] Op 20 februari 2023, aan de vooravond van het einde van het eerste jaar van de Russische invasie van Oekraïne, bracht president Biden in het diepste geheim een bezoek aan Kiev, waarbij hij president Zelensky meer hulp beloofde en sancties tegen bedrijven die "steun gaven aan de Russische oorlogsmachine".[136]

Eerste fase: Invasie van Oekraïne (24 februari - 7 april 2022)[bewerken | brontekst bewerken]

Russische troepen kwamen Oekraïne binnen vanuit het noorden via Wit-Rusland (richting Kiev); vanuit het noordoosten uit Rusland (richting Charkov); vanuit het oosten via de Donbas; en vanuit het zuiden via de, in 2014 door Rusland geannexeerde, Krim (richting Cherson)[106] Kiev en Charkov zijn de twee grootste steden van Oekraïne. Aan de oostzijde van Cherson ligt de belangrijke Antonovsky-brug over de Dnjepr, waarlangs Odessa voor Russische legereenheden bereikbaar zou zijn.[137]

Eerste fase: Noordelijk front[bewerken | brontekst bewerken]

De poging om Kiev in te nemen omvatte een opmars van Russische troepen vanuit Wit-Rusland langs de westelijke oever van de Dnjepr, richting Kiev. De opmars werd ondersteund door twee afzonderlijke aanvalsassen vanuit Rusland langs de oostelijke oever van de Dnjepr: de westelijke as bij Tsjernihiv en de oostelijke as bij Soemy. Via deze aanvalsassen leken de troepen Kiev te willen omsingelen vanuit het noordoosten en oosten.[118]

Bij het begin van de invasie op 24 februari 2022 werd het noordelijke front gelanceerd vanuit Wit-Rusland en gericht op Kiev met een noordoostelijk front dat werd gelanceerd bij de stad Charkov; het zuidoostelijke front werd uitgevoerd als twee afzonderlijke speerpuntfronten, waaronder een zuidelijk front (afkomstig uit de Krim) en een afzonderlijk probatief zuidoostfront (gelanceerd in de steden Loehansk en Donetsk).

Russische controle rond Kiev tot 2 april 2022

Vanaf de Wit-Russische grens komt de Dnjepr uit in een deltagebied met talloze waterwegen en kreken, waarna de rivier overgaat in het Kievreservoir, een 12 kilometer breed stuwmeer dat 110 kilometer verderop eindigt bij de Kievstuwdam, waar de Dnjepr zijn weg vervolgt richting de Zwarte Zee. Dit gebied vormt een natuurlijke barrière voor zowel het Russische als het Oekraïense leger. De eerste brug over de rivier is 95 km afstand in vogelvlucht ten noorden van Kiev, aan de Wit-Russisch/Oekraïense grens.

Langs de westelijke oever van de Dnjepr had het Russische leger op 24 februari 2022 de voormalige kerncentrale Tsjernobyl en de spookstad Pripjat, inclusief het omliggende gebied veroverd. De opmars werd gehinderd door hevig verzet van Oekraïense troepen.[138][139]

Na een doorbraak in Tsjernobyl ging de Russische opmars verder richting het stadje Ivankiv, 90 kilometer ten noorden van Kiev.[140] Russische luchtlandingstroepen probeerden Luchthaven Hostomel en de Antonov-fabrieken in te nemen. Volgens berichten gebruikten de Russen helikopters.[141] In eerste instantie veroverden de Russen het vliegveld,[142] maar ze konden uiteindelijk een tegenaanval door Oekraïense troepen niet weerstaan.[143] Bij de aanval op Luchthaven Hostomel werd de Antonov An-225, het grootste vliegtuig ter wereld, vernietigd.[144][145] Toen de Russische militaire colonne op 25 februari 2022 op minder dan 24 uur afstand van het dorp Kozarovitsji was, besloot de burgemeester van het dorp – dat aan de westelijke oever van het Kievreservoir, op 40 kilometer ten noorden van Kiev ligt – om de dam op te blazen, waardoor 30 km² bouwland, inclusief het dorp zelf, overstroomde. De Russische troepen zaten bijgevolg vast, wat een grote tegenslag in hun opmars naar Kiev betekende.[146]

Ten zuiden van Kiev werden op 26 februari 2022 de luchthaven van Vasylkiv en de stad Vasylkiv aangevallen.[147][148] De luchthaven werd geheel verwoest.[149] Het leek een poging om Kiev snel in te nemen, waarbij Spetsnaz de stad infiltreerden ondersteund door luchtlandingsoperaties en een snelle opmars vanuit het noorden.[150] Op 1 maart 2022 werd de televisietoren in Kiev gebombardeerd. Naar alle waarschijnlijkheid wilden de Russen het communicatiemiddel platleggen, wat deels was gelukt.[151] Een drone filmde op 3 maart 2022 de verwoesting in Borodjanka, een stad ten noordwesten van Kiev, waar een flatgebouw was gebombardeerd. In de straten was zwaar gevochten. Enkele honderden meters van het gebouw waren uitgebrande Russische voertuigen te zien.[152] Begin maart 2022 was een verdere Russische opmars langs de westkant van de Dnjepr-rivier beperkt door een sterke Oekraïense verdediging. Op 5 maart 2022 had het, naar verluidt, 60 kilometer lange Russische konvooi nog maar weinig vooruitgang geboekt richting Kiev.[153] De in Londen gevestigde denktank Royal United Services Institute (RUSI) beoordeelde de Russische opmars vanuit het noorden en oosten als 'vastgelopen'.[154]

Bij de ondersteuning vanuit de oostkant van de Dnjepr, was de vooruitgang langs de westelijke Tsjernihiv-as grotendeels gestopt toen het op 9 maart 2022 de belegering van Tsjernihiv begon. Rusland boekte de grootste vooruitgang langs de oostelijke Soemy-as. Vanuit Soemy bewogen de Russische troepen zich over snelwegen door vlak, onbevolkt open land met weinig verdedigingsposities en bereikten op 4 maart 2022 Brovary, een oostelijke voorstad van Kiev.[118]

Aan de westelijke oever van de Dnjepr, veroverden Russische troepen op 5 maart 2022 Boetsja, Hostomel en Vorzel,[155] hoewel de strijd om Irpin op 9 maart 2022 nog niet was beslist.[156] Op 11 maart 2022 werd gemeld dat het lange konvooi zich grotendeels had verspreid en posities had ingenomen die beschutting boden. Het lukte de Russische troepen niet om de Irpinrivier bij Irpin over te steken.[157] Deze was door Oekraïne opgehoogd (0,5-0,7 m) met behulp van hydralische structuren.[158] Op 16 maart 2022 begonnen Oekraïense troepen een tegenoffensief om Russische troepen die Kiev naderden vanuit verschillende omliggende steden af te weren.[159] Volgens Amerikaanse functionarissen waren de Russische troepen niet in staat om een snelle overwinning in Kiev te behalen, waardoor ze van strategie veranderden en willekeurige bombardementen en belegeringsoorlogen begonnen.[160] Op 23 maart 2022 resulteerde het tegenoffensief in de heroveringen van Makariv en Irpin, twee voorsteden ten noordwesten van Kiev.[161]

In de ochtend van 8 april 2022 meldden Britse militaire inlichtingendiensten dat het Russische leger zich nu volledig had teruggetrokken uit het noorden van Oekraïne. Veel van de soldaten zouden naar Wit-Rusland en Rusland zijn gegaan, om zich te bevoorraden en hergroeperen.[162]

Eerste fase: Noordoostelijk front[bewerken | brontekst bewerken]

Het offensief in Noordoost-Oekraïne behelsde een grootschalige aanval van de Russische strijdkrachten op het grondgebied van de oblasten Tsjernihiv en Soemy en de gelijknamige hoofdsteden. Op 24 februari 2022 probeerden de Russisch troepen Tsjernihiv in te nemen, maar dit mislukte. De stad werd zwaar gebombardeerd en op 10 maart 2022 compleet omsingeld.[163] Tsjernihiv werd belegerd en volledig geïsoleerd. De kritieke infrastructuur voor de 300.000 inwoners van Tsjernihiv werd voortdurend aangevallen door de Russen. Er vielen 350-400 Oekraïense militairen en burgerdoden. Op 4 april 2022 verklaarden de Oekraïense autoriteiten dat het Russische leger de oblast Tsjernihiv had verlaten.[164]

In de oblast Soemy veroverde het Russische leger op 24 februari 2022 bijna de hoofdstad Soemy, 35 kilometer van de Russische grens. In de Slag om Soemy begonnen Oekraïense soldaten en milities, ondanks weinig aanvankelijke weerstand, terug te vechten, wat resulteerde in hevige stedelijke oorlogsvoering.[165] Volgens Oekraïense bronnen werden meer dan 100 Russische tanks vernietigd en 104 soldaten gevangengenomen.[166] Er vielen minstens 25 burgerslachtoffers.[167]

De strijd om de controle over Konotop – de tweede stad van de oblast Soemy, 90 kilometer van de Russische grens – werd op 25 februari 2022 door de Russen gewonnen.[168][169] Op 2 maart 2022 verklaarde de burgemeester van Konotop dat Russische troepen in de stad hem waarschuwden dat ze de stad zouden beschieten als de bewoners zich tegen hen zouden verzetten.[170] Vervolgens vroeg Semenitsjin aan de inwoners van de stad of ze wilden vechten of zich overgeven, waarop de bewoners 'overweldigend' weigerden zich over te geven.[171] Later op de dag begonnen de stadsautoriteiten onderhandelingen met Russische troepen, die 12 minuten duurden. Er werd een overeenkomst bereikt waarbij Russische troepen ermee instemden de regering van de stad niet te veranderen, geen troepen in de stad in te zetten, het transport niet te belemmeren en de Oekraïense vlag niet te verwijderen. In ruil daarvoor kwamen de stadsfunctionarissen overeen dat de bewoners de Russische troepen niet zouden aanvallen.[172]

Er vonden ook gevechten plaats in de stad Ochtyrka, in het zuiden van de oblast Soemy. De gevechten begonnen op 24 februari 2022 in de buitenwijken van de stad toen Russische troepen Ochtyrka probeerden te bezetten. De opmars werd afgeslagen en de Russische troepen trokken zich de volgende dag terug, met achterlating van tanks en uitrusting.[173] Daaropvolgend werd de stad aangevallen door artillerievuur en trof clustermunitie een kleuterschool, waarbij meerdere slachtoffers vielen.[174] Op 27 februari 2022 zouden Oekraïense troepen Russische tanks hebben vernietigd die probeerden de nabijgelegen strategische stad Trostjanets in te nemen. De burgemeester van de stad verklaarde later: 'Russen, welkom in de hel! Verdom jullie, niet Oekraïne! Trostjanets, en heel Oekraïne! We zullen winnen!'.[175] Dit verstoorde de Russische communicatie- en bevoorradingsroutes en bedreigde het Russische front.

Op 10 maart 2022 verklaarde de gouverneur van de oblast Soemy, Dmytro Zjyvytsky, dat Ochtyrka voortdurend werd gebombardeerd. De infrastructuur van de stad werd hierdoor verwoest, inclusief het rioleringssysteem en het waterleidingnet. Eerder waren een oliedepot en de lokale warmte-krachtcentrale al gebombardeerd, waardoor de stad werd afgesneden van de elektriciteits- en verwarmingsvoorziening.[176][177] Er kwamen meer dan 70 Oekraïense soldaten om het leven toen een militaire basis werd geraakt door een Russische thermobarische bom. Op 26 maart 2022 trokken de Russische troepen zich terug uit Ochtyrka,[178] er vielen 100 burgerslachtoffers.[179]

Op 4 april 2022 verklaarde gouverneur Zjyvytsky dat er in zijn oblast geen bezette steden of dorpen meer waren en dat de Russische troepen zich grotendeels hadden teruggetrokken, terwijl Oekraïense troepen bezig waren de resterende eenheden te verdrijven.[180] De gouverneur verklaarde op 7 april 2022 dat alle Russische troepen de oblast Soemy hadden verlaten. Hij voegde eraan toe dat het grondgebied van de regio nog steeds onveilig was vanwege explosieven en andere munitie die door Russische troepen waren achtergelaten.[181]

Eerste fase: Zuidelijk front[bewerken | brontekst bewerken]

Op 24 februari 2022 namen Russische troepen vanuit de Krim in het zuiden de controle over het Noord-Krimkanaal over, waardoor de watervoorziening van het schiereiland via de Dnjepr, dat sinds 2014 was afgesneden, werd hersteld.[182] Op dezelfde dag, maakte de Oekraïense grenswacht bekend dat Russische marineschepen in het zuiden van Oekraïne een aanval op Slangeneiland waren begonnen. (zie ook #Zeegevechten en blokkades).[183] De opmars bewoog zich langs de zuidelijke kuststrook naar het oosten, in de richting van Marioepol. Op 26 februari 2022 begon de belegering van Marioepol, een strategische stad die het front kon verbinden met de separatistische regio's van de Donbas.[184] Op weg naar Marioepol trokken Russische troepen Berdjansk binnen voordat ze het de volgende dag veroverden.[185] Op 1 maart 2022 bereidden Russische troepen zich voor om hun aanval op Melitopol, 200 km ten westen van Marioepol, te hervatten.[186] Ivan Fedorov, de burgemeester van Melitopol, verklaarde later dat de Russen de stad hadden bezet.[187] In de ochtend van 25 februari 2022 rukten Russische troepen op vanuit volksrepubliek Donetsk (DPR) in het oosten richting Marioepol en stuitten op hevig verzet van de Oekraïense krijgsmacht in de buurt van het dorp Pavlopil, ca. 30 km van Marioepol. Volgens de burgemeester van Marioepol werden tijdens deze confrontatie 22 Russische tanks vernietigd.[188][189] De Russische Marine begon naar verluidt in de avond van 25 februari 2022 een amfibische aanval op de kustlijn van de Zee van Azov, 70 kilometer ten westen van Marioepol.[190] Een Amerikaanse defensiefunctionaris zei dat de Russen mogelijk duizenden Russische mariniers vanuit dit bruggenhoofd zouden inzetten.[191][192]

Een verwoest Russisch gevechtsvoertuig BMP-3 bij Marioepol, 7 maart 2022

Een tweede aanvalsas vanuit de Krim verplaatste zich op 26 februari naar het noorden en naderde de bij Enerhodar gelegen kerncentrale Zaporizja, de grootste kerncentrale van Europa.[193][194] Op 28 februari 2022 begon de belegering van Enerhodar, in een poging de controle over de kerncentrale over te nemen.[195] Het Internationaal Atoomenergieagentschap (IAEA) verklaarde dat er geen essentiële apparatuur was beschadigd.[196]In de vroege ochtend van 4 maart 2022 werd de kerncentrale Zaporizja] urenlang beschoten en uiteindelijk ook ingenomen door Russische troepen. Hoewel er branden werden gemeld, werd er geen stralingslek geconstateerd.[196] Vanaf Zaporizja wordt de Dnjepr-rivier een stuwmeer dat zuidwaarts reikt tot de stuwdam van Nova Kachovka, waarna de Dnjepr via Cherson uitmondt in de Zwarte Zee. De Dnjepr vormt zo een natuurlijke barrière van 230 km in vogelvlucht voor beide legers. De enige verbindingen zijn de spoorwegverbinding over de stuwdam van Nova Kachovka en een weg en spoorbrug 10 km ten oosten van Cherson.

Een derde aanvalsas vanuit de Krim verplaatste zich naar het noordwesten, waar Russische troepen bruggen over de Dnjepr veroverden.[197] Op 2 maart 2022 meldden diverse media en het Russische ministerie van Defensie dat de stad Cherson in het zuiden van Oekraïne volledig door het Russische leger was ingenomen.[198] Oekraïense autoriteiten spraken dat tegen. Volgens een lokale functionaris waren er 200 mensen omgekomen, voornamelijk burgers.[199] Russische troepen trokken vervolgens westwaarts richting Mykolajiv, dat tussen Cherson en Odessa ligt. Op 4 maart 2022 sloegen Oekraïense verdedigers een aanval op deze stad af en heroverden ze de nabijgelegen vliegbasis Koelbakino. De Russische legereenheid passeerde de stad Mykolajiv om 85 km noordwaarts, langs de oostelijke oever van de Zuidelijke Boeg-rivier, de stad Voznesensk aan te vallen. Bij deze stad is een strategische brug over de rivier. De aanval mislukte na drie dagen van hevige strijd,[200] waarna de Russische eenheid zich helemaal terugtrok. Het Russische leger slaagde er zodoende niet in om de Zuidelijke Boeg-rivier over te steken, wat wel nodig was om de stad Odessa te kunnen bereiken. Op 16 maart 2022 startte het Russisch leger vanaf Cherson een offensief in de noordoostelijke richting, om de noordoever van de Dnjepr en het resterende deel van de oblast Cherson onder controle te krijgen. Op 21 maart 2022 bereikten de Russen de grenzen van de Oblast, maar daarna verschoof de frontlinie meerdere malen door offensieven aan beide zijden (zie dynamische kaart).

Begin maart 2022 werd Marioepol volledig omsingeld door het Russische leger. Op 4 maart 2022 stond de stad op omvallen en dreigde een humanitaire crisis.[201] De Oekraïense regering meldde op 14 maart 2022 dat er in Marioepol sinds het begin van de invasie zeker 2500 doden waren gevallen.[202] Op 16 maart 2022 werd het Regionaal Dramatheater van Donetsk in Marioepol het doelwit van een bombardement. In het theater schuilden volgens de berichten omstreeks het moment van de aanval tussen de 600 en 800 burgers; het aantal doden werd door de gemeente Marioepol geschat op 300, het precieze aantal bleef onduidelijkheid.[203] (zie ook #Bombardement op theater van Marioepol).

Op 18 maart 2022 beschoten Russische marineschepen de steden Marioepol en Odessa.[204] Op diezelfde dag werd een militaire kazerne bij Mykolajiv door Rusland gebombardeerd, waarbij zeker 80 militairen zouden zijn omgekomen.[205] Op 29 maart 2022 werd ook het gebouw van het regionale bestuur in Mykolajiv getroffen door een Russische raket. Volgens de berichten vielen daarbij 15 doden en meer dan 30 gewonden.[206]

Op 20 maart 2022 werd een kunstacademie in Marioepol, die ongeveer 400 mensen huisvestte, verwoest door Russische bombardementen. Op dezelfde dag, toen Russische troepen hun belegering van de stad voortzetten, eiste de Russische regering een volledige overgave, wat verschillende Oekraïense regeringsfunctionarissen weigerden. Op 24 maart 2022 trokken Russische troepen het centrum van Marioepol binnen. Het stadsbestuur beweerde dat de Russen de inwoners probeerden te demoraliseren door publiekelijk beweringen over Russische overwinningen te schreeuwen, waaronder verklaringen dat Odessa was ingenomen. Op 27 maart 2022 verklaarde de vice-premier van Oekraïne, Olha Stefanisjyna, 'De inwoners van Marioepol hebben geen toegang tot water, voedsel of wat dan ook. Meer dan 85 procent van de hele stad is verwoest'. In een telefoongesprek met Emmanuel Macron op 29 maart 2022 verklaarde Poetin dat het bombardement op Marioepol, gezien de vergevorderde staat van verwoesting in de bijna veroverde stad, pas zou eindigen als de Oekraïense troepen Marioepol volledig zouden opgeven.

Op 1 april 2022 werd een reddingspoging van de VN om honderden burgerslachtoffers uit Marioepol te vervoeren met 50 toegewezen bussen belemmerd door Russische troepen, die de bussen een veilige doorgang naar de stad weigerden terwijl de vredesbesprekingen in Istanboel doorgingen. Op 3 april 2022, na de terugtrekking van Russische troepen uit Kiev aan het einde van de eerste fase van de militaire invasie, breidde Rusland zijn aanval op Zuid-Oekraïne verder naar het westen uit met meer bombardementen en aanvallen op Odessa, Mykolajiv en de kerncentrale van Zaporizja.

Eerste fase: Oostelijk front[bewerken | brontekst bewerken]

Vanaf de eerste dag van de invasie probeerden Russische strijdkrachten in het noordoosten de stad Charkov te veroveren, dat minder dan 35 kilometer van de Russische grens ligt.[207][208]

In de Slag om Charkov, stuitten Russische tanks op sterke tegenstand. Op 25 februari 2022 werd de Russische vliegbasis Millerovo in oblast Rostov, aangevallen door Oekraïense strijdkrachten met OTR-21 Tochka-raketten. Volgens Oekraïense functionarissen werden er verschillende vliegtuigen van de Russische luchtmacht vernietigd en werd de vliegbasis in brand gestoken. Op 28 februari 2022 bombardeerden de Russen Charkov, waarbij meerdere instanties vermoedden dat er clustermunitie[209] of vacuümbommen[210] waren ingezet. Er vielen tientallen doden.[211]

Russisch bombardement in een buitenwijk van Charkov, 1 maart 2022

Nieuwsprogramma's op de Russische staatstelevisie lieten per uitzondering beelden zien van de aanslag en beweerden daarbij dat de Oekraïners hun eigen gebouwen opbliezen om Rusland hiervan de schuld te kunnen geven. Volgens een Russische nieuwspresentator 'schiet Russische artillerie nooit op woonwijken, waar Oekraïners hun kanonnen juist daar neerzetten, bij voorkeur op speelplaatsen bij scholen'.[212] Op 1 maart 2022 was er een raketaanval op het Vrijheidsplein in het centrum van Charkov, met als mogelijk doelwit het regionale overheidsgebouw aan de rand van het plein.[213] Er landden Russische parachutisten in Charkov, die een militaire medische kliniek aanvielen. De strijd werd door een Oekraïense presidentiële adviseur beschreven als 'het Stalingrad van de 21e eeuw'.[214]

Op 1 maart 2022 kondigde Denis Poesjilin, het hoofd van de volksrepubliek Donetsk, aan dat zijn troepen de stad Volnovacha in de oblast Donetsk 70 km ten noorden van Marioepol, bijna volledig hadden omsingeld en dat ze spoedig hetzelfde zouden doen met Marioepol.[215] Op 2 maart 2022 werden Russische troepen verdreven uit Sjevjerodonetsk, de de-facto hoofdstad van de oblast Loehansk.[216] Eveneens op 2 maart 2022 begonnen Oekraïense troepen een tegenoffensief op Horlivka, dat sinds 2014 voornamelijk door volksrepubliek Donetsk werd gecontroleerd. Op 17 maart 2022 werd Izjoem in oblast Charkov veroverd door Russische troepen,[217] hoewel de gevechten voortduurden.[218] Op 20 maart 2022 meldde het Russische ministerie van Defensie dat er aanvallen met hypersonische raketten waren uitgevoerd door Rusland, deze keer op een brandstofopslagplaats in Kostjantynivka.[219]

Op 25 maart 2022 verklaarde het Russische ministerie van Defensie dat Rusland klaar was om de tweede fase van de militaire operatie in te gaan bij het bezetten van grote Oekraïense steden in Oost-Oekraïne. Op 31 maart, de dag waarop de vredesbesprekingen tussen Oekraïne en Rusland in Istanbul zouden worden hervat, meldde PBS News dat Charkov opnieuw onder vuur lag. Ook bevestigde het Oekraïense leger dat Izjoem onder Russische controle stond.

In de ochtend van 1 april 2022 ontstond er brand in een olieopslagplaats in de Russische stad Belgorod, op ca. 35 km van de Oekraïense grens. Volgens Rusland was de brand veroorzaakt door een Oekraïense luchtaanval, maar de Oekraïense defensiesecretaris Oleksij Danilov ontkende dat.[220] Op 7 april 2022 bracht de hernieuwde opeenhoping van Russische invasietroepen en tankdivisies rond de oostelijke steden Izjoem, Slovjansk en Kramatorsk Oekraïense regeringsfunctionarissen ertoe om de overgebleven inwoners van de oblasten Donetsk en Loehansk en van het oostelijke deel van oblast Charkov te adviseren hun steden en dorpen te verlaten en naar het westen van Oekraïne te vluchten.[221]

Op 8 april 2022 meldden Britse militaire inlichtingendiensten dat het Russische leger zich volledig had teruggetrokken uit het noorden van Oekraïne. Verwacht werd dat de Russen zich zouden hergroeperen in de Donbas, en dat daar een nieuwe hevige strijd zou volgen. Veel van de soldaten zouden naar Wit-Rusland en Rusland zijn gegaan.[162] Op satellietbeelden die door een Amerikaans technologiebedrijf waren gemaakt nabij Velyky Boerloek was een kilometerslang konvooi te zien dat onderweg leek naar de Donbas.[222]

Tweede fase: Zuidoostelijk front (8 april – 5 september 2022)[bewerken | brontekst bewerken]

Russische invasie van Oekraïne fase 2 van 7 april tot 5 september 2022.

Eind maart 2022 leek Rusland zijn doelen bij te stellen. Het aanvankelijke doel om Kiev te veroveren en de regering-Zelensky af te zetten en te vervangen door een pro-Russisch regime, leek voorlopig door Rusland te zijn opgegeven. Het feit dat de Oekraïners veel meer weerstand boden dan verwacht, speelde vermoedelijk een belangrijke rol bij deze beslissing.[223] Op 8 april 2022 kondigde het Russische ministerie aan dat al zijn troepen en divisies die in het zuidoosten van Oekraïne waren ingezet, zich zouden verenigen onder het bevel en de controle van de Russische generaal Aleksandr Dvornikov, die de leiding had gekregen over gecombineerde militaire operaties, inclusief de herschikte proeffronten die oorspronkelijk waren toegewezen aan het noordelijke en het noordoostelijke front, die vervolgens werden ingetrokken en opnieuw toegewezen aan het zuidoostelijke front. Op 17 april 2022 leek de voortgang aan het zuidoostelijke front te worden belemmerd door troepen die standhielden in verlaten fabrieken in Marioepol en weigerden zich over te geven aan ultimatums van omringende Russische troepen.[224] Op 19 april bevestigde The New York Times dat Rusland een hernieuwd invasiefront had gelanceerd dat een 'oostelijke aanval' werd genoemd over een front van 480 km dat zich uitstrekte van Charkov tot Donetsk en Loehansk, met gelijktijdige raketaanvallen die opnieuw gericht waren op Kiev in het noorden en Lviv in West-Oekraïne.[225] Op 30 april 2022 beschreef een NAVO-functionaris de Russische opmars als 'oneven' en 'klein'. Een anonieme Amerikaanse defensiefunctionaris noemde het Russische offensief: 'zeer lauw', 'minimaal op zijn best' en 'bloedarm'.[226]

Het Russische leger had al zijn nog beschikbare gevechtsreserves ingezet op de verovering van Sjevjerodonetsk en de Donbas. Hiervoor werden de Russische eenheden aan andere fronten zoveel mogelijk uitgedund. Dit gaf het Oekraïens leger kansen om op de andere fronten een tegenoffensief in te zetten. Het Oekraïense leger besloot om de Russische aanval niet te spiegelen met een maximale inzet in de Donbas en om Sjevjerodonetsk niet tot het uiterste te verdedigen, maar juist langzaam terug te trekken. Daarbij moest de Russische aanvallers maximale schade worden toegebracht.

Van veel grotere strategische waarde waren de stad Cherson en de omliggende streek. Als de Russen succesvol hun positie wisten te behouden, zouden ze een goede uitvalsbasis hebben om later Odessa en Zuid-Oekraïne te veroveren. Lukte het de Oekraïners daarentegen om Cherson te heroveren en de Russen terug te drijven tot achter de Dnjepr-rivier, dan had Oekraïne een sterke verdedigingslinie en een uitvalsbasis voor een offensief richting de Krim en de landsverbinding Krim - Donbas.[227] Het feit dat de Russische strijdkrachten zich nu concentreerden in de Donbas, gaf Oekraïne meer kans om substantiële terreinwinsten te boeken op het Cherson-front.[228]

Op 5 mei 2022 meldde de Oekraïense legerchef dat in de regio's rond Charkov en Izjoem overgeschakeld zou worden van een defensieve naar een offensieve strategie.[229] Volgens Kirilo Boedanov, het hoofd van de Oekraïense inlichtingendiensten, zou Rusland tegen het eind van 2022 verslagen zijn. Het omslagpunt zou volgens hem eind augustus zijn.[230]

Op 26 mei 2022 meldde het Conflict Intelligence Team, daarbij verwijzend naar Russische soldaten, dat kolonel-generaal Gennadi Zhidko de leiding had gekregen over de Russische strijdkrachten, ter vervanging van legergeneraal Dvornikov.[117][231] In juni 2022 onthulde de hoofdwoordvoerder van het Russische Ministerie van Defensie, Igor Konasjenkov, dat de Russische troepen waren verdeeld over de legergroepen 'Centrum' onder bevel van kolonel-generaal Aleksander Lapin en 'Zuid' onder bevel van legergeneraal Sergej Soerovikin.[232] Op 20 juli 2022 meldde The New York Times dat de Russische minister van Buitenlandse Zaken Sergej Lavrov had aangekondigd dat Rusland zou reageren op de toegenomen militaire hulp die Oekraïne uit het buitenland ontving als rechtvaardiging voor de uitbreiding van het front met militaire doelen in zowel de oblasten Zaporizja en Cherson.[233]

Tweede fase – Zuidelijk front Mykolajiv - Odessa[bewerken | brontekst bewerken]

De raketaanvallen en bombardementen op de belangrijkste steden Mykolajiv en Odessa gingen door terwijl de tweede fase van de invasie begon. Op 22 april 2022 gaf de Russische brigadegeneraal Rustam Minnekayev, sprekend tijdens een bijeenkomst van het ministerie van Defensie, aan dat Rusland van plan was het Mykolajiv-Odessa-front na het beleg van Marioepol verder naar het westen in Oekraïne uit te breiden om de afgescheiden regio Transnistrië aan de grens van Oekraïne met Moldavië op te nemen. Het Ministerie van Defensie van Oekraïne reageerde op deze aankondiging door de bedoelingen van Rusland te beschrijven als imperialisme en te zeggen dat het in tegenspraak was met eerdere Russische beweringen dat Rusland geen territoriale ambities had ten opzichte van Oekraïne en dat Rusland had toegegeven dat 'het doel van de 'tweede fase' van de oorlog niet een overwinning op de mythische nazi's was, maar de bezetting van Oost- en Zuid-Oekraïne'. Georgi Gotev schreef op 22 april 2022 dat de uitbreiding van het Russische strijdfront en de bezetting van Oekraïne van Odessa tot Transnistrië Oekraïne zou veranderen in een geheel door land omgeven natie zonder enige praktische toegang tot de Zwarte Zee.[234]

Op 23 april 2022 vielen volgens berichten van Oekraïense zijde bij een Russische raketaanval op Odessa – waarbij een woonwijk in Tajirove werd getroffen – zeker acht doden. De Oekraïense luchtafweer zou tijdens de aanval twee raketten en twee verkenningsdrones van Rusland hebben onderschept.[235][236] Op 27 april 2022 gaven Oekraïense bronnen aan dat explosies twee Russische zendmasten in Transnistrië hadden vernietigd, die voornamelijk werden gebruikt om Russische televisieprogramma's opnieuw uit te zenden. Eind april hernieuwde Rusland raketaanvallen op startbanen in Odessa, waarbij enkele ervan werden vernietigd, in een verdere poging om de transportinfrastructuur van Oekraïne te verzwakken. Op 2 mei 2022 berichtten plaatselijke autoriteiten dat er bij een nieuwe raketaanval op Odessa een 15-jarige jongen was omgekomen.[237] Op 10 mei 2022 werd de stad nogmaals doelwit van raketaanvallen, waarbij volgens het Oekraïense leger ook hypersonische raketten werden gebruikt. Voorzitter van de Europese Raad, Charles Michel, die in de stad aanwezig was voor onder meer een ontmoeting met de Oekraïense premier, Denys Sjmyhal, moest voor een aanval schuilen.[238] In de week van 10 mei 2022 begonnen Oekraïense troepen militaire actie te ondernemen om Russische troepen te verdrijven die zich op Slangeneiland in de Zwarte Zee op ongeveer 200 km van Odessa hadden geïnstalleerd.[239] Op 30 juni kondigde Rusland aan dat het zijn troepen van het eiland had teruggetrokken nadat de doelstellingen waren voltooid.[240] Oekraïne zou zodoende graan en andere goederen kunnen gaan exporteren. Het Oekraïense leger verklaarde dat ze Slangeneiland hadden heroverd en dat de Russische bestoking met fosforbommen van het net heroverde eiland bewees dat de verklaringen van Rusland niet klopten.[241]

Op 28 mei 2022 lukte het de Oekraïense troepen om de rivier Inhoelets, iets ten zuiden van het dorp Davydiv Brid, over te steken. Dit bemoeilijkte voor de Russen het gebruik van de rivier als een defensieve barrière. Op 4 juni 2022 was de verkeersweg T2207 ten zuiden van Davydiv Brid in handen van het Oekraïens leger, wat de bevoorrading van het front langs de rivier voor de Russen flink bemoeilijkte.[242] Rond 21 juni 2022 werd het gebied ten oosten van de rivier vermoedelijk heroverd door de Russen.[243]

De Oekraïense strijdkrachten veroverden omstreeks 22 juni 2022 Kiselivka, een plaats op 15 kilometer van het centrum van de stad Cherson. Dit bemoeilijkte de Russische verdediging van de stad.[244] Later moesten de Oekraïense strijdkrachten zich terugtrekken uit Kiselivka, maar ze veroverden wel het naastgelegen Barvinok.[242] Eind juni en begin juli 2022 boekten de Oekraïense strijdkrachten kleine terreinwinsten rond Cherson en dwongen de Russen in de verdediging.[245]

Tweede fase – Zuidoostelijk front Dnipro - Zaporizja[bewerken | brontekst bewerken]

Russische troepen bleven aan het begin van de tweede fase van de invasie raketten afvuren en bommen droppen op de belangrijkste steden Dnipro en Zaporizja. Op 10 april 2022 vernietigden Russische raketten de internationale luchthaven van Dnipro. Op 2 mei 2022 werden naar verluidt ongeveer 100 overlevenden van het beleg bij Marioepol door de VN, met medewerking van Russische troepen, geëvacueerd naar het dorp Bezimenne bij Donetsk, vanwaar ze naar Zaporizja zouden worden overgebracht.[246]

Val van Sjevjerodonetsk en Lysytsjansk[bewerken | brontekst bewerken]

Op 6 april 2022 riep de Oekraïense regering de bevolking van Oost-Oekraïne op om het gebied zo snel mogelijk te verlaten. Er werden voor hen een aantal treinen ter beschikking gesteld.[247] Op 8 april 2022 meldden de Oekraïense autoriteiten dat het treinstation in Kramatorsk, in de oblast Donetsk, was getroffen door twee Russische Tochka-U-raketten. Op 11 april 2022 kondigde Zelensky aan dat Oekraïne een groot nieuw Russisch offensief verwachtte in het oosten.[248] Militaire satellieten registreerden uitgebreide Russische konvooien van infanterie en gemechaniseerde eenheden terwijl deze van Charkov zuidwaarts naar Izjoem reden voor de geplande Russische herschikking van zijn noordoostelijke troepen naar het zuidoostelijke front van de invasie.[249]

Militaire controle rond de Donbas, 23 augustus 2022

Op 13 april 2022 werd er melding gemaakt van een mogelijke sabotage van een spoorbrug in de buurt van het Russische Belgorod.[250] De Oekraïense legerleiding beweerde op 14 april 2022 een brug te hebben opgeblazen in Charkov, waardoor een complete Russische legercolonne die op weg was naar Izjoem in een hinderlaag liep en werd geneutraliseerd.[251]

Op 18 april 2022, toen Marioepol bijna volledig door Russische troepen was ingenomen, kondigde de Oekraïense regering aan dat de tweede fase van de versterkte invasie van de regio's Donetsk, Loehansk en Charkov was geïntensiveerd met uitgebreide invasietroepen door de Russen om de Donbas verder te bezetten inclusief andere grote steden. Op 5 mei berichtte Forbes dat het Oekraïense leger luchtaanvalbrigades rond Izjoem had geconcentreerd voor mogelijke achterhoedegevechten tegen de ingezette Russische troepen in het gebied. De andere grote concentratie van de Oekraïense troepen rond Charkov omvatte gemechaniseerde brigades die op dezelfde manier konden worden ingezet voor achterhoedegevechten tegen Russische troepen rond Charkov, of zouden kunnen aansluiten bij Oekraïense troepen die gelijktijdig rond Izjoem werden ingezet.

Tegen eind april 2022 werden veel voorsteden ten oosten en ten noorden van de stad Charkov heroverd, wat de artilleriedruk op de stad verminderde.[252][253] Op 2 mei 2022 heroverden de Oekraïense strijdkrachten het dorp Stary Saltiv, 40 kilometer ten oosten van Charkov. Het dorp ligt aan een stuwmeer dat bescherming bood voor aanvallen vanuit het oosten.[254][255] Zelensky verklaarde op 11 mei 2022 dat de Russische troepen rond Charkov geleidelijk waren verdreven tot 10 km voor de Russische grens. In de buurt van Charkov werd een massagraf met Russische soldaten gevonden.[256][257] Op 14 mei meldde de Amerikaanse denktank Institute for the Study of War (ISW) dat het Russische leger zich waarschijnlijk volledig had teruggetrokken uit zijn posities rond Charkov, als gevolg van het Oekraïense tegenoffensief en de beperkte beschikbaarheid van versterkingen. Volgens getuigen voerden de Russen nog wel luchtaanvallen uit op dorpen in de omgeving van de stad.[258]

De Russen werden door het Oekraïense tegenoffensief gedwongen om legereenheden over de grens in Rusland, bij Belgorod, in reserve te houden. Deze legereenheden konden daardoor niet ingezet worden op andere fronten. Tevens werd een belangrijke Russische aanvoerlijn, de internationale spoorlijn Belgorod (RU)- Koepjansk (UA), bedreigd bij Vovtsjansk, oblast Charkov. Meer naar het zuiden, bij Roebizjne, veroverde het Russische leger langzaam gebied in westwaartse richting door middel van uitputtingsoorlogsvoering. Hierbij werden steden en dorpen zwaar gebombardeerd door artillerie totdat er niets meer van over was en de Oekraïense troepen zich terugtrokken. Daarna werd de volgende Oekraïense defensieve stelling aangevallen. Deze Russische tactiek vergde enorm veel munitie en leidde tot grote verliezen in mankracht en materieel. Tegelijkertijd voerde het Russische leger aanvallen uit vanuit Izjoem in zuidelijke richting, met als doel het Oekraïense leger te omsingelen. Dit offensief had minder succes, daar de Russen er niet in slaagden om met noemenswaardige aantallen de Severski Donets over te steken, ondanks meerdere pogingen met pontons die door Russische troepen voor dit doel waren gebouwd.[259] Op 13 mei meldde de BBC dat Russische troepen in Charkov werden teruggetrokken en naar andere fronten in Oekraïne werden herschikt na de opmars van Oekraïense troepen naar omliggende steden en Charkov zelf, waaronder de vernietiging van strategische pontonbruggen.[260] Half mei berichtte ISW dat het Oekraïense leger de Russen nu volledig had verdreven uit Charkov en omstreken.[261]

Na de inname van de Azovstalfabriek door de Russen en de Val van Marioepol aan het zuidelijk front, nam het offensief in de Donbas toe, waarbij de de-factohoofdstad van de oblast Loehansk, Sjevjerodonetsk, onder intens artillerievuur lag. Op 21 mei meldde de gouverneur van Loehansk, Serhij Hajdaj, via Telegram dat de Russen Sjevjerodonetsk dag en nacht bombardeerden en probeerden de stad te omsingelen. Oekraïense troepen zouden elf aanvallen hebben afgeslagen en daarbij acht tanks hebben vernietigd. Daarnaast was ook Lysytsjansk een doelwit, de twee steden liggen aan weerszijden van de Severski Donets in het deel van oblast Loehansk dat voor de oorlog nog niet onder controle stond van pro-Russische separatisten. Volgens Zelensky werd ook in Slovjansk hevig gevochten en hield het Oekraïense leger stand.[262] Op 23 mei 2022 vielen Russische troepen Lyman binnen en na een paar dagen was de stad volledig ingenomen. Oekraïense troepen trokken zich terug uit Sviatohirsk en op 24 mei 2022 veroverden Russische troepen de stad Svitlodarsk. Op 30 mei 2022 meldde Reuters dat Russische troepen de buitenwijken van de stad Sjevjerodonetsk waren binnengedrongen.[263] Het Oekraïense leger zette een tegenoffensief in en heroverde delen van de stad van het Russische leger tot ze op 4 juni 2022 weer 50% (was 70%) van de stad in handen hadden. Volgens Hajdaj zette Rusland alle beschikbare reserves in om de stad te veroveren.

In de buurt van Izjoem had het Russische leger op 4 juni 2022 tot twintig tactische bataljoneenheden verzameld voor de aanval op de stad Slovjansk.[264] Het Russische leger probeerde de T1302-weg tussen Bachmoet/aansluiting snelweg E40 en Lysytsjansk te blokkeren. Bij Bilohorivka was het front zeer dichtbij en beschoten de Russen de voorrijdende voertuigen. Indien deze verbinding wegviel, bleef alleen een kleine weg naar het Oekraïense achterland over via Siversk. [265] Rond 7 juni 2022 intensiveerden de Russische aanvallen op Charkov toch weer, met doden en gewonden tot gevolg.[266] Op 12 juni 2022 meldde BBC News dat 800 Oekraïense burgers en 300-400 soldaten werden belegerd in de chemische fabriek Azot in Sjevjerodonetsk, met slinkende wapenvoorraden, onderhandelend over een veilig vertrek uit de stad.[267][268]

Op 20 juni 2022 werd gemeld dat Russische troepen hun greep op Sjevjerodonetsk bleven versterken door omliggende dorpen en gehuchten rond de stad te veroveren, meest recentelijk het dorp Metelkine.[269] Op 21 juni 2022 trokken de Russische troepen het industriegebied, het laatste deel van de stad dat nog in handen was van Oekraïne, binnen. De drie bruggen over de rivier werden vernietigd, waardoor de bevoorrading werd gehinderd. Er zouden zich nog driehonderd burgers schuilhouden in de bunkers van de chemische fabriek.[270] De Russische troepen trokken op vanuit het zuidoosten langs de westkant van de Severski Donets om Lysytsjansk aan te vallen.[271] Op 21 juni 2022 meldde Oleh Synjehoebov, gouverneur van de oblast Charkov, dat er bij een Russische aanval zeker 15 burgerdoden waren gevallen in de steden Charkov, Tsjoehoejiv en Zolochiv.[272]

Op 24 juni 2022 kregen de Oekraïense strijdkrachten, te midden van de aanhoudende tactiek van de verschroeide aarde die werd toegepast door oprukkende Russische troepen, het bevel de stad te evacueren; ze zouden honderden burgers achterlaten die hun toevlucht zochten in de chemische fabriek van Azot in Sjevjerodonetsk, een situatie die werd vergeleken met de burgervluchtelingen die in mei 2022 in de staalfabriek van Azovstal in Marioepol waren achtergelaten.[273] De stad was nu volledig in handen van de Russen.[274] Sjevjerodonetsk werd geen "tweede Marioepol" met omsingelde Oekraïense verdedigers. Strategisch gezien was Sjevjerodonetsk niet zo belangrijk als Marioepol. Van de stad zelf bleef nauwelijks iets over, maar ze had wel een grote symbolische waarde voor beide partijen.

Op 2 juli 2022 werden de laatste Oekraïense troepen teruggetrokken uit Lysytsjansk, onder de dreiging van een complete omsingeling.[275]Vanuit nationalistische militaire Russische experts kwam er kritiek op de militaire strategie in de Donbas. De voormalige Russische militaire bevelhebber Igor Girkin, een vurige nationalist die in 2014 milities in de Donbas leidde, stelde dat de Oekraïense verdediging van Lysytsjansk ingericht was om maximale schade aan de Russische troepen te veroorzaken in termen van materieel en manschappen. Hierdoor betaalden de Russen een te hoge prijs voor een minimale terreinwinst.[276]

Val van Marioepol[bewerken | brontekst bewerken]

Zie Slag om Marioepol (2022) voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Op 13 april 2022 intensiveerden Russische troepen hun aanval op de verlaten staalfabriek in de ijzer- en staalfabriek Azovstal in Marioepol en de Oekraïense strijdkrachten die daar achterbleven. Op 17 april 2022 hadden Russische troepen de fabriek omsingeld. De Oekraïense premier Denys Sjmyhal zei dat de Oekraïense soldaten hadden gezworen het vernieuwde ultimatum van overgave te negeren en tot de laatste man te vechten. Op 20 april 2022 zei Poetin dat het beleg van Marioepol als tactisch voltooid kon worden beschouwd, met ongeveer 500 Oekraïense troepen verschanst in bunkers in de Azovstal fabriek en naar schatting 1.000 Oekraïense burgers volledig afgesloten van elke vorm van hulpverlening tijdens hun belegering.[277]

Na ontmoetingen met president Poetin en president Zelensky op opeenvolgende dagen, zei VN-secretaris António Guterres op 28 april 2022 dat hij zou proberen een noodevacuatie te organiseren van de overlevenden die verschanst waren in Azovstal, in overeenstemming met de garanties die hij van Poetin had gekregen tijdens zijn bezoek aan het Kremlin. Op 30 april lieten Russische troepen burgers onder VN-bescherming vertrekken. Op 3 mei 2022 hervatten Russische troepen, nadat ze ongeveer 100 Oekraïense burgers hadden laten vertrekken uit de Azovstalfabriek, een non-stop bombardement op de staalfabriek, waarbij naar schatting enkele honderden burgers nog steeds de vijf bunkers bezetten die gebouwd waren om een nucleaire aanval te weerstaan. Op 6 mei berichtte The Telegraph dat Rusland thermobarische bommen had gebruikt tegen de overgebleven Oekraïense soldaten, die het contact met de Kiev-regering hadden verloren; in zijn laatste communicatie had Zelensky de commandant van de belegerde staalfabriek toestemming gegeven om zich zo nodig over te geven onder druk van de toegenomen Russische aanvallen. Op 7 mei 2022 meldde Associated Press dat alle burgers aan het einde van het driedaagse staakt-het-vuren uit de ijzerfabriek van Azovstal waren geëvacueerd.[278]

Nadat de laatste burgers uit de Azovstal-bunkers waren geëvacueerd, bleven daar bijna tweeduizend Oekraïense soldaten gebarricadeerd, met 700 gewonden; ze konden een pleidooi houden voor een militaire corridor om troepen te evacueren, omdat ze een standrechtelijke executie door Russische troepen verwachtten als ze zich overgaven.

Oekrajinska Pravda berichtte op 8 mei 2022 over onenigheid binnen de Oekraïense troepen bij Azovstal. Er waren aanwijzingen dat de commandant van de Oekraïense mariniers die was aangesteld om de bunkers van Azovstal te verdedigen, op ongeoorloofde wijze tanks, munitie en personeel had verworven om uit de diepgewortelde positie daar uit te breken en de stad te ontvluchten. De overgebleven soldaten spraken van een verzwakking van hun defensieve positie in Azovstal als gevolg, waardoor voortgang naar oprukkende Russische aanvalslinies mogelijk werd. Bloomberg News meldde op 8 mei 2022 de benarde situatie van overlevende Oekraïense troepen bij Azovstal als: 'een horloge van dode mannen' met Ilia Somolienko, plaatsvervangend commandant van de resterende Oekraïense troepen gebarricadeerd in Azovstal, communicerend: "We zijn hier eigenlijk dode mannen. De meesten van ons weten dit en daarom vechten we zo onbevreesd."[279]

Op 16 mei 2022 kondigde de Oekraïense generale staf aan dat het Marioepol-garnizoen 'zijn gevechtsmissie had vervuld' en dat de laatste evacuaties uit de staalfabriek van Azovstal waren begonnen. Het leger zei dat 264 militairen werden geëvacueerd naar Olenivka onder Russische controle, terwijl 53 van hen die 'ernstig gewond' waren naar een ziekenhuis in Novoazovsk werden gebracht dat ook onder Russische troepen staat. Na de evacuatie van Oekraïens personeel uit Azovstal, controleerden Russische en DPR-troepen alle gebieden van Marioepol volledig. Het einde van de strijd maakte ook een einde aan het beleg van Marioepol. De Russische perssecretaris Dmitry Peskov zei dat president Poetin had gegarandeerd dat de strijders die zich overgaven zouden worden behandeld 'in overeenstemming met de internationale normen', terwijl de president Zelensky in een toespraak zei dat 'het werk om de jongens naar huis te brengen doorgaat, en dit werk heeft delicatesse nodig — en tijd'. Enkele prominente Russische wetgevers riepen de regering op om de uitwisseling van gevangenen voor leden van het Azov-regiment te weigeren.[280]

Aanvallen op de Krim[bewerken | brontekst bewerken]

Op 9 augustus 2022 waren er meerdere grote explosies op de luchtmachtbasis Saki bij Novofedorivkain, aan de westkust van de Krim, meer dan 200 km van het front. Van Oekraïense zijde werd betrokkenheid tijdens de daaropvolgende maand officieel noch bevestigd noch ontkend, hoewel niet-officiële bronnen aanwijzingen aangaven dat Oekraïne wel degelijk betrokken was. De luchtmachtbasis leek te ver afgelegen om getroffen te worden door Himars-raketten. De Russische media hielden het echter op een ongeluk bij de explosievenopslag.[281][282] Op 8 september 2022 verkondigde de Oekraïense opperbevelhebber dat de aanvallen op de Krim door de Oekraïeners met raketten uitgevoerd waren.[283]

Op 16 augustus 2022 waren er explosies in de Krim bij een munitiedepot in Maiske en het vliegveld van Gvardeyskoe. Tevens was er vuur bij een elektrisch onderstation twaalf mijl van het getroffen munitiedepot. Deze incidenten vonden plaats in de buurt van Dzhankoy, een strategisch knooppunt voor alle spoorlijnen in de Krim. Een strategische spoorbrug ten zuiden van Melitopol was door partizanen opgeblazen.[284]

Op 18 augustus 2022 werden er ten minste vier explosies waargenomen bij de internationale luchthaven van Sevastopol bij Belbek. Bij Kertsj, de belangrijke verbindingsbrug tussen de Krim en Rusland, werd het luchtafweersysteem geactiveerd.[285] De aanvallen op de Krim zorgden voor een deuk in het Russische zelfvertrouwen en Russische toeristen ontvluchtten het eerder veilig gewaande schiereiland. De verovering van de Krim was een van Poetins grootste verdiensten.[286]

Oekraïens tegenoffensief (6 september 2022 - november 2022)[bewerken | brontekst bewerken]

De Russische invasie van Oost-Oekraïne in 2022, geanimeerde kaart fase 3 (5 september tot 25 september)

Op 6 september 2022 lanceerden Oekraïense troepen een verrassend tegenoffensief in de regio Charkov,[287] beginnend bij Balaklija.[288] Het tegenoffensief had voldoende succes om Rusland publiekelijk toe te laten geven sleutelposities in het gebied te hebben verloren. Op 21 september 2022 kondigde Poetin een gedeeltelijke mobilisatie aan van 300.000 reservisten. Er volgde chaos bij de uitvoerende instanties en Russen die de kans liepen om opgeroepen te worden ontvluchtten massaal hun thuisland. Westerse militaire experts twijfelenden aan de effectiviteit van deze gedeeltelijke mobilisatie. Het zou maanden duren om de ongemotiveerde rekruten effectief te integreren in de bestaande legereenheden. Er was tevens een gebrek aan uitrusting en militair materiaal (tanks, artillerie etc.).[289] Poetin zei ook dat zijn land "alle middelen" zou gebruiken om "zichzelf te verdedigen".[290]

Annexaties[bewerken | brontekst bewerken]

Op 23 september 2022 begonnen de referenda voor annexatie aan Rusland van de vier bezette Oekraïense oblasten Cherson, Zaporizja, Donetsk en Loehansk. Tijdens deze vijfdaagse volksraadpleging werd de bevolking met allerlei pressiemiddelen min of meer gedwongen om een niet-anonieme stem vóór de Russische annexatie uit te brengen.

De stembusgang werd buiten Rusland gezien als onwettig, oneerlijk en onvrij en als een juridische dekmantel beschouwd om de bezette gebieden tot Russisch grondgebied te verklaren. Ter bescherming van dit door Rusland zelf tot Russisch verklaarde grondgebied konden dan volgens de Russische wet alle militaire middelen worden ingezet om het land – in Russische bewoordingen – te verdedigen.[291]

Op 30 september 2022 ondertekende Poetin samen met de separatistische vertegenwoordigers van de Oekraïense oblasten Cherson, Zaporizja, Donetsk en Loehansk, de annexatieverdragen voor de opname van deze bezette Oekraïense oblasten in de Russische Federatie.[292] Geen van de geannexeerde oblasten was volledig onder Russische controle. Alle inwoners in de bezette gebieden werden vanaf dat moment door Rusland als Rus beschouwd en vielen tevens onder de Russische militaire dienstplicht. Voor het verdedigen van het geannexeerde Russische gebied waren alle militaire middelen toegelaten, inclusief tactisch nucleaire wapens. Op 5 oktober 2022 ondertekende president Poetin de vier ratificatiewetten van de annexaties nadat deze door de Doema waren aangenomen, waarmee hij de eenzijdige annexatie van de vier Oekraïense oblasten door Rusland formaliseerde.[293]

Op 19 oktober 2022 kondigde Poetin voor de vier geannexeerde regio's de staat van beleg af, wat onder meer betekende dat door de inwerkingtreding van de krijgswet de Russische overheid de burgers strenger zou controleren en het leger meer macht zou krijgen.[294][295]

Tegenoffensief in Zuid-Oekraïne[bewerken | brontekst bewerken]

Zie Oekraïens tegenoffensief in Zuid-Oekraïne 2022 voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Vanaf begin juli 2022 voerde het Oekraïense leger steeds meer tegenaanvallen uit in de grotendeels door Rusland bezette oblasten Zaporizja en Cherson. De Russen gebruikten de inwoners van Melitopol als menselijk schild, door het ze onmogelijk te maken de stad te verlaten.[296] Op 12 juli 2022 beweerden Oekraïense autoriteiten een wapenopslagplaats in Nova Kachovka in de oblast Cherson te hebben vernietigd, waarbij 52 Russen, waaronder 12 Russische officieren en een Russische generaal-majoor zouden zijn omgekomen.[297]

Vanaf 19 juli 2022 werd de strategische Antonivkabrug over de Dnjepr aangevallen met Amerikaanse HIMARS-raketartillerie. De brug raakte hierdoor zwaar beschadigd en deels onbruikbaar.[298] Tegen 23 juli waren alle drie de bruggen over de rivier beschadigd.[299][300] In de nacht van 26 op 27 juli werd de Antonivka-wegbrug voor de derde keer aangevallen. Deze keer raakte de brug onbruikbaar voor alle verkeer,[301] diezelfde dag werd ook de spoorbrug onbruikbaar.[302] De belangrijkste brug over de Inhoelets, de E58 bij Darivka werd op 23 juli onbegaanbaar, waardoor de Russen genoodzaakt waren een pontonbrug aan te leggen.[303][304] De bezette gebieden ten westen en oosten van de Inhoelets dreigden van elkaar te worden geïsoleerd, waardoor de bevoorrading met munitie -van de al gereduceerde Russische wapendepots - problematisch werd.[305]

Rusland verplaatste veel troepen en materieel van de Donbas naar het zuidelijk bezette gebied om het dreigende Oekraïense tegenoffensief tegen te houden.[306] Het Oekraïense tegenoffensief maakte gestaag terreinwinst aan het front.[307] De gedeeltelijke terugtrekking van de Russische troepen in het oosten, bood mogelijkheden voor lokale Oekraïense tegenoffensieven.[308] De families van de Russische bezetters ontvluchtten de stad Cherson, omdat het daar te onveilig werd.[309] De Verenigde Staten pasten hun wapenleveringen aan om het tegenoffensief te steunen. Zo werden er voertuigen geleverd die gebieden konden ontmijnen en werden er antiradar-raketten geleverd die luchtafweer en gerichte tegenartillerie konden uitschakelen.[310] Tevens werden Oekraïense troepen in het buitenland (vooral in het VK) opgeleid in offensieve tactieken.

Op 29 augustus 2022 begon het Oekraïense leger het grote tegenoffensief met een brede aanval op vrijwel de hele Russische frontlinie in het zuiden, ten westen van de rivier de Dnjepr.[311]De Russen hadden weliswaar nog voldoende artillerie, maar onvoldoende mankracht om tegelijkertijd alle fronten te bemannen.[312] Op 1 september beweerde het Oekraïense leger Stanislav en Snihoerivka in de oblast Mykolajiv te hebben heroverd, wat werd bevestigd door lokale bronnen.[313] Op 4 september kondigde president Zelensky de herovering van twee niet nader genoemde dorpen in de oblast Cherson en een in de oblast Donetsk aan. De Oekraïense autoriteiten gaven een foto vrij waarop te zien was dat Oekraïense soldaten de Oekraïense vlag hesen in Vysokopillia.[314][315] Volgens westerse analisten waren er ongeveer twintigduizend Russische troepen in het gebied aanwezig. Volgens Oleksi Arestovytsj, een adviseur van de Oekraïense president, was het hoofddoel van het offensief niet om terreinwinst te halen, maar de Russische strijdkrachten aan de frontlinie te verzwakken en tegelijkertijd de Russische logistiek te ontregelen door commandoposten achter het front aan te vallen met artillerie en Himar-raketten;[316] een strategie tegen een overmacht die ook succesvol werd gebruikt bij de Russische opmars naar Kiev.[317][318] Op 6 september 2022 startte het Oekraïense leger een tweede offensief in de regio Charkov, waar het snel doorbrak. Ondertussen gingen de Oekraïense aanvallen langs de zuidelijke frontlinie door, hoewel berichten over territoriale veranderingen grotendeels oncontroleerbaar waren.[319]

Het Russische leger begon op 20 oktober 2022 met de strategische terugtrekking vanuit de rechteroever van de Dnjepr.[320] De bezettingsoverheid was de evacuatie van Russische geïmporteerde specialisten, collaborateurs en het bankwezen aan het voorbereiden. Inwoners uit de stad Cherson werden geëvacueerd (volgens Oekraïne gedeporteerd) in verband met hun veiligheid en om het de Russen gemakkelijker te maken om de stad te verdedigen. De Russische bezettingsadministratie in Beryslav en de humanitaire hulp in de stad Cherson functioneerden niet meer. Volgens Oekraïense functionarissen wilden de Russen tijdens een valsevlagoperatie de Kachovka-stuwdam aan de Dnjepr opblazen.[321]

Op 22 oktober 2022 gaf de bezettingsoverheid het bevel aan alle burgers van Cherson om de stad te evacueren.[322] Op 9 november 2022 kregen de Russische troepen het bevel om zich terug te trekken van de rechteroever van de Dnjepr bij Cherson. Volgens de Russische bevelhebber Sergej Soerovikin kon de stad niet meer volledig worden bevoorraad en functioneren.[323] Russische militaire verslaggevers meldden de terugtrekking van de Russische troepen uit Cherson. Op 10 november 2022 meldde het Oekraïense leger dat het Chersonfront gemiddeld 7 kilometer was opgeschoven. De terreinwinst was 260 km² en er waren 12 dorpen bevrijd.[324] De terugtrekkende Russische troepen bliezen meerdere bruggen op om hun terugtrekking veilig te stellen.[325] De teruggetrokken Russische troepen, werden ingezet om troepen te versterken in Marioepol, het offensief op het Donbasfront en de verdediging van Oblast Loehansk.[326]

Tegenoffensief in het noordoosten van Oekraïne[bewerken | brontekst bewerken]

Zie Oekraïens tegenoffensief in Noordoost-Oekraïne 2022 voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Het Oekraïense leger voerde begin september een verrassingsaanval uit ten zuidoosten van Charkov in het noordoosten van Oekraïne, waar de Russische troepen in de weken daarvoor in het kader van een hergroepering uitgedund waren. Als eerste omsingelden de Oekraïense troepen de door de Russen bezette stad Balaklija[327][328] en op 8 september 2022 werd de stad heroverd.[329] Het oorspronkelijke doel van het Oekraïense offensief zou Koepjansk zijn geweest, een strategisch belangrijk Russisch bevoorradingsknooppunt. Op 8 september 2022 verklaarde president Zelensky in een videoboodschap dat er vanaf 1 september 1000 km² land en twintig dorpen waren heroverd. President Poetin bleef volhouden dat alles volgens Russisch plan verliep en dat Rusland "niets had verloren en ook niets zou verliezen".[330]

Oekraïense tanks rukten in hoog tempo op in het noordoosten. Russische eenheden vluchtten en de noordelijk gelegen steden Izjoem en Koepjansk werden heroverd. Het Russische leger trok zich grotendeels terug tot de oostkant van de Oskol; moerassen en een lang stuwmeer vormden een natuurlijke barrière. Lawrence Freedman, een Britse oorlogsexpert, noemde het Oekraïense succes een ontwikkeling van 'historisch belang'. Volgens hem werd de Oekraïense verrassingsaanval in het noorden pas ingezet toen de Oekraïense legertop zag dat Rusland zijn troepen verplaatste naar het zuiden, waar het Oekraïense tegenoffensief in Zuid-Oekraïne in de regio Cherson plaatsvond.[331]

Op 9 september 2022 werd de Russische luitenant-generaal Andrei Sytsjevoi gevangengenomen door Oekraïense soldaten. Het was de hoogste Russische officier die sinds de Tweede Wereldoorlog gevangen werd genomen.[332] Op 10 september 2022 heroverde het Oekraïense leger Bilohorivka, gelegen in de oblast Loehansk. Hiermee stond deze oblast niet meer onder volledige Russische controle.[333] Het Oekraïense leger hees op 10 september 2022 de vlag in de noordelijke steden Balaklija en Izjoem, waar de Russen waren teruggedrongen.[334]

Op 11 september 2022 hadden de Oekraïners een bres van 70 km in oostelijke richting geslagen en in vijf dagen tijd 3.000 km² land teruggewonnen.[335] Dit was meer dan de Russische troepen van april tot september 2022 van de Oekraïeners veroverd hadden. Rond de stad Charkov trokken de Russen zich terug tot de internationale grens. Ze waren alleen nog aanwezig ten oosten van de Oskol, waar gepoogd werd een nieuwe verdedigingslijn op te bouwen.[336] Maar ook verder oostwaarts in Svatove, in de oblast Loehansk, vluchtte het Russische leger en liet de lokale militia alleen achter.[337] Bij de chaotische terugtrekking verloren de Russen veel militair materieel en munitie, waarvan een groot deel door het Oekraïense leger kon worden hergebruikt.[338][339]

Eind september 2022 waren de Oekraïners ter hoogte van Izjoem verder oostwaarts opgetrokken, voorbij de Oskol, tot Nove en Katerynivka. Tevens werd het gebied ten noordwesten van de stad Lyman heroverd. De inname van deze stad was voorlopig het lokale hoofddoel van het Oekraïense leger. Ook op andere plekken zoals bij Koepjansk verschoof het front oostwaarts, voorbij de Oskol, tot Petropavlivka.[340][341]

Op 1 oktober 2022 werd de strategisch belangrijke stad Lyman heroverd.[342] Ongeveer vijfduizend Russische militairen werden omsingeld. Het Russische leger stuurde geen versterkingen naar het noordoostelijke front (Charkov, Donbas), maar leek prioriteit te geven aan het versterken van het zuidelijk front (Cherson, Zaporizja). Tevens was er een mislukte Russische grondaanval gestart bij Kozatsja Lopan, in de oblast Charkov, wat erop wees dat Poetin zijn ambitie om deze regio te veroveren nog niet had opgegeven.[343]

Eind september / begin oktober 2022 bouwde Rusland aan de 'Wagner-linie', in de oblast Loehansk. Deze tweede verdedigingslinie liep van Svitlodarsk naar het noorden en volgde daarna de zuidelijke oever van de Severski Donets tot aan de Russische grens.[344]

Russisch winteroffensief (12 november 2022 - juni 2023)[bewerken | brontekst bewerken]

Eind oktober 2022 maakte het Oekraïens offensief nauwelijks meer terreinvorderingen tegen het ingegraven Russisch leger en vanaf midden november 2022 voerde het Russisch leger meer aanvalsacties uit om de verloren gebieden te heroveren. De nieuw gerekruteerde troepen versterkten het Russisch leger en boden de mogelijkheid om in het offensief te gaan. Op 11 november 2022 was de evacuatie van het Russisch leger uit Cherson naar de linkeroever van de Dnjepr voltooid. Er waren weinig troepen nodig om de nieuwe frontlijn te verdedigen en zo konden de meeste geëvacueerde Russische troepen elders ingezet worden. Het hoofddoel van het Russische winteroffensief was het veroveren van Bachmoet[345] en een doorbraak te forceren door de Oekraïense verdedigingslinies in de Donbas, voordat het Oekraïens leger de geleverde westerse tanks en artillerie effectief kon inzetten voor een offensief. Andere speerpunten in het Russisch offensief waren Soledar en Voehledar. De Russen boekten terreinwinst en veroverden Bachmoet grotendeels ten koste van zeer grote verliezen aan soldaten en materieel.

Op 1 februari 2023 meldde een woordvoerder van de Oekraïense militaire inlichtingendienst dat Poetin de verovering zou hebben bevolen van de gehele oblasten Donetsk en Loehansk tegen maart 2023. Hiervoor werden extra troepen en materieel ingezet in het oosten van Oekraïne. In de oblast Loehansk werden mobiele internetdiensten stilgelegd (vanaf 2 februari in het in 2022 bezette gebied en vanaf 11 februari 2023 zouden ze in heel Loehansk worden stilgelegd), om zo het doorgeven van inlichtingen over de concentraties en inzet van Russische troepen te verhinderen. Volgens het Oekraïense ministerie van Defensie zou Rusland nog meer soldaten gemobiliseerd hebben dan volgens de officiële mobilisatiecijfers.

Vanaf eind januari / begin februari 2023 was er weer een intensivering van het Russische offensief in het oosten van Oekraïne.[346]

Bachmoet en Soledar[bewerken | brontekst bewerken]

Zie Slag om Bachmoet voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

De stad Bachmoet werd eind 2022 / begin 2023 het doel van een hevig Russisch militair offensief.

Situatie omgeving van Bachmoet na de Slag om Bachmoet, 26 november 2022

Het offensief werd uitgevoerd door de Wagnergroep, die het gebruikte voor een prestige- en machtsstrijd binnen Rusland. In het najaar van 2022 was dit het enige front waar Rusland in het offensief was, omdat het hoe dan ook een succes wilde claimen na alle tegenslagen. Toen de inname van Bachmoet niet lukte, werd het offensief meer geconcentreerd op de nabijgelegen stad Soledar,[347] waarvan de inname op 13 januari 2023 door Rusland werd geclaimd.[348] Bij het offensief werden vooral aan Russische zijde grote verliezen geleden. In de media werd gesproken over Russische soldaten die als 'kanonnenvoer' werden gebruikt.[349][350]

Volgens een Oekraïense legerleider werden de soldaten van de Wagnergroep in Bachmoet eind januari 2023 vervangen door Russische paratroepen, vanwege de zware verliezen die de Wagnergroep had geleden.[351]

Op 6 maart 2023 maakte president Zelensky bekend dat het Oekraïense leger Bachmoet zou blijven verdedigen. Russische eenheden van de Wagnergroep hadden de stad van drie kanten omsingeld en veroverden stukje bij beetje terrein, ten koste van enorme verliezen aan manschappen. Ook aan Oekraïense kant werden zware verliezen geleden. De slecht getrainde Russische ex-gevangenen waren de afgelopen maanden bij duizenden gesneuveld, waardoor de Wagnergroep steeds meer elite-eenheden in moest zetten. Omdat de Oekraïense soldaten in het voordeel waren tijdens deze defensieve stadsoorlog, bood dit volgens ISW de kans om de beste troepen van Wagner te decimeren.[352]

Op 9 april 2023 veranderden de Russen van strategie, nadat huurlingen van de Wagnergroep volledig uitgeput en gedecimeerd waren. Het Oekraïense leger had nog altijd controle over het westelijke deel van het stadje, wat strategisch van weinig waarde is voor Oekraïne, maar vooral van belang was voor het moreel van het Russische Leger. Het Russische leger probeerde met lucht- en artillerieaanvallen alles te vernietigen wat nog van waarde was in de al zwaar beschadigde stad volgens de 'tactiek van de verschroeide aarde'.[353]

Op 4 mei 2023 liet de huurlingenleider van de Wagnergroep, Jevgeni Prigozjin, in een videoboodschap aan opperbevelhebber Gerasimov en minister van Defensie Sjojgoe weten dat hij zijn Wagnergroep terug zou trekken uit Bachmoet als er niet snel munitie zou worden geleverd. De Wagnergroep zou nagenoeg zonder munitie zitten en door Oekraïense strijdkrachten worden gedecimeerd.[354]

Op 20 mei 2023 claimde Prigozjin de volledige verovering van Bachmoet. Volgens het Kremlin feliciteerde president Poetin de Wagnergroep en andere bij de operatie betrokken Russische eenheden. Van Oekraïense zijde ontkende men de claim. De Oekraïense militairen zouden nog niet alle gebouwen en straten in de stad hebben verlaten.[355]

Slag om Voehledar[bewerken | brontekst bewerken]

In de nacht van 24 januari 2023 begon een grote Russische aanval op het strategisch gelegen mijnstadje Voehledar, op het kruispunt van het oostelijke en het zuidelijke front. Op 25 januari hadden Oekraïense troepen de eerste verdedigingslinie nabij de stad verloren en zich terugtrokken in de stad.[356][357] De belegering van Voehledar werd gezien als het begin van het Russische lenteoffensief.

In de buurt van Voehledar lag de enige spoorlijn die de Donbas verbond met Marioepol, Melitopol en de Krim. Oekraïense troepen gebruikten hun posities in en rond Voehledar om aanvallen uit te voeren op het belangrijkste spoorwegknooppunt van de regio en vormden een bedreiging voor de bevoorrading van de Russische troepen. De treinverbinding was voor Rusland essentieel om zwaar materieel en grote troepenformaties te kunnen verplaatsen over het slagveld, van Rusland naar Zuid-Oekraïne.

Op 27 januari 2023 bombardeerden Russische troepen Voehledar met een TOS-1 thermobarische bom.[358] In de daaropvolgende dagen leden Russische troepen zware verliezen tijdens de slag.[359]

In de tweede week van februari 2023 werd opnieuw een Russisch offensief ingezet tegen de Oekraïense verdedigingslinie. Op 8 februari 2023 mislukte een offensief van tanks, infanteriegevechtsvoertuigen (IFV's) en infanterie, waarbij de Russische 155ste marine-infanterie, bestaande uit 5.000 militairen, zo goed als volledig van de kaart werd geveegd, alsook 130 militaire voertuigen, waaronder 30 tanks.[360][361] Generaal Roestam Moeradov, Russisch commandant van het oostelijke militaire district en van het Voehledar-offensief, kwam onder vuur te liggen omdat hij het doel niet had bereikt.[362][363][364][365]

Eind februari 2023 hadden de Russische troepen zoveel tanks en voertuigen verloren dat ze overgingen op infanterieaanvallen op de stad.[366] Veel Oekraïense tegenaanvallen werden uitgevoerd door de Russische voertuigen in een hinderlaag te lokken met behulp van drones of te wachten tot de tanks binnen het bereik van Oekraïense antitankraketten waren.[366]

Op 7 maart 2023 werd bekend dat leiders van de 155ste tankbrigade weigerden om nog langer de bevelen vanuit het Kremlin uit te voeren. In de inmiddels drie weken durende slag om Voehledar zouden verdere pogingen om het stadje in te nemen volgens de tankleiders uitlopen op een complete zelfmoord. Volgens Oekraïense functionarissen woedde bij Voehledar het grootste tankgevecht sinds het begin van de invasie, met rampzalige verliezen voor de Russische strijdkrachten tot gevolg.[367]

Oekraïens tegenoffensief (juni 2023 - november 2023)[bewerken | brontekst bewerken]

Zie Oekraïens tegenoffensief 2023 voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Na de winter van 2022/23 werd een Oekraïens lenteoffensief verwacht, dat uitbleef door de slechte weersomstandigheden in het voorjaar, een tekort aan munitie, verlate leveringen van westers militair materieel, zoals Leopard 2-tanks, en de tijdrovende opleidingen van Oekraïense militairen. Zo duurden de Arms Warfare (CAW)-trainingen voor commandanten, waarbij alle aspecten van oorlogsvoering op elkaar afgestemd moeten worden, langer dan verwacht. Ondertussen bouwden de Russen uitgebreide verdedigingslinies langs heel het front ter voorbereiding van het verwachte Oekraïens offensief. Eind mei verschenen de eerste tekenen van de voorbereidingen van het Oekraïense tegenoffensief. De Russische grensstad Belgorod werd bestookt met drones. Het Russisch Vrijwilligerskorps, bestaande uit paramilitairen die tegen het Kremlin vechten, veroverde dorpen in de buurt van de grensstad. Rusland werd gedwongen een deel van zijn troepen vanuit de frontlinies richting Belgorod te sturen. Op 4 juni 2023 voerden Oekraïense troepen een grootschalige aanval uit ten zuiden van Donetsk, waaronder de omgeving van Bachmoet.[368]

Begin offensief[bewerken | brontekst bewerken]

Later die week ging het Oekraïense tegenoffensief echt van start. Grote colonnes met onder meer Leopard 2-tanks verschenen op het strijdtoneel voor een grondoffensief op drie fronten. Op 9 juni concentreerden de gevechten zich ten zuiden van Velyka Novosilka nabij Bachmoet.[369] Het Oekraïense leger boekte tijdens twee weken gevechten terreinwinsten[370], maar forceerde geen doorbraak en de Oekraïense troepen kwamen nog niet in de buurt van de grote Russische verdedigingslinies. Volgens de westerse militaire experten had Oekraïne nog niet alle aanvalstroepen ingezet en moest het grote offensief nog komen. In deze fase van het offensief is terreinwinst niet het belangrijkste doel, maar het reduceren van de slagkracht van het Russische leger, door het verlies van soldaten, uitrusting en de uitputting.[371] Na twee weken van gevechten nam het Oekraïense leger tijdelijk gas terug om de tactieken en gevechtservaring te evalueren.[372]

Volgens Oleksii Hromov, plaatsvervangend hoofd van het Oekraïense leger, had Oekraïne op 5 juli 160 km² terrein heroverd en waren er in totaal negen plaatsen bevrijd.[373] De opmars werd echter belemmerd door de vele mijnenvelden en andere obstakels die opgeruimd moesten worden. De Oekraïense legerleiding meldde dat de vernietiging van de Russische manschappen, uitrusting, voorraden, luchtverdedigingssystemen en het uitputten van het Russische leger belangrijker waren dan terreinwinsten in deze fase van het offensief.[374] Westerse militaire analisten concludeerden dat deze Oekraïense strategie van langzaam en voorzichtig te voet optrekken leidde tot veel meer verliezen aan Russische dan aan Oekraïense zijde.[375]

Opstand Wagnergroep[bewerken | brontekst bewerken]

Zie Opstand van de Wagnergroep voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Op zaterdagochtend 24 juni 2023 bezetten huurlingen van de Wagnergroep in korte tijd de Zuid-Russische stad Rostov aan de Don. De reden hiervoor was volgens Jevgeni Prigozjin, eigenaar en leider van de Wagnergroep, het aanvallen van het Russische leger van kampementen van de Wagnergroep op vrijdagavond 23 juni 2023. Vervolgens trokken er aan het einde van de ochtend Wagnertroepen richting Moskou. Tegen het einde van de middag waren de Wagner-huurlingen Moskou tot op 200 kilometer genaderd. Deze zogenoemde "Wagner-opstand" kwam snel weer ten einde toen 's avonds bekend werd gemaakt dat het Kremlin en Prigozjin via bemiddeling van de Wit-Russische president Aleksandr Loekasjenko een overeenkomst hadden gesloten. Prigozjin, die tot dan toe oorlogstaal jegens de Russische legerleiding had gebezigd, gaf die avond aan dat hij een bloedbad met Russische soldaten wilde voorkomen en daarom zijn huurlingen terugtrok.[376][377]

Tweede aanval op Krimbrug (juli 2023)[bewerken | brontekst bewerken]

Op 17 juli werd er door middel van een onbemand vaartuig opnieuw een aanval uitgevoerd op de voor Rusland strategisch belangrijke Krimbrug, die hierdoor zwaar werd beschadigd. Twee van de vier rijbanen werden onbruikbaar, waardoor de capaciteit van de brug werd gehalveerd. Ook zouden er twee doden zijn gevallen, Van Oekraïense zijde kwam men er al snel na de aanval openlijk voor uit dat ze de brug hadden aangevallen.[378] De aanval werd als een strategische tegenvaller voor Rusland gezien.

President Poetin zwoer dezelfde dag nog wraak.[379] Na de Oekraïense aanval op de Krimbrug voerde het Russische leger bij wijze van vergelding, zoals het Kremlin zelf verkondigde, meerdere dagen achter elkaar zware aanvallen uit op de haven van Odessa. Daarbij werd onder meer een belangrijke graanopslagplaats geraakt en zou er belangrijke infrastructuur, nodig voor de verwerking van graan, zijn verwoest. Ook de havenstad Mykolajiv werd aangevallen.[380]

Rusland kondigde op 17 juli 2023 aan eenzijdig uit het Graanakkoord te zijn gestapt. De Russische verklaring luidde dat de veiligheid van de schepen niet langer gegarandeerd werden en dat 'het Westen' zich niet hield aan de voorwaarden die in het akkoord opgesteld stonden. Daardoor werd het voor Oekraïne een stuk moeilijker om de graanreserves naar andere landen te exporteren.[381]

Aanval op de verkeersverbindingen tussen de Krim en het Oekraïense vasteland[bewerken | brontekst bewerken]

Op 29 juli 2023 werd de Tsjonjarbrug, een strategische spoorverbinding in door Rusland geannexeerd gebied, tussen de Krim en het vasteland, beschadigd door een Oekraïense luchtaanval.[382] Op 6 augustus 2023 werden ook de Tsjonjarverkeersbrug en de Henitsjeskbrug beschadigd door een Oekraïense luchtaanval. Het Russische leger werd zo gedwongen om alle bevoorradingslijnen tussen de bezette Krim en de bezette oblast Cherson westwaarts te verleggen, naar de enige wegverbinding die overbleef.[383]

Oekraïense zomeroffensief 2023[bewerken | brontekst bewerken]

In het midden van augustus in de oblast Donetsk kregen Oekraïense eenheden het dorp Oerozjaine onder controle. Er werd hevige strijd geleverd ten zuiden van Oerozjaine en het twee weken eerder heroverde Staromajorsk. De Oekraïense viceminister van Defensie, Hanna Maljar, bevestigde dat er Oekraïense troepen actief waren op de door Rusland bezette oever van de Dnjepr in de regio Cherson. In de regio's Charkiv en Donetsk, vonden rondom Koepjansk en Lyman, zware gevechten plaats.[384]

Zomeroffensief zuidfront[bewerken | brontekst bewerken]

Aan het zuidfront hadden Oekraïense troepen de eerste Russische verdedigingslinies doorbroken bij het dorpje Robotyne en verder richting het dorp Novoprokopivka. Daar stuitten zij op dichte mijnenvelden en open velden zonder enige dekking. De Oekraïense strategie was om zoveel mogelijk Russische artillerie uit te schakelen, zodat de ontmijners de gelegenheid kregen om voortgang te maken.[385] Begin september 2023 vergrootte Oekraïense troepen de doorbraak bij de eerste Russische verdedigingslinies om een veilige doorgang te verlenen aan het Oekraïens leger om verder door te stoten. De Russische troepen probeerden legereenheden vanuit andere plaatsen aan het front te verplaatsen naar de bedreigde doorbraak. Dit was lastig omdat veel Russische troepen nodig waren om Bachmoet en omgeving te verdedigen.[386] De verwachting van het Oekraïens leger en westerse analisten was dat de tweede en derde Russische verdedigingslinies minder goed verdedigd zouden zijn en dat de Russische lokale legereenheden verzwakt zouden zijn.[387][388]

Aan het zuidfront werden in augustus en september 2023 zware gevechten gevoerd bij het doorbraakgebied rond Robotyne en Verbove.[389][390] De wig werd stelselmatig uitgebreid. De terreinwinsten in oktober 2023 waren marginaal, maar er werden grote verliezen aangebracht aan het ongeveer 400.000 man sterk Russisch leger. In enkele weken tijd werden elke dag 20 tot 40 stuks artillerie en vijfhonderd tot duizend militairen uitgeschakeld.[391] Op andere plekken aan het zuidfront waren er na de initiële Oekraïense aanvallen en veroveringen in juni[392], juli[393] en augustus 2023 geen grootschalige gevechten. Een van de grootste veroverde gebieden waar de gevechten geluwd waren, was de Russische Vremivka-salliant[394], ten zuiden van Velyka Novosilka, waar het Russisch front gemiddeld 5 tot 9 kilometer was teruggedrongen over ongeveer 30 kilometer.[395]

Front bij Bachmoet[bewerken | brontekst bewerken]

Volgens analisten van het ISW boekten Oekraïense troepen in de week van 14 augustus 2023 vooruitgang in de herovering van grondgebied rondom de door Rusland gecontroleerde stad Bachmoet in het oosten van het land. Sinds het begin van het tegenoffensief had Oekraïne rondom Bachmoet ongeveer 40 km² heroverd. Ook in de regio's Charkiv en Donetsk, vonden rondom Koepjansk en Lyman, zware gevechten plaats. Ten zuiden van Bachmoet werden dorpen Kdishchiivka en Andriivka veroverd. Vlak ten oosten van deze plaatsen was er spoorlijn op een hoog talud, dat een lastige barrière was voor de Oekraïense strijdkrachten. Bij Russische tegenaanvallen kwamen de Oekraïense troepen die de spoorlijn overgestoken waren knel te zitten. Desondanks was het de Oekraïners toch gelukt om een bruggenhoofd te vestigen aan de andere kant van de spoorlijn en verder oostwaarts op te rukken.[396][397]

Inzet langeafstandsraketten door Oekraïne[bewerken | brontekst bewerken]

Op 17 oktober 2023 heeft Oekraïne voor het eerst een nieuw geleverde soort Amerikaanse langeafstandsraketten ingezet tegen Rusland. Met de wapens zouden negen Russische helikopters zijn vernietigd op vliegvelden die door Rusland zijn bezet. De Verenigde Staten hadden een paar dagen eerder heimelijk een klein aantal van de raketten, zogeheten ATACMS, naar Oekraïne verzonden om de slagkracht van de Oekraïners een boost te geven tijdens zijn tegenoffensief.[398] Rusland reageerde woedend en noemde de levering van de wapens een 'ernstige fout' van de Amerikanen.[399] De ATACMS-raketten zouden zijn uitgerust met clusterminutie. Naast de negen helikopters zouden verscheidende Russische soldaten zijn omgekomen en Russische luchtdoelinstallaties en een munitiedepot zijn geraakt.[400]

Oekraïense troepen steken rivier Dnjepr over nabij Cherson[bewerken | brontekst bewerken]

Op 20 oktober 2023 werd bekend dat Oekraïense troepen ten zuiden van de stad Cherson de rivier ten oosten van de Antonivsky-brug de rivier Dnjepr waren overgestoken, naar door Russische troepen bezet gebied. Twee sabotage- en verkenningsgroepen van Oekraïense marine-infanterie zouden tot twee kilometer landinwaarts zijn getrokken en het dorpje Krynky hebben teruggenomen. De berichten over het Oekraïense militaire optreden werden opgevat als signaal dat Oekraïne bezig was een grotere aanval in dit gebied voor te bereiden.[401]

Russisch winteroffensief (oktober 2023-heden)[bewerken | brontekst bewerken]

Russisch tegenoffensief rond Avdijivka (oktober-november 2023)[bewerken | brontekst bewerken]

Op 10 oktober 2023 startte het Russische leger een groot offensief rond Avdijivka in de Oost-Oekraïense oblast Donetsk, in een poging deze stad te omsingelen.[402] De Russische strijdkrachten maakten bij het offensief gebruik van de luchtmacht, geleidebommen en veel gepantserde voertuigen. In drie dagen tijd hadden zij circa 4,5 km² veroverd rond Avdijivka. Oekraïense functionarissen zeiden dat Rusland in die tijd bijna 3.000 militairen en ruim honderd tanks had verloren. De Russen probeerden de zwaar verdedigde saillant al langer te veroveren; Avdijivka lag grotendeels in puin en van de 35.000 inwoners (volkstelling 2014) was vrijwel niemand meer over.[403] Volgens westerse militaire experts stonden de kleine Russische terreinwinsten in oktober 2023 in geen verhouding tot de zware militaire verliezen aan Russische zijde.[391]

In november 2023 gaf de Oekraïense stafchef, Valerij Zaloezjny, te kennen dat de oorlog in een impasse verkeerde.[404] In zijn essay over moderne oorlogvoering schreef hij: “Technologie is de sleutel nu de oorlog een stellingenoorlog wordt”.[405]

Eind november 2023 viel er streng winterweer in, waardoor de frontgevechten grotendeels stil kwamen te liggen. Met name de Oekraïense militairen hadden last van de winterse omstandigheden. De laaghangende bewolking boven het slagveld belemmerde het gebruik van drones. De Russen bleven rond Avdijivka onverminderd hard doorvechten en wisten geleidelijk aan terrein te winnen in een poging het te omsingelen. Dit ging volgens de Oekraïense legerleiding ten koste van vele slachtoffers aan Russische zijde. In de laatste week van november werd gesproken van wel duizend gesneuvelde Russische soldaten per dag. Aangenomen werd dat ook aan Oekraïense zijde veel soldaten waren gesneuveld.[406]

Inname Marjinka door Rusland (december 2023)[bewerken | brontekst bewerken]

Op 28 december 2023 maakte men van Oekraïense zijde bekend dat het Russische leger het strategisch belangrijk gelegen dorp Marjinka in de oblast Donetsk, had ingenomen. Dit dorp, dat op zo’n dertig kilometer ten westen van de stad Donetsk ligt, was een belangrijk onderdeel van de Oekraïense verdedigingslinie tegen het Russische offensief. BBC News noemde de inname "het eerste grote militaire succes voor Rusland sinds de verovering van Bachmoet in mei". Poetin reageerde op het nieuws door te stellen dat Rusland nu de mogelijkheid zou hebben om een groter operationeel gebied in te nemen.[407]

Russische troepen steeds dichter bij het centrum van Avdijivka (februari 2024)[bewerken | brontekst bewerken]

Situatie in Avdijivka op 3 januari 2024

Na maandenlange Russische bombardementen en honderden Russische aanvalsgolven, was er op 15 februari 2024 vrijwel niets meer over van Avdijivka. Door de langzame omsingeling door Russische troepen en gebrek aan munitie, waren de opties van de Oekraïense troepen uitgeput. De Industrieweg, de belangrijke route van en naar Avdijivka, zou zijn afgesneden door Russische troepen. Kleinere wegen lagen volgens een andere bron "volledig onder vuur van de vijand", waardoor "het binnenkomen en verlaten van de stad een loterij was". Avdijivka was volgens hen op dat moment "de ergste hel op aarde".[408] Op 19 februari 2024 maakte Rusland bekend dat het Avdijivka volledig had ingenomen na terugtrekking van de Oekraïense troepen. De Oekraïense opperbevelhebber Oleksandr Syrsky had hiertoe besloten om omsingeling van zijn troepen te voorkomen en het leven en de gezondheid van zijn soldaten te behouden, de situatie te stabiliseren en troepen te verplaatsen naar gunstigere verdedigingslinies.[409]

Raketaanvallen en luchtoorlog[bewerken | brontekst bewerken]

Voorafgaand aan het begin van de Russische invasie had de Oekraïense luchtmacht zich goed voorbereid op de dreigende aanval. Hierbij werden de vliegtuigen verplaatst van de vliegbases en faciliteiten naar grotere wegen en andere harde oppervlakten die gebruik konden worden voor het landen en opstijgen. Daar werden de vliegtuigen verdekt opgesteld. De Russische rakettenaanvallen op de Oekraïense vliegbasissen op de eerste dag van de invasie vernietigden weinig belangrijke doelen, daar deze basissen reeds ontruimd en verlaten waren. Van de 125 Oekraïense gevechtsvliegtuigen werd er maar één vernietigd op een luchtmachtbasis.[410]

Russische troepen vielen op 24 februari 2022, de allereerste dag van de invasie, de luchtmachtbasis Tsjoehoejiv aan, waar Bayraktar TB2-drones waren gehuisvest.[411] Deze aanval veroorzaakte schade aan opslagplaatsen en infrastructuur voor brandstof.[412]

Op 25 februari 2022 vielen Oekraïense strijdkrachten de vliegbasis Millerovo aan met OTR-21 Tochka-raketten. Volgens Oekraïense functionarissen werden hierdoor meerdere vliegtuigen van de Russische luchtmacht vernietigd en zou ook de vliegbasis in brand zijn gestoken.[413][414]

Op 27 februari 2022 werd bekend dat Rusland 9K720 Iskander-raketsystemen had gebruikt vanuit Wit-Rusland om de civiele luchthaven van Zjytomyr aan te vallen.[415][416] Rusland verloor op 5 maart 2022 verschillende vliegtuigen, waaronder een Soe-30SM Flanker, twee Soe-34 Fullbacks, twee Soe-25 Frogfoots, twee Mi-24/Mi-35 Hind, twee Mi-8 Hip-helikopters en een onbemand Orlan-vliegtuig.[417] Op 6 maart 2022 meldden de Oekraïense strijdkrachten dat er sinds het begin van de oorlog 88 Russische vliegtuigen waren vernietigd.[418][417] Een anonieme hoge Amerikaanse defensiefunctionaris vertelde echter op 7 maart 2022 aan Reuters dat Rusland nog steeds de 'overgrote meerderheid' van zijn straaljagers en helikopters die in de buurt van Oekraïne waren verzameld, beschikbaar had om te vliegen. Na de eerste maand van de invasie had Rusland volgens een Britse militaire waarnemer zeker 15 vliegtuigen met vaste vleugels en 35 helikopters verloren, maar het daadwerkelijke aantal was hoger. Op 11 maart 2022 beweerden Amerikaanse functionarissen dat Rusland tot 200 vluchten per dag lanceerden, waarvan de meeste vliegtuigen in het Russische luchtruim bleven.[419]

Op 13 maart 2022 voerden Russische troepen meerdere kruisraketaanvallen uit op een militaire trainingsfaciliteit in Javoriv, in de oblast Lviv, dicht bij de Poolse grens. De lokale gouverneur, Maksym Kozytsky, meldde dat er bij de aanslagen minstens 35 doden waren gevallen. Volgens deskundigen nam Rusland hiermee een groot risico, aangezien de basis vlak bij de Poolse grens lag.[420] Op 18 maart 2022 breidden de Russen de aanval uit naar Lviv. Oekraïense militaire functionarissen meldden dat de Russische kruisraketten hoogstwaarschijnlijk door gevechtsvliegtuigen boven de Zwarte Zee waren afgevuurd.[421] Op 26 maart 2022 belandden er vijf raketten in de stad Lviv, waarbij onder meer een brandstofopslagplaats werd geraakt. Voor zover bekend vielen er vijf gewonden. Het was voor het eerst sinds het begin van de oorlog dat er binnen de stadsgrenzen van Lviv raketten insloegen. De stad was tot dan toe relatief veilig.[422] Op 18 april 2022 vielen er bij een nieuwe Russische raketaanval op Lviv minstens zeven doden. Volgens Oekraïense autoriteiten kwamen de raketten terecht op militaire doelwitten en een autogarage. Volgens een Russische verklaring ging het om Oekraïense wapen- en munitiedepots.[423]

Op 19 maart 2022 meldde het Russische ministerie van Defensie dat Rusland hypersonische Kh-47M2 Kinzhal-raketten had ingezet tegen militaire doelwitten in de westelijke regio Ivano-Frankivsk.[424] De Nederlandse defensie-expert Patrick Bolder twijfelde aan de waarheid van dit bericht.[425] Amerikaanse defensiefunctionarissen meldden dat Rusland op 16 mei langeafstandsraketten hadden afgevuurd op een militaire trainingsfaciliteit in de buurt van Lviv.[426] Op 25 april 2022 viel Rusland vijf treinstations in het westen en midden van Oekraïne aan, onder meer in de steden Zjmerynka en Kozjatyn in de regio Vinnytsja, waarbij meerdere doden en gewonden vielen. Volgens de plaatselijke gouverneur was het doel van de aanvallen het verlammen van kritieke infrastructuur.[427][428]

De Russische luchtmacht speelde een veel kleinere rol in de gevechten dan analisten aanvankelijk hadden voorspeld. De verwachting was dat de talrijkere en beter gefinancierde Russische luchtmacht er snel in zou slagen om de Oekraïense luchtmacht en luchtverdediging te onderdrukken en vervolgens het Russische leger van nabij te ondersteunen. In de eerste twee weken van de invasie speelde de Russische luchtmacht echter een minimale rol, terwijl de Oekraïense luchtmacht en luchtverdediging effectief bleven. Het falen van de Russische luchtmacht werd door The Economist toegeschreven aan het onvermogen van Rusland om de middellangeafstandsraketten van Oekraïne te onderdrukken; het gebrek aan precisiegeleide munitie, samen met Oekraïense luchtdoelraketten die Russische vliegtuigen dwongen laag te vliegen, waardoor ze kwetsbaar werden voor Stinger-raketten; en een gebrek aan training en vlieguren van Russische piloten, waardoor ze onervaren waren voor de laag-bij-de-grondse ondersteuningsmissies, typerend voor moderne luchtmachten.[429]

Op 5 mei 2022 meldde het tijdschrift Forbes dat de Russische strijdkrachten door waren gegaan met luchtaanvallen en 'doorgingen met het sturen van Soe-24- en Soe-25-aanvalsvliegtuigen om boomtop-niveau-bombardementen uit te voeren gericht op Oekraïense posities.'[430]

Op 26 juni 2022 werd de wijk Sjevtsjenkivsky in Kiev getroffen door een Russische raketaanval, nadat het in de voorgaande weken betrekkelijk rustig was geweest in de Oekraïense hoofdstad. Er vielen zeker één dode en meerdere gewonden. Vermoed werd dat Rusland een signaal wilde afgeven aan de landen die diezelfde dag voor een G7-top in Duitsland bijeen waren.[431] Volgens een verklaring van het Russische ministerie van Defensie was een wapenfabriek het echte doelwit van de aanval en zou het aan een Oekraïense luchtafweerraket hebben gelegen dat er een woonwijk was geraakt.[432]

Hernieuwde Russische luchtaanvallen vanaf 9 oktober 2022[bewerken | brontekst bewerken]

Op 9 oktober 2022 kwamen zeker 17 mensen om bij een Russische raketaanval op een flatgebouw in Zaporizja.[433] Rusland dreigde inmiddels met vergeldingsacties tegen Oekraïne voor de verwoestende explosie op de Krimbrug op 8 oktober 2022, waarvoor de Oekraïense geheime dienst door Rusland verantwoordelijk werd gehouden.[434] Op 10 oktober 2022 werd Kiev, na drieënhalve maand van relatieve rust, weer opgeschrikt door meerdere explosies, waarbij meerdere doden en gewonden vielen. Onder meer het Sjevtsjenko Park en de wijk Sjevtsjenkivsky zouden zijn getroffen, evenals de bij toeristen populaire Klitsjko-brug. Het Duitse ministerie van Buitenlandse Zaken meldde dat het Duitse consulaat in Kiev was geraakt. Ook in andere Oekraïense steden en regio's waren er ontploffingen. Volgens president Zelensky ging het daarbij om Chmelnytsky, Lviv, Dnipro, Vinnytsja, Ivano-Frankivsk, Zaporizja en de regio's Soemy, Charkov, Zjytomyr en Kirovohrad. Rusland zou bij de aanvallen tientallen onbemande Iraanse Shahed-gevechtsdrones hebben gebruikt. Het Oekraïense leger zei 41 van de minstens 75 raketten te hebben onderschept.[435] Er zouden volgens hulpdiensten bij de aanvallen in heel Oekraïne zeker 19 doden en 105 gewonden zijn gevallen. Moskou erkende die maandag zware aanvallen op Oekraïne te hebben uitgevoerd als reactie op een explosie op de Krimbrug tussen Rusland en de Krim. President Poetin bevestigde op de ochtend van de aanvallen in een korte televisietoespraak dat het om een Russische vergelding voor de aanval op de Krimbrug ging. De Oekraïense veiligheidsdiensten verklaarden dat Rusland de raketaanvallen al voor de explosie op de Krimbrug had voorbereid.[434] De volgende ochtend werd Zaporizja opnieuw aangevallen.

Op 14 oktober 2022 kondigde Poetin aan dat de grootschalige raketaanvallen de meeste doelen hadden bereikt en dat er geen noodzaak meer was om de grootschalige raketaanvallen voort te zetten.[436] Westerse militaire experts vermoedden dat Rusland te weinig precisiewapens over had om de aanval vol te houden.[437] De VS en EU beloofden zo snel mogelijk de luchtverdedigingssystemen van Oekraïne te versterken.[438]

15 november 2022: intensievere Russische raketaanvallen[bewerken | brontekst bewerken]

Op 15 november 2022 vonden op verschillende plekken in Oekraïne, waaronder Kiev, opnieuw raketaanvallen plaats. Dit was sinds het begin van de oorlog de grootste Russische luchtaanval binnen één dag, met ongeveer honderd gelanceerde kruisraketten en tien drones, waarvan alle drones en 73 kruisraketten werden neergeschoten door de Oekraïense luchtverdediging.[439] In Kiev viel zeker één dode. Vooral de Oekraïense stroomvoorziening werd zwaar getroffen, waardoor de energie-infrastructuur in het land deels werd platgelegd. Dit leek het voornaamste doelwit van de Russische luchtaanvallen te zijn. Ook buurland Moldavië kreeg door de aanvallen te maken met stroomuitval.[440]

16 december 2022: aanvallen op de Oekraïense infrastructuur en energievoorzieningen[bewerken | brontekst bewerken]

Op 16 december 2022 werden er door Rusland 70 à 80 raketten afgevuurd op energievoorzieningen in onder meer de oblasten Kiev, Charkov en Zaporizja. Hoewel de Oekraïense luchtafweer volgens commandant Valerij Zaloezjnyj een groot deel (ca. 60) van de raketten wist te onderscheppen, was het energieverbruik in heel Oekraïne na de aanvallen met de helft afgenomen. In 10 van de 24 Oekraïense oblasten werden ontploffingen gemeld. Er zouden zeker drie doden zijn gevallen in een appartementencomplex in Dnipro en in Cherson.[441][442] Charkov zat aan het eind van de dag nog steeds grotendeels zonder water en stroom.[443] Negen energiecentrales zouden zwaar zijn getroffen.[444] Op 3 januari 2023 beweerde de woordvoerder van het luchtmachtcommando van de Oekraïense strijdkrachten, dat ze sinds september 2022 bijna 500 Russische drones hadden neergehaald, waarvan 84 (100%) op 31 december 2022 en 1 januari 2023.[445]

Maart 2023: aanvallen met Kinzhal-raketten[bewerken | brontekst bewerken]

In de nacht van 8 op 9 maart 2023 vuurde Rusland opnieuw een groot aantal raketten af op doelen in heel Oekraïne. Onder meer de steden Kiev, Charkov en Odessa werden getroffen en er vielen zeker negen doden. Volgens het Oekraïense leger werden er in totaal 81 Russische raketten afgevuurd.[446] Het was een van de zwaarste raketaanvallen door Rusland op Oekraïne sinds het begin van de oorlog. Er werden deze keer zes Kh-47M2 Kinzhal-raketten (aka "de Dolk") gebruikt, die door de Oekraïense luchtafweer moeilijk konden worden neergehaald.[447][448] Volgens een verklaring van het Russische ministerie van Defensie betrof het een vergeldingsactie tegen "Oekraïense saboteurs".[449]

Raketinslag in Polen[bewerken | brontekst bewerken]

In de middag van 15 november 2022 was er een raketinslag in Przewodów, een dorpje aan de Pools-Oekraïense grens, waarbij twee mensen om het leven kwamen. Aansluitend werd de Poolse veiligheidsraad bijeengeroepen.[450][451][452]

Aanvankelijk werd er gespeculeerd dat het zou gaan om een door Rusland afgevuurde raket die was gericht op Oekraïne en van zijn eigenlijke doel was afgeweken, of zelfs dat het om een bewuste aanval door Rusland op NAVO-grondgebied zou gaan, in welk geval de artikelen 4 en 5 van het NAVO-handvest mogelijk zouden moeten worden geactiveerd. Van Russische zijde ontkende men iedere betrokkenheid en sprak men van een doelbewuste provocatie.

Naar aanleiding van de raketinslag in Polen kwamen NAVO-ambassadeurs de volgende morgen bij elkaar in Brussel.[453] NAVO-secretaris-generaal Jens Stoltenberg zei in een verklaring dat de raket afkomstig was van Oekraïense luchtafweer en dat het geen doelbewuste aanval op Polen betrof, noch van Rusland, noch van Oekraïne. Kort daarvoor hadden de Amerikaanse president Biden en de Poolse president Andrzej Duda hetzelfde verklaard. Vermoedelijk ging het om een S-300, een luchtdoelraket van Russische makelij, die door Oekraïne werd gebruikt om de vele Russische raketaanvallen te weren.[454] Stoltenberg legde niettemin de uiteindelijke verantwoordelijkheid voor het gebeurde bij Rusland, aangezien Oekraïne niet anders kon dan zich tegen de Russische agressie te verdedigen.[455] Zelensky bleef de Oekraïense verantwoordelijkheid voor de inslag echter ontkennen. Hij verklaarde meer geloof te hechten aan inlichtingen van de Oekraïense regering en zei aanwijzingen te hebben voor een "Russisch spoor".[456]

Tactieken en strategieën[bewerken | brontekst bewerken]

Het Oekraïense luchtverdedigingssysteem voor doelen boven de 20.000 voet (6 kilometer) hoogte, was voor 89% gebaseerd op de Sovjetsystemen S-300 en Boek. Om deze luchtverdedigingssystemen te ontwijken werden Russische aanvalsvliegtuigen gedwongen laag te vliegen. Hierdoor werden echter de vliegtuigen bereikbaar voor lichtere mobiele luchtverdedigingssystemen (draagbaar of op een vrachtwagen gemonteerd). Met massale aanvalsgolven van goedkope Iraanse drones probeerde Rusland het Oekraïense luchtverdedigingssysteem te overweldigen en uit te putten. De Iraanse Shahed-136-drones zijn veel goedkoper dan de SAM (Surface to Air Missile), die worden gebruikt om ze neer te schieten. De Sovjet-antiluchtdoelraketten raakten snel op en konden maar beperkt aangevuld worden vanuit de voormalige Oost-Europese landen die nog de voormalige Sovjet-systemen gebruikten. In de tussentijd werden westerse Patriot-luchtverdedigingssystemen geleverd aan Oekraïne. De munitie hiervoor was echter ook niet onbeperkt, daar westerse legers niet ingesteld waren op een langdurige en intensieve oorlog. Om de weinige antiluchtdoelraketten te sparen en te voorkomen dat door gebrek eraan de Russische vliegtuigen vrije toegang zouden krijgen tot de luchtruim boven de 6 km, werden zoveel mogelijk mobiele luchtverdedigingssystemen ingezet die de drones neerschoten met luchtdoelmachinegeweren en draagbare raketten (Manpads). Deze eenheden waren uitgerust met zoeklichten om in de nacht te kunnen werken.[457] De Shahed-136-drones hadden een snelheid van 185 km/u en moesten meestal grote afstanden afleggen. Burgers konden hun waarnemingen met een speciale app snel doorgeven aan het luchtverdedigingsysteem. Na een inschatting van de vliegroute konden de mobiele luchtverdedigingssystemen snel verplaatst worden.[458]

Tegenaanvallen door Oekraïne vanaf december 2022[bewerken | brontekst bewerken]

Luchtaanvallen ver op Russisch grondgebied[bewerken | brontekst bewerken]

Op 5 en 6 december 2022 waren er luchtaanvallen met drones op doelen in Rusland die honderden kilometers verwijderd waren van de Oekraïens-Russische grens en het front. Deze vermoedelijk Oekraïense aanval werd noch bevestigd of ontkend door Oekraïne.[459][460] Omdat de westerse wapens die aan Oekraïne waren geleverd dit bereik niet hadden, was er het vermoeden dat Oekraïne oude Sovjet-drones had aangepast of nieuwe wapens had ontwikkeld.[461] Volgens The Sunday Times zou de VS stilzwijgend toestemming hebben gegeven aan Oekraïne voor droneaanvallen op internationaal erkend Russisch gebied.[462] Om de Oekraïense luchtaanvallen te hinderen, verstoorde het Russische leger de gps-signalen in Russische steden.[463]

Oekraïense raketaanval op Makijivka[bewerken | brontekst bewerken]

Rond de jaarwisseling van 2022 naar 2023 voerde het Oekraïense leger een raketaanval uit op Makijivka, een stad in de door Rusland bezette Oekraïense oblast Donetsk. Volgens Oekraïne vielen er bij de aanval 400 Russische doden en 300 gewonden. Het Russische ministerie van Defensie bevestigde de aanval, maar sprak over 63 Russische doden. Bij de aanval werden zes Amerikaanse HIMARS-raketten gebruikt, waarvan Rusland er twee onderschepte. De gesneuvelde soldaten waren recentelijk gemobiliseerd en ondergebracht in een schoolgebouw waar zich ook munitie bevond. Het schoolgebouw was compleet verwoest. Het betrof een van de dodelijkste Oekraïense aanvallen op Russische doelen sinds 28 februari 2022.[464][465]

Mei 2023: aanvallen met Kinzhal-raketten[bewerken | brontekst bewerken]

Op 4 mei 2023 werd er voor het eerst een Russische hypersonische Kinzhal-raket neergeschoten door een Patriot-raket van de Oekraïense luchtafweer. Tot dan toe was het Oekraïense luchtverdedigingssysteem er niet in geslaagd om deze raketten tegen te houden[466] In de tweede week van mei probeerde Rusland een Patriot-luchtverdedigingssysteem uit te schakelen met een Kinzhal-raket.[467][468] In de nacht van 15 op 16 mei 2023 haalde Oekraïne zes Kinzhal-raketten neer in de buurt van Kiev.[469] Bij deze aanval raakte een Patriot-luchtverdedigingssysteem licht beschadigd, maar kon snel worden gerepareerd.[470] De onderdelen van een Patriot-luchtverdedigingssysteem zijn verspreid over een groot gebied, zijn verdekt opgesteld en veranderen regelmatig van plaats. Alleen het radarsysteem kan rechtstreeks gedetecteerd worden bij (kortstondig) gebruik. Een Kinzhal-raket vermindert snelheid bij het eindtraject en is niet meer hypersonisch tijdens de laatste afdaling, loodrecht naar beneden. Bij een succesvolle interceptie met een Patriot-raket is er ongeveer een ton aan puin dat naar beneden valt over een radius van honderden meters. Een lanceerinrichting kan hierdoor beschadigd raken zelfs indien het niet rechtstreeks getroffen is.[471]

Augustus 2023: nieuwe raketaanvallen[bewerken | brontekst bewerken]

In de eerste week van augustus vonden met name in de regio Donetsk nieuwe raketaanvallen plaats. Op 7 augustus maakte de Oekraïense presidentiële staf op Telegram melding van twee doden bij een aanval op een wooncomplex. Op 8 augustus vielen er bij een raketaanval op een wooncomplex in Pokrovsk, volgens de plaatselijke gouverneur, zeker acht doden onder wie vijf burgers.[472]

Augustus/september 2023: luchtaanvallen op de Krim[bewerken | brontekst bewerken]

Het Oekraïense leger schakelde op de Krim twee grote luchtverdedigingssystemen uit, op 23 augustusen 14 september 2023.[473] Op 20 september 2023 werd een commandopost van de Zwarte Zeevloot geraakt. De volgende dag werden de luchtmachtbases Belbek en Katsja geraakt.[474]

Operatie Krabbenval[bewerken | brontekst bewerken]

Op 22 september werd ook het hoofdkwartier van de Russische Zwarte Zeevloot op de Krim getroffen door een raketaanval, terwijl hoge Russische officieren daar op dat moment een vergadering hielden.[475][476] Bij deze aanval zouden in totaal 34 mensen zijn omgekomen, onder wie vice-admiraal Viktor Sokolov, de Russische commandant van de Zwarte Zeevloot.[477] Daarnaast zou generaal Alexander Romantsjoek, bevelhebber van de Russische troepen in het zuidoosten van Oekraïne, gewond zijn geraakt. De claims konden niet onafhankelijk geverifieerd worden.

Deze aanslag op Russische topmilitairen, die door de Oekraïense bevelhebbers tot 'operatie Krabbenval' was gedoopt, werd uitgevoerd door de Oekraïense luchtmacht en speciale eenheden.[478]

Russische luchtaanvallen op Odessa[bewerken | brontekst bewerken]

Op 24 september 2023 voerde Rusland een luchtaanval uit op Odessa waarbij een deel van de haven, een graansilo en een verlaten hotel schade opliepen. Ten minste een persoon raakte bij de aanval gewond. Er zou ca. 1.000 ton graan hebben gelegen in de opslagplaats die werd geraakt. Rusland richt zich sinds september 2023 vaker op havens en opslagplaatsen voor graan. Odessa heeft een belangrijke infrastructuur voor graanexport. Sinds juli 2023 blokkeert de Russische regering Oekraïense graanschepen die via de Zwarte Zee graan naar andere landen moeten brengen. Toch vertrok op 22 september 2023 een schip vanuit Oekraïne met 17.600 ton graan aan boord.[479]

Oktober 2023: Russische raketaanval op supermarkt en café[bewerken | brontekst bewerken]

Op 5 oktober 2023 voerde Rusland een raketaanval uit op een supermarkt en café, waarbij meer dan 50 doden vielen. De aanval vond plaats in het dorp Hroza, nabij Koepjansk in de noordoostelijke regio Charkov in Oekraïne. In het café waren op het moment zo'n zestig mensen bijeen voor een uitvaartdienst. Volgens Oekraïne heeft Rusland voor deze aanval gebruik gemaakt van een ballistische Iskander-raket met een bereik van 500 kilometer. Het dorp Hroza werd aan het begin van de oorlog door Rusland ingenomen en in september 2022 door Oekraïne heroverd. President Zelensky had het drie dagen eerder nog bezocht.[480][481]

December 2023: hernieuwde luchtaanvallen door Rusland[bewerken | brontekst bewerken]

Vernietigingen rond Zaporizja na raketaanval, 29 december 2023

De Oekraïense luchtmachtgeneraal Mykola Olesjtsjoek beweerde op 23 december 2023 dat er drie Russische gevechtsvliegtuigen van het type Sukhoi SU-34 waren neergeschoten boven de regio Cherson. Enkele Russische bloggers bevestigden dat minstens één vliegtuig werd neergehaald.[482]

Op 29 december 2023 kwamen in Oekraïne zeker 39 mensen om het leven en raakten 120 anderen gewond na een reeks grootschalige Russische raket- en droneaanvallen die door het hele land plaatsvonden. Onder meer Kiev, Dnipro en de stad Lviv, vlak bij de grens met Polen, werden getroffen.[483] Bij deze aanvallen, volgens de Oekraïense bronnen de grootste tot dan toe, werden onder meer een kraamafdeling, scholen, een winkelcentrum en huizen gebombardeerd. Volgens de Oekraïense luchtmacht waren er 158 projectielen gebruikt, waaronder 90 kruisraketten, 36 drones en een handvol andere raketten. Daarvan zouden er 114 zijn neergehaald voordat ze hun doel konden bereiken.

De Oekraïense premier Denys Sjmyhal sprak van een massale luchtaanval waarbij sociale en kritieke infrastructuur het doelwit werden. Verschillende Europese regeringsleiders reageerden met afschuw op de Russische aanvallen.[484] President Biden sprak van "een scherpe herinnering aan de wereld dat, na bijna twee jaar van deze verwoestende oorlog, het doel van Poetin onveranderd blijft”, en riep het Amerikaanse Congres op om financiële en militaire steunpakketten voor Oekraïne goed te keuren.[485] Direct na het bekend worden van de massale aanval zegde het Verenigd Koninkrijk 200 luchtverdedigingsraketten aan Oekraïne toe. Met het pakket wilde het VK laten zien dat het land "absoluut toegewijd is in zijn steun aan Oekraïne”, aldus de Britse minister van Defensie Grant Shapps. China hield zich in zijn reactie op de vlakte: de Chinese autoriteiten veroordeelden de aanval niet, maar riepen de strijdende partijen wel op om naar vrede te streven.[486]

Januari 2024: Russische raketaanvallen in Donetsk-regio[bewerken | brontekst bewerken]

Op 6 januari 2024 kwamen in de Oekraïense Donetsk-regio volgens de regionale gouverneur zeker elf mensen om bij Russische raketaanvallen. Onder de slachtoffers waren vijf kinderen. Volgens president Zelensky kwamen er raketten op woonhuizen terecht in Pokrovsk, een stad die wordt bezet door Rusland, ongeveer 80 kilometer ten noordwesten van Donetsk.[487]

Oekraïne haalt twee Russische militaire vliegtuigen neer[bewerken | brontekst bewerken]

Op 14 januari 2024 haalde Oekraïne boven de Zee van Azov binnen één uur kostbare Russische radar- en commando-toestellen uit de lucht.[488] In Oekraïne werden de verliezen zelfs vergeleken met het zinken van de kruiser Moskva, het vlaggenschip van de Russische Zwarte Zeevloot in april 2022. Het ging om een radartoestel Beriev A-50 dat het luchtruim afspeurt en een commandotoestel Il-22M dat fungeert als militaire verkeersleiding die gevechtsvliegtuigen begeleidt. De Russische luchtmacht beschikt maar over weinig van deze specialistische toestellen, ze spelen een cruciale coördinerende rol in de oorlog in Oekraïne, niet alleen in de lucht, maar ook op de grond en in de wateren rond de bezette Krim.[489]

Februari 2024: Oekraïne haalt tweede Russisch radartoestel neer[bewerken | brontekst bewerken]

Op 23 februari 2024 meldde Oekraïense media dat er een tweede Russisch radartoestel van het type Beriev A-50 was neergehaald nabij Krasnodar aan de Oostkust bij de Zee van Azov. Het Russisch ministerie van Defensie gaf geen commentaar op het neerstorten van het vliegtuig. Noodhulpdiensten in de regio van Krasnodar meldden het neerstorten van een niet nader geïdentificeerde groot vliegtuig. Verschillende Russische militaire bloggers bevestigden het neerstorten van het vliegtuig, het tweede radarvliegtuig in minder dan een maand.[490]

Maart 2024: Grote aanval op Oekraïense energiesector[bewerken | brontekst bewerken]

Op 22 maart 2024 voerde Rusland een grote aanval uit op de Oekraïense energiesector, waarbij Rusland ruim 90 raketten afvuurde en 60 drones gebruikte. Deze waren gericht op energiecentrales, een dam bij een waterkrachtcentrales en woningen. Bij de aanval kwamen twee mensen om en raakten 14 mensen gewond. Op meerdere plaatsen in Oekraïne viel de stroom uit en was er schade aan electriciteitsinfrastructuur zoals in Charkiv, Zaporizja en Odessa. De kerncentrale van Zaporizja werd niet geraakt. De raket die bij een dam was neergekomen heeft niet geleid tot een dambreuk. De Oekraïense luchtmacht claimde dat het 90 van de 150 raketten en drones had neergehaald.[491][492]

Zeegevechten en blokkades[bewerken | brontekst bewerken]

Postzegel: Russisch oorlogsschip, val dood, met daarop de Russische raketkruiser Moskva en een Oekraïense soldaat op Slangeneiland

Op 24 februari 2022, de eerste dag van de oorlog, maakte de Oekraïense grenswacht bekend dat Russische marineschepen in het zuiden van Oekraïne een aanval op Slangeneiland waren begonnen.[183] Het vlaggenschip van de Russische Zwarte Zeevloot, de 186 meter lange Slava-klasse-raketkruiser Moskva en de patrouilleboot Vasily Bykov bombardeerden het eiland met hun dekkanonnen.[493] Toen het Russische oorlogsschip zich identificeerde en de op het eiland gestationeerde Oekraïense soldaten opdroeg om zich over te geven, luidde het antwoord over de radio: 'Русский военный корабль, иди на хуй', wat Russisch is voor: 'Russisch oorlogschip, ga je zelf n**ken'.[494][495] Na het bombardement landde een detachement met Russische soldaten op het eiland en nam de controle over.[496] Het citaat van de soldaat werd vervolgens bij demonstraties en in de oorlogspropaganda aangehaald. De betreffende soldaat kwam bij een gevangenenruil vrij en kreeg een militair eerbetoon.[497] De Oekraïense post Ukrposhta gaf in april 2022 de 'Russisch oorlogsschip, val dood'-postzegel uit, met daarop een afbeelding van de Moskva en de Oekraïense soldaat op het eiland.

Van Russische zijde meldde men op 26 februari 2022 dat Amerikaanse drones inlichtingen leverden aan de Oekraïense marine, zodat zij Russische oorlogsschepen in de Zwarte Zee konden aanvallen. De VS ontkende dit.

Op 3 maart werd het Oekraïense fregat Hetman Sahaidachny, het vlaggenschip van de Oekraïense marine, in Mykolajiv tot zinken gebracht om te voorkomen dat het door Russische troepen zou worden ingenomen.[498][499] Op 14 maart 2022 meldde de Russische bron RT dat de Russische strijdkrachten ongeveer een dozijn Oekraïense schepen in Berdjansk hadden veroverd, waaronder het landingsschip uit de Polnotsjny-klasse Yuri Olefirenko. Het Oekraïense leger trof vele defensieve voorzieningen om een landing van marinetroepen te verhinderen en vroeg andere landen om de levering van effectieve kustverdedigingswapens tegen schepen.

Op 24 maart 2022 meldden Oekraïense functionarissen dat de Saratov, een groot Russisch landingsschip dat was aangemeerd in de haven van Berdjansk, was vernietigd door een Oekraïense raketaanval.[500]

Moskva, het Russische vlaggenschip van de Zwarte Zee vloot, zonk op 14 april 2022, naar verluidt nadat het was geraakt door twee Oekraïense Neptun-antischeepsraketten.

Op 13 april 2022 ontstond er brand op de Moskva. Van Oekraïense zijde kwam de melding dat het schip was geraakt door twee Oekraïense Neptun-antischeepsraketten, die tot dan toe nooit in een oorlogssituatie waren ingezet. Het Pentagon bevestigde dit een dag later.[501] Het Russische ministerie van Defensie bevestigde eerst dat het oorlogsschip ernstige schade had opgelopen en dat de gehele bemanning geëvacueerd was, later werd het woord 'gehele' verwijderd.[502][503] een woordvoerder van het Pentagon meldde op 14 april 2022 dat op satellietbeelden was te zien dat het Russische oorlogsschip zich na een explosie naar het oosten bewoog, waarschijnlijk voor reparaties en hermontage in Sebastopol.[504] Later op de dag zonk de Movska in de Zwarte Zee.[505] De Russische verklaring hield het op een spontane explosie van munitie met vervolgens problemen door de ruwe zee, terwijl ten dien tijde in het noorden van de Zwarte Zee een relatief geringe wind heerste van ca. 14 knopen met een deiningshoogte van een meter.[506] Indien het inderdaad om een Oekraïense kruisraketaanval ging, is de Moskva tezamen met de in de Falklandoorlog getorpedeerde kruiser Generaal Belgrano het grootste schip dat sinds de Tweede Wereldoorlog door een aanval gezonken is.[507] Het zou een aanval van grote symbolische waarde zijn, ook omdat het vlaggenschip bij veel internationale ontmoetingen tussen regeringsleiders werd ingezet.[506][508]

Slechts enkele uren nadat de Moskva was gezonken, werden er in en rond Kiev en Cherson meerdere explosies gehoord. In Kiev zou daarbij de fabriek voor Neptun anti-scheepsraketten zijn getroffen. Defensiespecialisten vermoedden dat het ging om een Russische wraakactie.[509]

Begin mei voerden Oekraïense troepen tegenaanvallen uit op Slangeneiland. Het Russische ministerie van Defensie beweerde deze tegenaanvallen te hebben afgeslagen. Oekraïne gaf beelden vrij van een Russisch landingsvaartuig van de Serna-klasse in de Zwarte Zee dat in de buurt van Slangeneiland werd vernietigd door een Oekraïense drone. Diezelfde dag voerden een paar Oekraïense Soe-27's een hogesnelheidsbombardement op laag niveau uit op het door Rusland bezette Slangeneiland; de aanval werd op film vastgelegd door een Bayraktar TB2-drone.[510]

Op 17 juni 2022 zonk een Russische militaire sleepboot, de Spasatel Vasily Bech, in de buurt van het Slangeneiland, na getroffen te zijn door een Harpoon-raket.[511]

Op 30 juni 2022 verlieten de Russische troepen het Slangeneiland. Volgens de Russen was de terugtrekking een geste om de Oekraïense scheepvaart vanuit Odessa weer mogelijk te maken.[512] Oekraïne was terughoudend in het opnieuw bezetten van het eiland.[513][514]

Eind augustus 2023 heroverden Oekraïense troepen twee strategische gas- en olieboorplatforms.[515] Deze platforms zijn dichter bij de Oekraïens-Roemeense kust dan de Krim. Ze werden vooral als vooruitgeschoven observatie- en radarpost gebruikt. De Russische apparatuur werd verwijderd. De Oekraïners hielden de platformen niet bezet, daar deze gemakkelijk aangevallen zouden kunnen worden met (kruis)raketten.

Tegenaanvallen gericht tegen Rusland[bewerken | brontekst bewerken]

Eerste aanval op Krimbrug (oktober 2022)[bewerken | brontekst bewerken]

Op 8 oktober 2022 werd de voor Rusland strategisch belangrijke Krimbrug zwaar beschadigd door een ontploffende vrachtautobom. Van de vier rijstroken stortten de twee buitenste in zee, waardoor het wegverkeer werd beperkt tot de twee overgebleven rijstroken. Zeven brandstofwagons van een op de spoorbrug rijdende trein, vlogen door de ontploffing in brand. De trein moest worden weggesleept, alvorens de spoorweg kon worden hersteld.

De vrachtwagen met de bom zou vanuit Rusland de Krimbrug op zijn gereden en op de tweede helft van de brug zijn ontploft, dichter bij de Krim dan bij Rusland. De vrachtwagen ontplofte tussen twee steunpilaren in, een plaats waar de neerwaartse kracht van de explosie niet opgevangen kon worden.[516] De bestuurder van de vrachtauto, die de explosie niet overleefde, zou een 51-jarige man uit Azerbeidzjan zijn geweest. De verantwoordelijkheid werd niet opgeëist. Volgens Rusland vielen er in totaal drie doden.[517] Een dag na de aanslag zei president Poetin tegen de voorzitter van een commissie die de explosie onderzocht, dat de Oekraïense geheime dienst achter de aanslag zat. De Russische president sprak van een "terreurdaad gericht op het vernietigen van civiele infrastructuur".[518] Oekraïne ontkende betrokkenheid, maar bevestigde wel dat de brug een legitiem militair doelwit zou zijn geweest. In Oekraïne werd blij gereageerd op de aanslag.

De in 2018 geopende brug is voor Rusland behalve van strategisch belang ook van grote symbolische waarde. De brug werd medegefinancierd door Poetin en vormt de enige vaste verbinding tussen de Krim en de kraj Krasnodar, en daarmee met het vasteland van Rusland. Tevens wordt het Russische front in het zuiden van Oekraïne vanuit Rusland bevoorraad via de Krim.[519][520]

Aanval op de haven van Sebastopol[bewerken | brontekst bewerken]

Op 29 oktober 2022 werd door onbemande vaartuigen vanaf zee, een aanval uitgevoerd op één of meerdere Admiral Grigorovitsj-klasse fregatten van de Russische Zwarte Zeevloot in de haven van Sebastopol.[521] Volgens het onderzoeksplatform GeoConfirmed zou het vlaggenschip van de Russische Zwarte Zeevloot, de Admiral Makarov, getroffen zijn.[522]

Aanval op de haven van Novorossiejsk[bewerken | brontekst bewerken]

In de nacht van 3 tot 4 augustus 2023 werd een aanval uitgevoerd vanaf zee met onbemande vaartuigen op de haven van Novorossiejsk. Hierbij werd een Russisch landingsschip beschadigd, de Olenegorsky Gornyak.[523]

Aanval op de haven van Feodosija[bewerken | brontekst bewerken]

In de nacht van 25 tot 26 december 2023 werd een luchtaanval uitgevoerd op de haven van Feodosija. Hierbij werd het Russische landingsschip de Novocherkassk beschadigd.[524] Volgens satellietbeelden raakte het grootste gedeelte van het schip zwaar beschadigd door brand en kwam het gedeeltelijk onder water. Daarnaast werden de pier en een pakhuis beschadigd.[525]

Sabotage spoorbrug bij Tsjapajevka[bewerken | brontekst bewerken]

Op 4 maart 2024 is een spoorbrug bij Tsjapajevka over de Tsjapajevkarivier gesaboteerd met explosieven.[526] Volgens Russische media zijn de gevolgen beperkt en zijn vijf passagierstreinen geannuleerd. Volgens de Oekraïense veiligheidsdiensten is de spoorbrug voor lange tijd onbruikbaar. De spoorbrug ligt op 800 kilometer van de Oekraïense grens.

Nucleaire dreigingen[bewerken | brontekst bewerken]

Inname van Tsjernobyl[bewerken | brontekst bewerken]

Zie Slag om Tsjernobyl voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Al op de eerste dag van de invasie, 24 februari 2022, werd de kerncentrale van Tsjernobyl ingenomen door het Russische leger. De Oekraïense regering verloor hierna de communicatie met de centrale en het personeel van de kerncentrale werd door het Russische leger in gijzeling genomen. Op 9 maart berichtte de Oekraïense minister van Buitenlandse Zaken, Dmytro Koeleba, dat de verbinding van de kerncentrale met het elektriciteitsnet was weggevallen.[527] Er bleef nog altijd koeling nodig voor hoogradioactief materiaal, en voor de noodkoeling was er slechts een beperkte hoeveelheid brandstof voor de dieselgeneratoren.[528] Op 1 april 2022 meldden de Oekraïense instanties dat Tsjernobyl definitief door de Russische troepen was verlaten.[529]

Beschieting en inname van kerncentrale Zaporizja[bewerken | brontekst bewerken]

In Zaporizja werd in de nacht van 3 op 4 maart 2022 de grootste kerncentrale van Europa urenlang beschoten door Russische troepen, waarop er brand uitbrak in een van de bijgebouwen. Een van de zes reactorgebouwen raakte beschadigd, twee andere reactoren werden uit voorzorg losgekoppeld. Op geverifieerde beelden was te zien dat er een granaat was ingeslagen op 100 meter afstand van nucleaire reactor nr. 2.[530] Het Internationaal Atoomenergie Agentschap (IAEA) waarschuwde voor groot gevaar als een van de reactoren zou worden geraakt. Er bleek geen radioactieve straling te zijn vrijgekomen. In de loop van 4 maart werd de kerncentrale door de Russen ingenomen.[531] De beschietingen op de kerncentrale van Zaporizja werden door meerdere wereldleiders gezien als een oorlogsmisdaad (zie ook #Mogelijke oorlogsmisdaden).

Op 1 september 2022 kwam een team van de IAEA, naar eigen zeggen met als doel om een kernongeluk te voorkomen, aan bij de kerncentrale in het door Rusland bezette gebied. Op 6 september 2022 meldde de IAEA dat er dringend maatregelen nodig waren om een nucleair ongeluk te voorkomen. De IAEA-delegatie constateerde schade, ook dicht bij de reactoren, door de vele beschietingen rondom de kerncentrale. De Verenigde Naties pleitten voor een demilitarisatie van het gebied.

Uit het rapport van de IAEA bleek tevens dat Oekraïense medewerkers van de kerncentrale onder 'constante hoge stress en druk' werkten wat kon leiden tot meer menselijke fouten met implicaties voor de nucleaire veiligheid. Mark van Bourgondiën van de Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS) concludeerde uit het rapport dat de situatie rond de kerncentrale zorgelijk is, maar ook dat er nooit sprake was geweest van een acute noodsituatie, omdat daarvoor de activering van het veiligheidssysteem nodig zou zijn geweest.[532]

De kerncentrale in Zaporizja werd op 11 september 2022 vanwege veiligheidsredenen volledig stilgelegd. De Oekraïense beheerder Energoatom zei dat ook de zesde en laatste reactor van de centrale was losgekoppeld van het elektriciteitsnet. In de stad Enerhodar, waar het personeel dat de kerncentrale in Zaporizja draaiende moest houden woonde, was door de vele beschietingen de stroom uitgevallen waardoor het steeds moeilijker was om de kerncentrale veilig te laten werken. Ook de water- en rioleringssystemen werkten niet meer.[533]

Op 30 september 2022 werd directeur Moerasjov van kerncentrale Zaporizja ontvoerd door Russische militairen, waarmee de veiligheid van de kerncentrale in het geding kwam. Op 3 oktober werd hij vrijgelaten.[534]

Op 9 maart 2023 meldde de netbeheerder van Oekraïne Ukrenego dat de hoofdkabels van de centrale, die eerder beschadigd raakten door Russische raketaanvallen, weer waren aangesloten op het elektriciteitsnet. Hiermee kwam een einde aan de zesde keer dat de centrale een beroep moest doen op de dieselgeneratoren tijdens de Russische invasie.[535]

Toename bezorgdheid nucleaire ramp kerncentrale Zaporizja[bewerken | brontekst bewerken]

Rafael Grossi bezoekt de kerncentrale van Zaporizja met op de achtergrond het leeggelopen stuwmeer

Op 28 maart 2023 waarschuwde de directeur van het Internationaal Atoomenergieagentschap (IAEA), Rafael Grossi, opnieuw voor een aanstaande nucleaire ramp. Dit zei hij in een ontmoeting met president Zelensky nabij de Oekraïense kerncentrale Zaporizja en de frontlijn. Het IAEA zag de strijd verhevigen nabij de kerncentrale, die in Enerhodar aan de zuidelijke oever van de Dnjepr ligt die tevens als frontlijn fungeerde. De teams van het IAEA meldden dagelijks aanvallen en het geluid van zware wapens. Grossi riep al herhaaldelijk op om een veiligheidszone rond de kerncentrale in te stellen. In de afgelopen maanden was hierin volgens Grossi geen enkele vooruitgang geboekt. De concentratie van Oekraïense troepen en zwaar militair materieel was hard gegroeid in de buurt van de centrale. Dat deed bij het IAEA vermoeden dat de kans op een ongeluk toenam.[536]

Op 6 mei 2023 waarschuwde Grossi opnieuw dat de situatie rond de Oekraïense kerncentrale Zaporizja "in toenemende mate onvoorspelbaar en potentieel gevaarlijk" was. Hij riep op tot maatregelen om veiligheid bij de kerncentrale te waarborgen. Grossi kwam opnieuw met de waarschuwing naar aanleiding van evacuaties die gaande zijn in de nabijgelegen plaats Enerhodar. De meeste medewerkers van de kerncentrale van Zaporizja wonen daar, nabij het front in het zuiden van Oekraïne. Militaire activiteiten waren er de afgelopen tijd verder toegenomen.[537]

Op 15 juni 2023 bezocht Grossi het complex in Zuid-Oekraïne om zelf te zien hoe de kerncentrale omgaat met de gevolgen van de vernietiging van de Kachovkadam. De centrale haalde koelwater uit het stuwmeer achter die dam, maar is sindsdien aangewezen op een noodreservoir. Met het water dat nu in dat reservoir zit zou volgens Grossi de centrale enige tijd veilig kunnen opereren.[538]

Op 5 juli 2023 hebben waarnemers van het IAEA geen explosieven aangetroffen bij de kerncentrale. Om zekerheid te hebben, vroegen de waarnemers toegang tot meer onderdelen van de centrale. President Zelensky zei informatie te hebben dat het Russische leger explosieven zou plaatsen op de daken van de kerncentrale. Volgens de Russische staatstelevisie zou juist Oekraïne van plan zijn om de kerncentrale aan te vallen met drones of raketten. Experts wezen erop dat het zeer onwaarschijnlijk zou zijn dat de centrale middels zo’n aanval zou kunnen worden vernietigd. De zes reactoren van de kerncentrale waren inmiddels volledig uitgeschakeld.[539][540]

Op 6 september 2023 stelde de IAEA dat de situatie rond de kerncentrale onhoudbaar was geworden en dat er dringend maatregelen genomen moesten worden om beschietingen bij de kerncentrale te stoppen, dit om verdere beschadigingen aan de centrale en bijbehorende faciliteiten te voorkomen. De IAEA vroeg nogmaals om een veiligheidszone in te richten om een kernramp te voorkomen.[541]

Potentieel gebruik van tactische kernwapens door Rusland[bewerken | brontekst bewerken]

Op 14 april 2022 meldde The New York Times dat William Burns van de CIA had aangekondigd dat de dreiging van het gebruik van een tactisch kernwapen binnen de wapencapaciteit van Rusland lag. Hij verklaarde: 'De directeur van de CIA zei donderdag dat de "potentiële wanhoop" om de schijn van een overwinning in Oekraïne te krijgen, de Russische president Poetin ertoe zou kunnen verleiden om het gebruik van een tactisch kernwapen te bevelen.'[542] Op 22 april 2022 werd gemeld dat Rusland zijn Satan 2 intercontinentale raketten (ICBM's) bleef testen om zijn nucleaire arsenaal in de herfst van 2022 te upgraden,[543] waarbij Poetin stelde dat andere landen op hun hoede moesten zijn voor het nucleaire arsenaal van Rusland. Op 24 april verklaarde de Russische minister van Buitenlandse Zaken, Sergej Lavrov, dat verdere steun aan Oekraïne spanningen zou kunnen veroorzaken die mogelijk konden leiden tot een Derde Wereldoorlog-scenario met inzet van het volledige Russische wapenarsenaal.[544] Dit was een duidelijke reactie op het feit dat president Biden minister Antony Blinken naar Kiev had gestuurd voor militaire ondersteuningsbijeenkomsten met Zelensky op 23 april 20022. De dag na de opmerkingen van Lavrov, meldde CNBC dat de Amerikaanse minister van Defensie, Lloyd Austin, de Russische nucleaire oorlogsretoriek 'gevaarlijk en nutteloos' noemde.[545]

Als reactie op de kennelijke veronachtzaming van de veiligheidsmaatregelen door Rusland tijdens de invasie van de Oekraïense kerncentrale in Zaporizja en de uitgeschakelde voormalige kerncentrale Tsjernobyl, uitte Zelensky op 26 april 2022 zijn bezorgdheid dat de Russische onverantwoordelijkheid bij het afvuren van hun raketten in de buurt van een actieve Oekraïense kerncentrale zou moeten leiden tot een internationale discussie, gericht op het beperken en controleren van Rusland als een natie die niet langer gekwalificeerd zou zijn voor het verantwoorde beheer van zijn nucleaire hulpbronnen en kernwapens. Zelensky zei: 'Ik geloof dat na alles wat het Russische leger heeft gedaan in de Tsjernobyl-zone en de kerncentrale van Zaporizja, niemand ter wereld zich veilig kan voelen wetende hoeveel nucleaire installaties, kernwapens en aanverwante technologieën de Russische staat heeft... Als Rusland Tsjernobyl is vergeten, betekent het dat er wereldwijde controle over Ruslands nucleaire installaties, en technologie nodig is.'[546]

In een duidelijke reactie op de Duitse inzet van gewapende tanks naar Oekraïne, kondigde Poetin op 27 april 2022 in de belangrijkste wetgevende vergadering van Rusland aan dat Rusland zou reageren op elke strijdbare militaire provocatie van buiten Oekraïne met onmiddellijke dwingende actie die alleen mogelijk was met Ruslands unieke arsenaal aan kernwapens.[547] Op 4 mei 2022 hield de Amerikaanse Senaat de Hearing on Nuclear Readiness Amid Russia-Oekraine War, waar admiraal Charles A. Richard verklaarde dat in de huidige nucleaire triade verdedigingscapaciteiten in de VS op een minimaal acceptabel niveau van operationele capaciteit werkten, met Russische voorraden en Chinese voorraden die groter waren dan die van de VS.[548] Op 6 mei 2022 verklaarde een Russische woordvoerder van het ministerie van Buitenlandse Zaken dat Rusland geen kernwapens zou gebruiken in Oekraïne en beschreef het gebruik ervan als 'niet van toepassing op de Russische "speciale militaire operatie"'.[549]

Op 23 mei 2022 nam de Russische diplomaat Boris Bondarev ontslag. Hij bekritiseerde de invasie en keerde zich af van Lavrovs standpunt over het mogelijke gebruik van Russische kernwapens.[550] De Russische ambassadeur in het VK, Andrei Kelin, stelde op 29 mei 2022 in een interview met de BBC dat Rusland op dit moment geen plannen had om kernwapens te gebruiken, tenzij werd vastgesteld dat de Russische soevereiniteit in gevaar was. Ook verwierp hij de beschuldigingen tegen Rusland met betrekking tot de wreedheden in Boetsja.[551]

Strijdkrachten en verzet[bewerken | brontekst bewerken]

Verzet[bewerken | brontekst bewerken]

Burgers in Kiev bereiden molotovcocktails, 26 februari 2022

Oekraïense burgers boden op verschillende manieren weerstand aan de Russische invasie, zoals door het maken van molotovcocktails, het doneren van voedsel, het bouwen van barrières,[552] en de hulp in het vervoeren van vluchtelingen.[553] Burgers in bezette gebieden van Oekraïne organiseerden ook massa-demonstraties en burgerlijk verzet tegen het Russische leger. In een poging het verzet de kop in te drukken, ging Rusland over tot het massaal aanhouden van Oekraïense demonstranten. Lokale Oekraïense media berichtten over gedwongen verdwijningen, schijnexecuties, gijzelingen, buitengerechtelijke executies en seksueel geweld door het Russische leger tegen de Oekraïense bevolking.[554]

In een poging om de militaire capaciteiten van Rusland te beperken, verzochten de strijdkrachten van Oekraïne de bevolking publiekelijk om eventuele waarnemingen van Russische elektronische oorlogssystemen of voertuigen te melden.[555]

De Oekraïense militaire inlichtingendienst meldde dat Oekraïense partizanen 70 Russische bezetters hadden gedood in de regio rond Melitopol in de periode van 20 maart tot 12 april.[556]

Op 18 mei 2022 werd door de Oekraïense overheid bekendgemaakt dat Oekraïense guerrillastrijders tijdens een sabotageactie een bom hadden laten exploderen onder een gepantserde trein in de buurt van de slachterij van Melitopol.[557] Het is onduidelijkheid of de trein was opgeblazen of dat de schade zich beperkte tot de sporen en de gevolgen van de ontsporing.[558]

Begin juni 2022 arresteerde de Russische politie een man die een molotovcocktail gooide en een lokaal Krim-bestuursgebouw in brand stak uit protest tegen de Russische invasie van Oekraïne.[559]

Mobilisatie en vrijwillige aanmeldingen[bewerken | brontekst bewerken]

Zie Vrouwen in de Oekraïense krijgsmacht voor meer informatie.

Veel Oekraïense mannen meldden zich vrijwillig bij het leger of gingen het Oekraïens leger op allerlei manieren helpen. Onder ander het voorzien van voedsel, kleding, herstel voertuigen, medische diensten en/of evacuatie van burgers in oorlogsgebieden. Ook vrouwen meldden zich vrijwillig bij het leger. Achttien maanden na de invasie waren zestigduizend vrouwen in dienst bij het leger, waarvan 42 duizend in militaire functies en vijfduizend aan het front.[560]

Buitenlandse en paramilitaire strijdkrachten[bewerken | brontekst bewerken]

De Oekraïense regering riep buitenlanders op om zich bij de Oekraïense ambassade in hun land aan te melden voor het Internationaal Legioen van Territoriale Verdediging van Oekraïne.[561] Eerst was een militaire achtergrond voldoende, later werd gevechtservaring een vereiste. De Oekraïense vicepremier Michailo Fedorov spoorde IT-experts aan om DDoS-aanvallen op Russische websites te doen.[562][563] Rusland stelde dat deelnemers van het vreemdelingenlegioen niet dezelfde rechten zouden krijgen als krijgsgevangenen, maar op zijn best vervolgd zouden worden als criminelen.[564] Op 9 juni 2022 werden in de regionale rechtbank van de niet-erkende zelfverklaarde volksrepubliek Donetsk drie buitenlandse strijders – twee Britten en een Marokkaan – ter dood veroordeeld wegens terrorisme en het werken als huurling. Ze hadden gevochten als vrijwilliger aan Oekraïense zijde bij de Slag om Marioepol, totdat ze werden gedwongen om zich over te geven.[565]

De Nederlandse minister van Defensie, Kajsa Ollongren, raadde na het begin van de Russische invasie deelname aan het vreemdelingenlegioen in Oekraïne af. Het is in beginsel echter niet verboden voor Nederlandse burgers om dienst te nemen in een vreemde krijgsmacht. Het zou pas strafbaar worden als zij zich zouden voegen bij een strijdende partij waarmee Nederland in conflict was.[566][567]

In Denemarken meldden zich in de eerste week na het begin van de invasie enkele vrijwilligers aan.[568] De Deense premier Mette Frederiksen noemde vechten in Oekraïne 'een keuze die iedereen kan maken'.[569]

De Britse minister van Buitenlandse Zaken, Liz Truss, zei dat 'de Oekraïners niet alleen voor de vrijheid van Oekraïne, maar voor die van heel Europa vochten, in een strijd voor de democratie', en dat mensen hun eigen beslissing mochten nemen om te gaan vechten.[570] Premier Boris Johnson suggereerde dat Britse vrijwilligers in het vreemdelingenlegioen bij thuiskomst als terroristen beschouwd zouden kunnen worden.[571]

Wit-Russische partizanen saboteerden de spoorwegen in Wit-Rusland om de aanvoerlijnen van het Russische leger te hinderen.[572] Het verzet en de oppositie in Wit-Rusland keerden zich fel tegen de Russische invasie van Oekraïne en beschouwden de Russische troepen als bezetters. Wit-Rusland zette zelf geen soldaten in in Oekraïne, maar ondersteunde de invasie wel op allerlei manieren. Het Wit-Russisch leger heeft volgens Loekasjenko een beperkte actie op Oekraïens grondgebied uitgevoerd tijdens een speciale operatie om Wit-Russische truckers te redden uit Oekraïne.[573]

Leden van de Wagnergroep, een paramilitaire Russische organisatie, opereerden vanaf 2014 op de bezette Krim en later ook in de separatistische volksrepublieken Loegansk en Donetsk. Zij zouden eind februari 2022 betrokken zijn geweest bij minstens één mislukte moordaanslag op de Oekraïense president Zelensky.[574] Eind februari 2022 werd bekend dat de Wagnergroep huurlingen ronselde in het oosten van Syrië.[575] Op 11 maart verkondigde de Russische minister van Defensie dat president Poetin 16.000 aanvragen had ontvangen van vrijwilligers uit het Midden-Oosten, die konden worden ingezet in de separatistische republieken Donetsk en Loegansk.

In april 2023 werden een groot aantal zeer geheime documenten openbaar door het Pentagonlek. Uit de moeilijk te verifiëren Amerikaanse documenten die The New York Times publiceerde, bleek dat een honderdtal manschappen van speciale eenheden van NAVO-landen het Verenigd Koninkrijk, Letland, Frankrijk, de Verenigde Staten en Nederland zouden hebben meegedaan aan de oorlog in Oekraïne. Uit het lek kan niet opgemaakt worden wat die eenheden er deden. Onduidelijk is ook hoe betrouwbaar de info uit dit lek is.[576]

Deserterende Russische militairen[bewerken | brontekst bewerken]

Volgens de Oekraïense legerstaf weigerden diverse Russische legereenheden om naar het front te gaan. Rapporten maakten melding over soldaten die hun eigen commandanten zouden vermoorden en over zelfmoorden onder commandanten.[577] Ongeveer 300 soldaten uit Zuid-Ossetië die in het Russische leger dienden, deserteerden en keerden terug naar hun thuisland. Zij klaagden over de slechte behandeling en het feit dat ze onvoorbereid naar het slagveld waren gestuurd.[578]

Verschillende Russische soldaten, gevangengenomen door Oekraïense troepen, beweerden dat Russische officieren hun gewonden hadden gedood.[579] Er werd ook beweerd dat Russische soldaten hun bevelhebbers hadden gedood en dat Russische officieren zelfmoord hadden gepleegd.[580] De Oekraïense inlichtingendienst gaf enkele onderschepte telefoongesprekken vrij, waaruit zou blijken dat Russische soldaten zichzelf opzettelijk verwondden om niet aan de strijd te hoeven deelnemen.[581] Een Russische rechtbank onthulde dat ze 115 leden van de Russische Nationale Garde had ontslagen, omdat deze militairen hadden geweigerd mee te vechten tijdens de invasie.[582]

De bevolking van de twee separatistische volksrepublieken Donetsk en Loegansk eiste de terugkeer van hun door het Russische leger gedwongen gemobiliseerde mannen. Door de vele verliezen aan Russische zijde en het naar verluidt ontduiken van de betalingen aan families van gewonde of overleden soldaten, was het animo om deel te nemen aan de strijd flink gedaald. Op 16 en 17 mei 2022 waren er protesten tegen de mobilisatie in de steden Loehansk, Donetsk en Rovenky.[583]

Het Russische leger had moeite met het genereren van voldoende strijdkrachten en het behouden van het moreel van het gemobiliseerde personeel. De Oekraïense legerleiding meldde dat het 1e legerkorps van volksrepubliek Donetsk, onder het 8e gecombineerde wapenleger van Rusland, gedwongen mobilisaties uitvoerde onder mannen in de bezette gebieden van de oblast Donetsk.

De gedwongen Russische mobilisatie deed het lage moreel en de slechte discipline in Russische eenheden verergeren. De vereiste medische screenings werden niet uitgevoerd en er werden mannen toegelaten wier medische toestand hen had moeten diskwalificeren. Veel Russische soldaten weigerden terug te komen na hun verlof (30% tot 40%).[584]

Oekraïne lanceerde in november 2022 een communicatiecampagne, Ik wil leven, waarbij Russische soldaten werden aangemoedigd en geïnstrueerd om zich op een veilige manier over te geven. Er werd uitgelegd hoe de soldaten zich konden overgeven aan een drone, die hen vervolgens naar Oekraïense soldaten zou leiden voor de daadwerkelijke overgave.[585]

Gedwongen rekruteringen[bewerken | brontekst bewerken]

De bereidheid van gedetineerden in Russische gevangenissen om vrijwillig dienst te nemen bij de Wagnergroep, liep in december 2022 terug.[586] Het nieuws over de grote Russische verliezen, de slechte behandeling van de gerekruteerden en standrechtelijke executies sijpelde ook in de gevangenissen door. Het Russische leger probeerde op allerlei manieren veelal Centraal-Aziatische arbeidsmigranten uit de Russische gevangenissen te rekruteren. Deze rekrutering was vaak niet vrijwillig.[587]

Psychologische oorlogsvoering[bewerken | brontekst bewerken]

Russische troepen maakten gebruik van psychologische oorlogsvoering om het moreel van Oekraïense soldaten te schaden. De Oekraïense militaire inlichtingendienst meldde op 8 juni 2022 dat Russische troepen dreigende berichten stuurden naar de persoonlijke communicatiemiddelen van Oekraïense militairen waarin ze hen opriepen hun wapens neer te leggen, zich over te geven of over te lopen naar Rusland. Er zou locatie-informatie worden gebruikt om Oekraïense soldaten of hun familieleden te bedreigen. Dit gebeurde via verschillende platforms, waaronder sms, Telegram, Viber, Signal en WhatsApp. Ook verspreidden Russische propagandisten dat de Slag om Sjevjerodonetsk het 'volgende Marioepol' zou worden.[559]

Krijgsgevangenen[bewerken | brontekst bewerken]

Op 2 maart 2022 beweerde Rusland 572 Oekraïense soldaten te hebben gevangengenomen,[588] terwijl Oekraïne beweerde dat er op 20 maart 2022 562 Russische soldaten gevangen werden gehouden,[589] met 10 eerder gemelde gevangenen vrijgelaten in gevangenenruil voor vijf Oekraïense soldaten en de burgemeester van Melitopol. Vervolgens vond de eerste grote uitwisseling van gevangenen plaats op 24 maart, toen 10 Russische en 10 Oekraïense soldaten, evenals 11 Russische en 19 Oekraïense civiele matrozen, werden uitgewisseld.[590]

Op 24 februari 2022 werd gemeld dat de Oekraïense ambassadeur in de VS, Oksana Markarova, had verklaard dat een peloton van de 74e Gemotoriseerde Infanteriebrigade uit de oblast Kemerovo zich had overgegeven. Ze wisten naar eigen zeggen niet dat ze naar Oekraïne waren gestuurd om daar te vechten en te doden.[591]

Op 8 maart 2022 kondigde een Oekraïense defensieverslaggever van The Kyiv Independent aan dat de Oekraïense regering in volledige overeenstemming met het internationaal recht, ernaar streefde om Russische krijgsgevangenen te laten werken om de Oekraïense economie nieuw leven in te blazen.[592]

Er volgde medio november 2022 kritiek op Oekraïne na het uitruilen van een Russische krijgsgevangene, geïdentificeerd als Jevgeni Noezjin, een Russische gevangene die was overgelopen naar de Oekraïense zijde. Na de uitruil werd deze door huurlingen van de Wagnergroep geëxecuteerd.[593] Russische soldaten vreesden sindsdien dat gevangenneming gelijk kan staan aan de dood doordat in hun ogen Oekraïne niet conform het oorlogsrecht op zorgvuldige wijze krijgsgevangenen uitruilt.[594]

Officiële statistieken en schattingen over het uitruilen van aantallen krijgsgevangenen lopen uiteen.

Gesneuvelden aan Russische zijde[bewerken | brontekst bewerken]

In de eerste week van maart meldde Rusland dat er bij de gevechten in Oekraïne tot dan toe zeker 498 Russische militairen waren omgekomen. Dit officiële cijfer werd dagenlang niet aangepast, hoewel de strijd onverminderd doorging. Oekraïne noemde van zijn kant veel hogere aantallen Russische gesneuvelde militairen. Dit zaaide onrust bij ouders van Russische dienstplichtigen. In Kemerovo, Siberië, dwongen soldatenmoeders een ontmoeting af met de plaatselijke gouverneur. Ze riepen hem geëmotioneerd toe dat hun kinderen als 'kanonnenvoer' werden gebruikt. De gouverneur antwoordde dat de 'speciale operatie' in Oekraïne niet mocht worden becommentarieerd of bekritiseerd.[595]

Omtrent het precieze aantal Russische doden door de oorlog blijft veel onduidelijk. De Russische krant Komsomolskaya Pravda meldde op 22 maart 2022 gedurende korte tijd op haar website dat er 9.861 Russische soldaten waren omgekomen en 16.153 Russische militairen gewond waren geraakt, maar deze cijfers werden snel weer verwijderd. De krant beweerde daarop dat het een fout op de site was geweest, als gevolg van een hack. Eind maart 2022 sprak de Russische overheid over 1351 doden.[596] Van Oekraïense zijde werd inmiddels beweerd dat er sinds de eerste dag van de oorlog meer dan 14.000 Russische soldaten waren omgekomen.[597]

Sommige moeders en weduwen van gesneuvelde Russische soldaten probeerden hen uit Oekraïne te krijgen, terug naar Rusland. Een aantal moeders heeft het Comité Soldatenmoeders om advies gevraagd.[598]

De Volkskrant meldde op 9 juni 2022 na eigen onderzoek dat lokale Russische media door hen zelf gepubliceerde lijsten met namen en postuums van omgekomen militairen verwijderden. Dit gebeurde onder dwang van de rechter of omdat de media vreesden voor een sluiting door de Russische overheid.[596]

Na 100 dagen oorlog waren van de oorspronkelijke 20.000 soldaten van het leger van de Volksrepubliek Donetsk, meer dan de helft overleden of gewond.[599]

Gesneuvelde hoge officieren[bewerken | brontekst bewerken]

  • Generaal Magomed Toesjaev, leider van de Tsjetsjeense speciale troepen, werd gedood in een hinderlaag bij Hostomel op 26 februari 2022.
  • Generaal-majoor Andrei Soekhovetsky, plaatsvervangend commandant van het 41ste gecombineerde wapenleger, werd gedood tijdens een speciale operatie door een sluipschutter op 4 maart 2022.
  • Generaal-majoor Vitaly Gerasimov was eerste plaatsvervangend commandant van het 41ste leger van Rusland en werd gedood in gevechten rond Charkov op 8 maart 2022.
  • Generaal-majoor Andrei Kolesnikov was de bevelhebber van het 29e gecombineerde leger en sneuvelde op 11 maart 2022.
  • Generaal-majoor Oleg Mityaev stierf op 16 maart 2022 in de buurt van de stad Marioepol.
  • Luitenant-generaal Andrey Mordvitsjev werd gedood in de regio Cherson op 19 maart 2022.
  • Luitenant-generaal Yakov Rezantsev, commandant van het 49ste gecombineerde leger van Rusland, werd op 25 maart 2022 gedood bij een aanval in de buurt van Cherson.
  • Generaal-majoor Vladimir Frolov was plaatsvervangend commandant van het 8ste Gardeleger in Oost-Oekraïne. Zijn graf in Sint-Petersburg werd begin mei 2022 gefotografeerd.
  • Generaal-majoor Andrey Simonov, een expert op het gebied van elektronica-oorlogsvoering, stierf op 1 mei 2022.
  • Generaal-majoor Kanamat Botasjev (63 jaar) stierf op 22 mei 2022 toen zijn Soe-25-jachtvliegtuig in de buurt van Popansa boven de Donbasregio werd neergehaald door een Oekraïense Stinger-raket. Hij was al 10 jaar met pensioen toen hij eind februari 2022 werd opgeroepen om als jachtpiloot te dienen.[600]
  • Generaal-majoor Roman Kutuzov, gedood op 5 juni 2022 in de buurt van Popasma. Was commandant van het eerste legerkorps van de Volksrepubliek Donetsk.[601]
  • Generaal-majoor Sergei Goryachev, gedood op 12 juni 2023 in de buurt van Zaporizja. Was stafchef van het 35ste legerkorps.[602]
  • Luitenant-generaal Oleg Tsokov, gedood op 11 juli 2023 in Berdjansk, vermoedelijk door een Britse Storm Shadow-raket.[603]
  • Generaal-majoor Vladimir Zavadsky, gedood op 5 december 2023 tijdens een 'speciale operatie', was de commandant van het Russische 14e legeronderdeel van de Noordelijke Vloot.[604]

Gesneuvelde lagere en middelrang-officieren[bewerken | brontekst bewerken]

Veel lagere en middelrang-officieren sneuvelden omdat ze gedwongen werden om bij de gevechtsacties aanwezig te zijn om persoonlijk sturing te kunnen geven. Door de rigide organisatie bij het Russische leger kunnen hogere officieren nauwelijks delegeren naar officieren met een lagere rang. Veel legereenheden zijn samengevoegd uit voormalige gevechtseenheden waarvan veel soldaten gesneuveld waren en daardoor niet effectief meer konden doorvechten. Daar deze gecombineerde gevechtseenheden nog niet goed op elkaar waren ingespeeld, vroeg dit om veel meer sturing. In het Russische leger konden de onderofficieren geen – of alleen zeer beperkt – tactische beslissingen of initiatieven nemen.[605]

Gebruikte wapens[bewerken | brontekst bewerken]

Rusland[bewerken | brontekst bewerken]

Het Russische leger was uitgerust met veel artilleriewapens, bijvoorbeeld het 9K720 Iskander-raketsysteem en BM-27 Oeragan-raketten. Het zwaarste kanon, de 2S7 Pion, kan tot 37,5 kilometer ver schieten.[606] Het Russische leger had een groot wapenarsenaal, maar een beperkt aantal slecht onderhouden vrachtwagens, wat zorgde voor logistieke problemen bij langdurige militaire campagnes en lange aanvoerlijnen.[607] Ondermaats voertuigonderhoud voorafgaand aan de invasie en Chinese rubberbanden van slechte kwaliteit zorgden voor grootschalige uitval van Russische legervoertuigen.[608]

Vanop zee viel Rusland Oekraïense havens en schepen aan met 3M-54 Kalibr-kruisvluchtwapens. In maart 2022 zette Rusland hypersonische Kh-47M2 Kinzhal-raketten in tegen Oekraïense brandstofopslagplaatsen en in oktober tientallen door Iran geleverde HESA Shahed 136 drones tegen Oekraïense elektriciteitscentrales.

Ook de nieuwe Soechoj Soe-57-straaljagers werden ingezet tijdens de oorlog, maar die opereerden echter alleen boven Russisch grondgebied.[609]

De door Rusland ingezette T-14 Armata-tanks kampten met operationele problemen.

Op 26 februari 2023 werd volgens Franak Viacorka, raadgever van Svetlana Tichanovskaja, een Beriev A-50-AWACS vliegtuig op de Vliegbasis Machulishchy bij Minsk in Wit-Rusland beschadigd met drones.[610][611]

Russische soldaten vochten bij Bachmoet met MPL-50-spaden in man-tegen-mangevechten.[612]

Rusland gebruikte brandbommen met thermiet bij Voehledar[613][614] en witte fosfor bij Tsjasiv Jar nabij Bachmoet.[615]

Wapenvoorraad[bewerken | brontekst bewerken]

Gezien de grote aantallen door Rusland afgevuurde raketten en de vele luchtaanvallen in oktober en november 2022 (zie #Hernieuwde Russische luchtaanvallen vanaf 9 oktober) werd er gespeculeerd over het aantal (kruis)raketten dat het Russische leger nog ter beschikking had. De meeste Russische (kruis)raketten werden bovendien door de Oekraïense luchtverdediging neergeschoten en bereikten hun doel niet.[616] Er werd bekend dat Iran militaire HESA Shahed 136-drones had geleverd aan Rusland.[617] Tevens zetten de Russen rakettypes in die niet ontworpen waren voor landdoelen, maar als luchtafweer of om schepen aan te vallen en werden er eind november 2022 kernraketten ingezet zonder explosieve lading.[618] Hoewel minder destructief zonder explosieve lading kunnen neervallende raketten door hun kinetische energie schade veroorzaken. Volgens westerse militaire experts is het gebruik hiervan vooral bedoeld om de Oekraïense voorraad aan luchtafweerraketten uit te putten.[619] Egypte was van plan om Rusland 40.000 raketten te leveren.[620] Volgens The Washington Post was (het officieel neutrale) China akkoord om Rusland in het geheim wapens te leveren als civiele levering.[621]

Oekraïne[bewerken | brontekst bewerken]

Een Oekraïense Bayraktar TB2

Het Oekraïense leger beschikte over Stinger-luchtverdedigingswapens, Javelin-antitankraketten,[622] Next Generation Light-antitankraketten en OTR-21 Tochka-raketten.[623]

Er werden door Oekraïense burgers en het leger veel drones gebruikt tegen het Russische leger. In de beginfase, toen de Russische luchtafweer nog niet in orde was, bleek de Bayraktar TB2-gevechtsdrone zeer effectief. Later werd deze drone met meer terughoudendheid ingezet.[624]

Oekraïne ontwikkelde de Neptun-antischeepsraket, een doorontwikkeling van de Sovjet-antischeepsraket Zvezda Kh-35.[625] Tevens werden er Amerikaanse Harpoon-raketten gebruikt om Russische schepen aan te vallen.

Oekraïne zette 50 Vilcha-grond-grondraketten van eigen makelij in.[626]

In samenwerking met de westerse militairen en wapenindustrie worden diverse Sovjetwapensystemen met succes aangepast om met Amerikaanse raketten te werken. De Sovjetraketten waren niet meer voorradig voor Oekraïne.[627]

Economische mobilisatie in Rusland (juni 2022)[bewerken | brontekst bewerken]

Door de onverwacht langdurende 'speciale militaire operatie' en de grote verliezen aan materieel en manschappen, werd voorbereidende wetgeving ingevoerd om de Russische economie te mobiliseren voor een langdurige oorlog. In een amendement op de Russische wetgeving, ingediend op 30 juni 2022, werden 'speciale maatregelen in de economische sfeer' ingevoerd, waarbij alle bedrijven, ongeacht de eigendomsrechten, verplicht waren te leveren aan de 'speciale militaire operatie' en antiterroristische operaties. Weigering van staatsopdrachten was niet toegestaan. De staat kon indien nodig de arbeidscontracten en werkcondities aanpassen. Zo konden arbeiders verplicht worden om nachts of tijdens officiële feestdagen te werken.[628]

Buitenlandse steun en militaire betrokkenheid[bewerken | brontekst bewerken]

Westerse steun aan Oekraïne[bewerken | brontekst bewerken]

Geen enkel westers land wilde zich actief in het gewapende conflict mengen. De vrees bestond dat inmenging tot een nog verdere escalatie zou leiden, waardoor alle NAVO-lidstaten als gevolg van het toepassen van Artikel 5 de oorlog zouden worden ingetrokken, met mogelijk een kernoorlog of Derde Wereldoorlog tot gevolg.[629][630]

Sinds 2014 leverden de NAVO, de EU, de VS en het VK, vooral niet-dodelijk militair materieel aan Oekraïne. Dodelijke militaire steun was in eerste instantie beperkt: de VS verkocht in 2018 wapens aan Oekraïne, waaronder Javelin-antitankraketten, en in 2019 kocht Oekraïne Bayraktar TB2-drones van Turkije. Toen Rusland in januari 2022 begon aan de troepenopbouw aan de Oekraïense grenzen, gaf de VS enkele NAVO-lidstaten goedkeuring om hun in de VS geproduceerde wapens naar Oekraïne over te brengen. Het VK begon ook met het leveren van Next Generation Light-antitankraketten en Javelin-antitankraketten. Na de invasie kwamen individuele NAVO-lidstaten overeen wapens te leveren, maar de NAVO als bondgenootschap niet. De NAVO en haar lidstaten weigerden ook troepen naar Oekraïne te sturen, omdat dit een oorlog op grotere schaal zou riskeren, een beslissing die sommige experts hebben bestempeld als een beleid van verzoening.[631]

Vanwege een beveiligingsprobleem met de MediaWiki Graph-software is het momenteel niet mogelijk deze grafiek weer te geven. Zodra de software is bijgewerkt zal de grafiek vanzelf weer zichtbaar worden.

Steun en wapenleveringen vanuit de NAVO[bewerken | brontekst bewerken]

HIMARS
NASAMS-luchtafweer

Op 25 februari 2022, een dag na het begin van de invasie, besloten NAVO-regeringsleiders tijdens een videoconferentie dat de NATO Response Force voor het eerst in haar bestaan zou worden verzameld. Er zouden enkele duizenden manschappen naar NAVO-lidstaten in Oost-Europa worden gestuurd.[632]

Wapenleveranties door westerse landen[bewerken | brontekst bewerken]

Op 26 februari 2022 kondigde de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Antony Blinken, 350 miljoen dollar aan militaire hulp aan, inclusief anti-pantser- en luchtafweersystemen. De volgende dag verklaarde de EU voor 450 miljoen euro aan wapens en 50 miljoen euro aan militaire goederen te zullen leveren aan Oekraïne, waarbij Polen als distributiecentrum zou fungeren. EU-buitenlandchef Josep Borrell meldde dat de EU van plan was om Oekraïne te voorzien van straaljagers.

Bulgarije, Polen en Slowakije hadden MiG-29's en Slowakije had ook Soe-25-vliegtuigen, waarmee Oekraïense piloten al bekend waren en die daardoor snel in gebruik konden worden genomen. De eigenaren van de vliegtuigen waren echter terughoudend om wapens te doneren die essentieel waren voor hun eigen territoriale verdediging, en vreesden dat Rusland het als een oorlogsdaad zou kunnen beschouwen als straaljagers vanaf hun luchtbases zouden vliegen om voor Oekraïne te vechten.[633]

In maart 2022 leverde de VS 100 Switchblades-drones en HIMARS-raketten aan Oekraïne.[634]

Vanaf april 2022 begonnen westerse landen zwaardere artillerie aan Oekraïne te leveren (zie #Steun en wapenleveringen vanuit de NAVO).

Tijdens de eerste week van de invasie hadden de NAVO-lidstaten meer dan 17.000 antitankwapens aan Oekraïne geleverd, medio maart werd het aantal geschat op meer dan 20.000.[635]

Op 11 april was Oekraïne door de EU, VS en het VK voorzien van ongeveer 25.000 luchtafweersystemen en 60.000 antitankwapensystemen. De volgende dag ontving Rusland naar verluidt antitankraketten en RPG's uit Iran, geleverd via undercovernetwerken via Irak.[636]

President Zelensky riep herhaaldelijk op tot het instellen van een no-flyzone. Vrijwel onmiddellijk meldde Stoltenberg namens de NAVO dat dit niet mogelijk was. Een no-flyzone zou moeten worden gehandhaafd en zou kunnen leiden tot een grootschalige oorlog. In de eerste twee weken van de oorlog werd Oekraïne grotendeels beschoten met raketten en artillerie, iets waar een no-flyzone geen invloed op zou hebben. De enige prominente militair die het idee van een no-flyzone boven Oekraïne steunde was de Amerikaanse oud-generaal Philip Breedlove.[637]

Op 5 mei 2022 meldde de Oekraïense premier, Denys Sjmyhal, dat Oekraïne sinds het begin van de Russische invasie meer dan 12 miljard dollar aan wapens en financiële hulp had ontvangen van westerse landen.[638] Op 10 mei 2022 keurde het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden een militair steunpakket goed voor Oekraïne van 40 miljard dollar.[639]

Op 27 februari werd bekend dat de Europese Unie wapens en munitie ging leveren aan Oekraïne. Hiervoor zou een bedrag van ca. 500 miljoen euro worden uitgetrokken. Het was voor het eerst in haar geschiedenis dat de EU als geheel tot iets dergelijks overging. Individuele EU-lidstaten hadden Oekraïne al wel eerder van wapens voorzien.[640][641] Ook Duitsland, dat sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog een beleid voerde om geen wapens naar conflictgebieden te sturen, begon met wapenleveringen aan Oekraïne. Het neutrale Zweden zegde eveneens, voor het eerst sinds 1939, wapenleveringen aan Oekraïne toe.[642]

Vanaf april leverden westerse landen steeds meer artillerie aan Oekraïne, zoals de Amerikaanse M777 Houwitser, die tot 50 kilometer ver met precisie kan schieten. Er werden ook 'slimme' precisiegranaten met gps-sturing, zoals de M982 Excalibur, ingezet. De Amerikaanse legerleiding bevestigde dat deze wapens een belangrijke rol hadden in het Oekraïens tegenoffensief rond Charkov en bij de artilleriegevechten in de Donbas.[643] Op 26 april besloot Duitsland voor het eerst zware wapens (namelijk 50 Flakpanzer Gepards) naar Oekraïne te sturen.[644][645] Spanje, Noorwegen en de Verenigde Staten leverden NASAMS-luchtafweer in september 2022.

De Amer