Memoires

Julius Caesars Commentarii de bello Gallico, uitgave 18e eeuw; het schrijven van memoires dateert al uit de oud-Griekse en -Romeinse tijd

Memoires of gedenkschriften (Frans: mémoires, van mémoire, geheugen) is de benaming voor een geschrift waarin iemand herinneringen vermeldt over gebeurtenissen die hij of zij zelf heeft meegemaakt.

Memoires zijn sterk verwant aan de autobiografie, maar verschillen daar meestal van doordat ze minder gaan over de levensloop van de schrijver, maar eerder over de feiten waarover hij getuigt, vaak geplaatst in een historische context. Veel memoires bevatten zo goed als geen details over het privé-leven van de auteur, maar beperken zich tot zijn loopbaan of een deel daarvan (bijvoorbeeld een politieke carrière). Sommige memoires hebben enkel betrekking op een vrij korte, maar belangrijke periode uit iemands leven (zoals een oorlog).

Memoires zijn ook niet noodzakelijk verhalend maar hebben soms ook de vorm van een reeks losse aantekeningen. Ze moeten verder worden onderscheiden van het dagboek, dat direct op de beleefde gebeurtenissen reageert, terwijl memoires meestal een hele tijd na die gebeurtenissen worden geschreven, vaak na het raadplegen van eigen bewaarde papieren.

De literaire waarde van memoires verschilt sterk. De meeste auteurs van memoires (of memorialisten) hebben in de eerste plaats de bedoeling om vermeldenswaardige feiten uit hun leven voor het nageslacht te bewaren en/of hun eigen visie op die feiten te geven. Daardoor vormen memoires vaak belangrijke bronnen van de geschiedschrijving. Hoewel ze door hun subjectieve aard meestal zelf niet tot de wetenschappelijke historiografie kunnen worden gerekend, vormen ze vaak zeer belangrijke getuigenissen. Soms is hun inhoud zo delicaat, dat ze pas (lang) na de dood van de auteur mogen worden vrijgegeven. Veel onuitgegeven memoires worden dan ook bewaard in archieven en documentatiecentra. Memoires van bekende politici en vedetten kennen natuurlijk soms hoge oplagen.

Als literair genre hebben memoires een aantal meesterwerken geproduceerd. Zo waren er de zeer uitvoerige memoires van de hertog van Saint-Simon over het hof van Lodewijk XIV. Verder ook de werken van onder meer Ernst Jünger en Louis-Ferdinand Céline over de Eerste Wereldoorlog en die van Primo Levi en Elie Wiesel over de Duitse concentratiekampen in de Tweede Wereldoorlog.

Tot de grote historische figuren die literair hoogstaande memoires schreven behoren Gaius Julius Caesar over de oorlog die hij in Gallië voerde, en Winston Churchill en Charles de Gaulle over de Tweede Wereldoorlog.

Apocriefe en fictieve memoires[bewerken | brontekst bewerken]

Naast "echte" memoires - die eventueel wel met hulp van een ghostwriter tot stand kwamen - zijn er ook werken in de vorm van memoires van een bekend, reëel persoon, maar buiten diens medeweten geschreven, en vaak ook na diens dood. Tot de bekendste auteurs van zulke apocriefe memoires (of pseudo-memoires), die vaak een mengsel van realiteit en fictie zijn, behoort de Fransman Gatien de Courtilz de Sandras (1644-1712), vooral door zijn "memoires" van d'Artagnan. Een recenter voorbeeld is het literair meesterwerk Mémoires d'Hadrien van Marguerite Yourcenar (over keizer Hadrianus).

Deze apocriefe memoires kunnen nog worden onderscheiden van fictiewerken die de vorm aanemen van memoires van een verzonnen personage. Enkele bekende fictieve memoires zijn Robinson Crusoë van Daniel Defoe, Fanny Hill, or Memoirs of a Woman of Pleasure van John Cleland, Mémoires de deux jeunes mariées van Honoré de Balzac en Aantekeningen uit het dodenhuis van Fjodor Dostojevski