Lijst van resoluties van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties

Hieronder staat een lijst van resoluties van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties.

1946 (1-15)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 1 van 25 januari
De eerste vergadering van het Generale Staf-Comité.
Resolutie 2 van 30 januari
Oproep tot onderhandelingen tussen Iran en de Sovjet-Unie.
Resolutie 3 van 4 april
Erkenning bij de vertraging bij de terugtrekking van Sovjet-troepen uit Iran.
Resolutie 4 van 29 april
Vorming van een onderzoekssubcomité naar het Franco-regime in Spanje.
Resolutie 5 van 8 mei
Een Iraans rapport over terugtrekking van Sovjet-troepen uit Iran afwachten.
Resolutie 6 van 17 mei
Vastlegging tijdschema van vergaderingen over nieuwe kandidaat VN-lidstaten.
Resolutie 7 van 26 juni
De situatie in Spanje in de gaten houden.
Resolutie 8 van 29 augustus
Aanbeveling van drie landen voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 9 van 15 oktober
Voorwaarden waaronder niet-lidstaten van het Internationaal Gerechtshof toegang krijgen tot het Hof.
Resolutie 10 van 4 november
Doorverwijzing van de zaak inzake de situatie in Spanje naar de Algemene Vergadering.
Resolutie 11 van 15 november
Voorwaarden waaronder Zwitserland lid kon worden van het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 12 van 10 december
Uitnodiging Griekenland en Joegoslavië voor het debat over het grensgeschil tussen de twee landen, Albanië en Bulgarije.
Resolutie 13 van 12 december
Aanbeveling van Siam voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 14 van 16 december
De Verenigde Staten mogen tot het jaareinde verlengd voorzitter van de Veiligheidsraad blijven.
Resolutie 15 van 19 december
Oprichting van een onderzoekscommissie naar het Grieks-Albanees-Bulgaars-Joegoslavisch grensgeschil.

1947 (16-37)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 16 van 10 januari
Goedkeuring van de oprichting van de Vrije Zone Triëst.
Resolutie 17 van 10 februari
Beslissing in verband met vraag van onderzoekscommissie naar het Grieks-Albanees-Bulgaars-Joegoslavisch grensgeschil over executies.
Resolutie 18 van 13 februari
Maatregelen en een commissie voor ontwapening.
Resolutie 19 van 27 februari
Oprichting subcomité voor Straat van Korfoe-incidenten.
Resolutie 20 van 10 maart
Atoomenergiecommissie vragen spoedig verder te werken.
Resolutie 21 van 2 april
Plaatsing voormalige Duitse koloniën onder de Trustschapsraad.
Resolutie 22 van 9 april
Advies om Straat van Korfoe-incidenten voor het Internationaal Gerechtshof te brengen.
Resolutie 23 van 18 april
Een afdeling van de onderzoekscommissie moet ter plaatse blijven in het Grieks-Albanees-Bulgaars-Joegoslavisch grensgeschil.
Resolutie 24 van 30 april
Doorverwijzing van aanbeveling Hongarije als kandidaat VN-lidstaat.
Resolutie 25 van 23 mei
Doorverwijzing van aanbeveling Italië als kandidaat VN-lidstaat.
Resolutie 26 van 4 juni
Overname van een regel van de Algemene Vergadering.
Resolutie 27 van 1 augustus
Oproep tot staakt-het-vuren en bemiddeling in de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog.
Resolutie 28 van 6 augustus
Oprichting van een subcomité om een oplossing voor het Grieks-Albanees-Bulgaars-Joegoslavisch grensgeschil te formuleren.
Resolutie 29 van 12 augustus
Aanbeveling van twee landen voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 30 van 25 augustus
Verwelkoming Nederlandse en Indonesische aanvaarding van resolutie 27.
Resolutie 31 van 25 augustus
Aanbod tot bijstand in onderhandelingen tussen Nederland en Indonesië.
Resolutie 32 van 26 augustus
Veroordeling van het voortdurende geweld in Indonesië.
Resolutie 33 van 27 augustus
Aanvaarding van de meeste door de Algemene Vergadering voorgestelde wijzigingen aan de eigen procedures.
Resolutie 34 van 15 september
Schrapping van het Grieks-Albanees-Bulgaars-Joegoslavisch grensgeschil van de lijst met open kwesties.
Resolutie 35 van 3 oktober
Start van het comité om te helpen met het oplossen van de kwestie tussen Nederland en Indonesië.
Resolutie 36 van 1 november
Oproep om de onderhandelingen tussen Nederland en Indonesië te beginnen.
Resolutie 37 van 9 december
Aanpassing van de procedures inzake het toelaten van nieuwe VN-lidstaten.

1948 (38-66)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 38 van 17 januari
Oproep aan de twee partijen in de Eerste Kasjmiroorlog om de situatie onder controle te houden.
Resolutie 39 van 20 januari
Vorming van een onderzoekscommissie naar de situatie in Kasjmir.
Resolutie 40 van 28 februari
Vroeg extra aandacht voor de Indonesische regio's West-Java en Madoera.
Resolutie 41 van 28 februari
Prees de wil van alle partijen in de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog om tot een vreedzame oplossing te komen.
Resolutie 42 van 5 maart
Oproep om de ongeregeldheden in Palestina te stoppen.
Resolutie 43 van 1 april
Riep op tot een bestand en een staking van het geweld in de kwestie Palestina.
Resolutie 44 van 1 april
Vroeg een speciale sessie van de Algemene Vergadering over de kwestie Palestina.
Resolutie 45 van 10 april
Aanbeveling Birma als VN-lidstaat.
Resolutie 46 van 17 april
Oproep om de orde in het mandaatgebied Palestina te herstellen.
Resolutie 47 van 21 april
Bepaling van de taken van India en Pakistan en de oprichting van de Administratie voor de te houden Volksraadpleging.
Resolutie 48 van 23 april
Oprichting van de Bestandscommissie voor Palestina.
Resolutie 49 van 22 mei
Oproep tot staakt-het-vuren en onderhandeling in het Palestijns-Israëlisch conflict.
Resolutie 50 van 29 mei
Oproep tot vier weken wapenstilstand in Palestina.
Resolutie 51 van 3 juni
Droeg de VN-Commissie voor India en Pakistan op haar taken te beginnen.
Resolutie 52 van 22 juni
Droeg op de eerste drie rapporten van de Atoomenergiecommissie van de Verenigde Naties over te maken aan de leden.
Resolutie 53 van 7 juli
Oproep om het bestand in Palestina te verlengen.
Resolutie 54 van 15 juli
Bepaling dat de situatie in Palestina een gevaar is voor de vrede; De eis om het geweld te stoppen; De vraag om een vreedzame oplossing te zoeken.
Resolutie 55 van 29 juli
Oproep aan Nederland en Indonesië om de gesloten overeenkomst na te leven.
Resolutie 56 van 19 augustus
Bepaling van de regels inzake het bestand in Palestina.
Resolutie 57 van 18 september
Regeling na de dood van de VN-bemiddelaar in Jeruzalem.
Resolutie 58 van 28 september
De regels voor de deelname van niet-VN-lidstaten aan de verkiezing van leden van het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 59 van 19 oktober
Medewerking aan en de veiligheid van VN-personeel in Palestina.
Resolutie 60 van 29 oktober
Oprichting van een subcomité om een nieuwe resolutie over Palestina voor te bereiden.
Resolutie 61 van 4 november
Vraagt de partijen in Palestina permanente bestandsgrenzen vast te leggen en voorziet al verdere actie bij het falen hiervan.
Resolutie 62 van 16 november
Beslissing tot een permanente wapenstilstand in Palestina.
Resolutie 63 van 24 december
Eiste de stopzetting van het geweld in Indonesië en de vrijlating van politieke gevangenen, waaronder de Indonesische president.
Resolutie 64 van 28 december
Eiste de onmiddellijke vrijlating van de politieke gevangenen die Nederland in Indonesië had genomen.
Resolutie 65 van 28 december
Vroeg een rapport van de consuls in Indonesië die waren gevraagd de situatie aldaar in de gaten te houden.
Resolutie 66 van 29 december
Riep op tot wapenstilstand in Palestina, de toepassing van de resoluties 61 en 62 en legde de eerste vergadering van het Comité vast.

1949 (67-78)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 67 van 28 januari
Stappen die tot een onafhankelijk Indonesië moeten leiden en de rol van de VN-Commissie voor Indonesië daarin.
Resolutie 68 van 10 februari
Besliste resolutie 192 van de Algemene Vergadering over ontwapening door te sturen naar de Commissie voor Conventionele Bewapening.
Resolutie 69 van 4 maart
Aanbeveling Israël als VN-lidstaat.
Resolutie 70 van 7 maart
Verzocht de Trustschapsraad om zijn rapporten voortaan naar de Veiligheidsraad te sturen.
Resolutie 71 van 27 juni
Voorwaarden waaronder Liechtenstein lid kon worden van het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 72 van 11 augustus
Eerbetoon aan alle VN-medewerkers in Palestina na de totstandkoming van een wapenstilstand.
Resolutie 73 van 11 augustus
Onthief de VN-bemiddelaar in Palestina en regelde het verdere toezicht op de wapenstilstanden.
Resolutie 74 van 16 september
Het overmaken van twee resoluties van de Atoomenergiecommissie aan de Algemene Vergadering en de VN-lidstaten.
Resolutie 75 van 27 september
Terugbetaling van reis- en onderhoudskosten van vervangers in de VN-Commissie voor Indonesië en de VN-Commissie voor India en Pakistan.
Resolutie 76 van 5 oktober
De vraag van de Commissie van Consuls in Indonesië om de kosten van de militaire waarnemers aldaar over te nemen werd doorgestuurd naar de secretaris-generaal.
Resolutie 77 van 11 oktober
Doorzenden van een rapport van de Commissie voor Conventionele Bewapening naar de Algemene Vergadering.
Resolutie 78 van 18 oktober
Doorzenden van voorstellen van de Commissie voor Conventionele Bewapening naar de Algemene Vergadering.

1950 (79-89)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 79 van 17 januari
Doorzenden van resolutie 300 van de Algemene Vergadering naar de Commissie voor Conventionele Bewapening.
Resolutie 80 van 14 maart
Drong aan op demilitarisatie van Kasjmir en verving de VN-Commissie voor India en Pakistan door een vertegenwoordiger.
Resolutie 81 van 24 mei
Aanvaarding nieuwe principes bepaald door de Algemene Vergadering.
Resolutie 82 van 25 juni
Nog op de dag van de Noord-Koreaanse inval in Zuid-Korea vroeg de Veiligheidsraad Noord-Korea zich terug te trekken.
Resolutie 83 van 27 juni
Raadde de VN-lidstaten aan Zuid-Korea te steunen in de Koreaanse Oorlog.
Resolutie 84 van 7 juli
Oprichting van een militair commando onder de VS tegen Noord-Korea.
Resolutie 85 van 31 juli
Vraag om noodhulp voor de Koreaanse bevolking.
Resolutie 86 van 26 september
Aanbeveling Indonesië als VN-lidstaat.
Resolutie 87 van 29 september
Besliste de discussie over de invasie van Taiwan uit te stellen en dan een vertegenwoordiger van de Volksrepubliek China uit te nodigen.
Resolutie 88 van 8 november
Besliste een Chinese vertegenwoordiger uit te nodigen op de discussie over een rapport van het VN-Commando in Korea.
Resolutie 89 van 11 november
Controle van de Palestijnse vluchtelingen en de rol van de wapenstilstandscommissies.

1951 (90-96)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 90 van 31 januari
Schrapping kwestie Koreaanse Oorlog van de lijst met lopende zaken.
Resolutie 91 van 30 maart
Aanstelling nieuwe VN-vertegenwoordiger die de demilitarisatie in Kasjmir moest bewerkstelligen.
Resolutie 92 van 8 mei
Oproep opnieuw de wapens neer te leggen toen opnieuw gevochten werd in Palestina.
Resolutie 93 van 18 mei
Oproep aan Israël en Syrië om zich aan de wapenstilstand te houden.
Resolutie 94 van 29 mei
Bepaling moment van de verkiezing van een nieuwe rechter voor het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 95 van 1 september
Vraagt Egypte de belemmeringen op de scheepvaart in het Suezkanaal te beëindigen.
Resolutie 96 van 10 november
Tevredenheid over het demilitarisatieplan voor Kasjmir van de VN-vertegenwoordiger en de opdracht om hieraan verder te werken.

1952 (97 en 98)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 97 van 30 januari
Opheffing van de Commissie voor Conventionele Bewapening.
Resolutie 98 van 23 december
Aandrang om te onderhandelen over de demilitarisatie van Kasjmir.

1953 (99-103)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 99 van 12 augustus
Bepaling moment van de verkiezing van een nieuwe rechter voor het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 100 van 27 oktober
Schorsing van het werk in de gedemilitariseerde zone in Palestina.
Resolutie 101 van 24 november
Afkeuring van Israëlisch geweld in Palestina en vraag om respect voor de demarcatielijn en de wapenstilstanden.
Resolutie 102 van 3 december
Voorwaarden waaronder Japan lid kon worden van het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 103 van 3 december
Voorwaarden waaronder San Marino lid kon worden van het Internationaal Gerechtshof.

1954 (104 en 105)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 104 van 20 juni
Vraag om het bloedvergieten te stoppen bij de staatsgreep in Guatemala.
Resolutie 105 van 28 juli
Bepaling moment van de verkiezing van een nieuwe rechter voor het Internationaal Gerechtshof.

1955 (106-110)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 106 van 29 maart
Veroordeling van een Israëlische aanval op Egypte in de Gazastrook.
Resolutie 107 van 30 maart
Vraag om het conflict tussen Egypte en Israël na de aanval van die laatste op de Gazastrook op te lossen.
Resolutie 108 van 8 september
Oproep om het staakt-het-vuren in de Gazastrook te respecteren en verdere onderhandelingen tussen Egypte en Israël.
Resolutie 109 van 14 december
Aanbeveling van zestien landen voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 110 van 16 december
Eens met de Algemene Vergadering om het Handvest ten gepaste tijde te herzien.

1956 (111-121)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 111 van 19 januari
Veroordeling van de Israëlische aanval op Syrië in Syrië.
Resolutie 112 van 6 februari
Aanbeveling Soedan voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 113 van 4 april
Vraag om maatregelen om de spanningen rond de demarcatielijnen aan de Israëlische grenzen te doen afnemen.
Resolutie 114 van 4 juni
Vraag om de maatregelen om de spanningen rond de demarcatielijnen aan de Israëlische grenzen uit te voeren.
Resolutie 115 van 20 juli
Aanbeveling Marokko voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 116 van 26 juli
Aanbeveling Tunesië voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 117 van 6 september
Bepaling moment van de verkiezing van een nieuwe rechter voor het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 118 van 13 oktober
Voorwaarden waaraan een oplossing voor de Suezcrisis moest voldoen.
Resolutie 119 van 31 oktober
Doorverwijzing Suez-kwestie naar de Algemene Vergadering.
Resolutie 120 van 4 november
Doorverwijzing kwestie Hongarije naar de Algemene Vergadering.
Resolutie 121 van 12 december
Aanbeveling Japan voor VN-lidmaatschap.

1957 (122-126)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 122 van 24 januari
Herinnerde eraan dat een volksraadpleging over de toekomst van Kasjmir moest beslissen.
Resolutie 123 van 21 februari
Vroeg de voorzitter van de VN-Veiligheidsraad om samen met India en Pakistan een oplossing te zoeken voor de kwestie Kasjmir.
Resolutie 124 van 7 maart
Aanbeveling Ghana voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 125 van 5 september
Aanbeveling Maleisië voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 126 van 2 december
Probeerde vooruitgang te forceren in de kwestie Kasjmir.

1958 (127-131)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 127 van 22 januari
Onderzoek naar eigendomsrechten in de demarcatiezone Jeruzalem en vraag alle activiteiten er stop te zetten.
Resolutie 128 van 11 juni
Sturen van waarnemers naar Libanon.
Resolutie 129 van 7 augustus
Doorverwijzing klacht van Libanon en Jordanië naar de Algemene Vergadering.
Resolutie 130 van 25 november
Bepaling moment van de verkiezing van een nieuwe rechter voor het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 131 van 9 december
Aanbeveling Guinee voor VN-lidmaatschap.

1959 (132)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 132 van 7 september
Oprichting van een subcomité om informatie over Laos te onderzoeken.

1960 (133-160)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 133 van 26 januari
Aanbeveling Kameroen voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 134 van 1 april
Oproep om de apartheid in Zuid-Afrika af te schaffen.
Resolutie 135 van 27 mei
Vraag om de internationale spanningen uit te klaren met onderhandelingen en ontwapening.
Resolutie 136 van 31 mei
Aanbeveling Togo voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 137 van 31 mei
Bepaling moment van de verkiezing van een nieuwe rechter voor het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 138 van 23 juni
Veroordeelde de soevereiniteitsschending van Israël door Adolf Eichmann uit Argentinië weg te halen.
Resolutie 139 van 28 juni
Aanbeveling Mali voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 140 van 29 juni
Aanbeveling Malagasië voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 141 van 5 juli
Aanbeveling Somalië voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 142 van 7 juli
Aanbeveling Congo voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 143 van 17 juli
Vroeg België zich terug te trekken uit Congo en gaf toestemming voor militaire VN-steun.
Resolutie 144 van 19 juli
Schorste de kwestie Cuba-VS in afwachting van een rapport van de OAS.
Resolutie 145 van 22 juli
Vroeg om de orde in Congo verder te handhaven.
Resolutie 146 van 9 augustus
Vroeg België zich terug te trekken uit Katanga en de uitvoering van de vorige resoluties aldaar.
Resolutie 147 van 23 augustus
Aanbeveling Dahomey voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 148 van 23 augustus
Aanbeveling Niger voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 149 van 23 augustus
Aanbeveling Opper-Volta voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 150 van 23 augustus
Aanbeveling Ivoorkust voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 151 van 23 augustus
Aanbeveling Tsjaad voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 152 van 23 augustus
Aanbeveling Congo voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 153 van 23 augustus
Aanbeveling Gabon voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 154 van 23 augustus
Aanbeveling Centraal-Afrikaanse Republiek voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 155 van 24 augustus
Aanbeveling Cyprus voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 156 van 9 september
Nam akte van een resolutie van de OAS over de Dominicaanse Republiek.
Resolutie 157 van 17 september
Doorverwijzing Congo-kwestie naar de Algemene Vergadering.
Resolutie 158 van 28 september
Aanbeveling Senegal voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 159 van 28 september
Aanbeveling Mali voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 160 van 7 oktober
Aanbeveling Nigeria voor VN-lidmaatschap.

1961 (161-170)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 161 van 21 februari
Vroeg maatregelen om een burgeroorlog in Congo af te wenden.
Resolutie 162 van 11 april
Steunde een beslissing van de Israëlisch-Jordaanse Wapenstilstandscommissie.
Resolutie 163 van 9 juni
Vroeg een einde aan de repressie in en onafhankelijkheid voor Angola.
Resolutie 164 van 22 juli
Riep op tot een staakt-het-vuren en terugtrekking in Tunesië.
Resolutie 165 van 26 september
Aanbeveling Sierra Leone voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 166 van 25 oktober
Aanbeveling Mongolië voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 167 van 25 oktober
Aanbeveling Mauritanië voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 168 van 3 november
Beval U Thant aan als waarnemend Secretaris-Generaal.
Resolutie 169 van 24 november
Afkeuring separatisme en steun aan de centrale regering van Congo.
Resolutie 170 van 14 december
Aanbeveling Tanganyika voor VN-lidmaatschap.

1962 (171-177)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 171 van 9 april
Riep Israël en Syrië op zich opnieuw aan de wapenstilstand te houden.
Resolutie 172 van 26 juli
Aanbeveling Rwanda voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 173 van 26 juli
Aanbeveling Burundi voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 174 van 12 september
Aanbeveling Jamaica voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 175 van 12 september
Aanbeveling Trinidad en Tobago voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 176 van 4 oktober
Aanbeveling Algerije voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 177 van 15 oktober
Aanbeveling Oeganda voor VN-lidmaatschap.

1963 (178-185)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 178 van 24 april
Vroeg Portugal om de soevereiniteit van Senegal te respecteren.
Resolutie 179 van 11 juni
Vroeg om het gesloten akkoord in de Noord-Jemenitische Burgeroorlog na te leven.
Resolutie 180 van 31 juli
Eiste dat Portugal onafhankelijkheid zou verlenen aan zijn territoria.
Resolutie 181 van 7 augustus
Oproep om de apartheid in Zuid-Afrika af te schaffen en geen wapens meer aan het land te verkopen.
Resolutie 182 van 4 december
Oproep om de apartheid in Zuid-Afrika af te schaffen, geen wapens meer aan het land te verkopen en tot een vreedzame oplossing.
Resolutie 183 van 11 december
Bevestigde het zelfbeschikkingsrecht voor de Portugese territoria en vroeg de vrijlating van politieke gevangenen als teken van goede wil.
Resolutie 184 van 16 december
Aanbeveling Sultanaat Zanzibar voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 185 van 16 december
Aanbeveling Kenia voor VN-lidmaatschap.

1964 (186-199)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 186 van 4 maart
Oprichting van een vredesmissie voor Cyprus.
Resolutie 187 van 13 maart
Bevestigde resolutie 186 over Cyprus.
Resolutie 188 van 9 april
Veroordeling van een Britse vergeldingsaanval in Noord-Jemen.
Resolutie 189 van 4 juni
Veroordeelde de incidenten veroorzaakt door Vietnam in Cambodja en besloot een delegatie ter plaatse te sturen.
Resolutie 190 van 9 juni
Oproep tot stopzetting van het Rivoniaproces in Zuid-Afrika.
Resolutie 191 van 18 juni
Veroordeling apartheid in Zuid-Afrika en oproep om politieke gevangenen vrij te laten.
Resolutie 192 van 20 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met drie maanden.
Resolutie 193 van 9 augustus
Oproep tot een staakt-het-vuren in Cyprus.
Resolutie 194 van 25 september
Verlengde de vredesmissie in Cyprus opnieuw met drie maanden.
Resolutie 195 van 9 oktober
Aanbeveling Malawi voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 196 van 30 oktober
Aanbeveling Malta voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 197 van 30 oktober
Aanbeveling Zambia voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 198 van 18 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus wederom met drie maanden.
Resolutie 199 van 30 december
Vroeg om een staakt-het-vuren in Congo met de hulp van de OAE.

1965 (200-219)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 200 van 15 maart
Aanbeveling Gambia voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 201 van 19 maart
Verlengde de vredesmissie in Cyprus nogmaals met drie maanden.
Resolutie 202 van 6 mei
Vroeg om de wil van de bevolking van Zuid-Rhodesië te volgen.
Resolutie 203 van 14 mei
Oproep tot een staakt-het-vuren in de Dominicaanse Republiek en het sturen van een VN-vertegenwoordiger.
Resolutie 204 van 19 mei
Vroeg Portugal om de soevereiniteit van Senegal te respecteren na een klacht van die laatste.
Resolutie 205 van 22 mei
Vroeg een staakt-het-vuren in de Dominicaanse Republiek.
Resolutie 206 van 15 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus weer met zes maanden.
Resolutie 207 van 10 augustus
Oproep tot kalmte in Cyprus.
Resolutie 208 van 10 augustus
verkiezingen voor functie rechter, internationaal gerechtshof.
Resolutie 209 van 4 september
Roept India en Pakistan op onmiddellijk stappen te zetten voor een staakt-het-vuren in Kasjmir.
Resolutie 210 van 6 september
Oproep aan India en Pakistan om te stoppen met vechten en zich terug te trekken.
Resolutie 211 van 20 september
Eiste een staakt-het-vuren tussen India en Pakistan.
Resolutie 212 van 20 september
Aanbeveling Maldiven voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 213 van 20 september
Aanbeveling Singapore voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 214 van 27 september
Maande India en Pakistan aan om het overeengekomen staakt-het-vuren te respecteren.
Resolutie 215 van 5 november
Vroeg India en Pakistan om het staakt-het-vuren te respecteren en eiste de opstelling van een terugtrekkingsplan.
Resolutie 216 van 12 november
Oproep regime in Zuid-Rhodesië niet te erkennen.
Resolutie 217 van 20 november
Veroordeelde de onafhankelijkheidsverklaring van Zuid-Rhodesië en vroeg maatregelen om het regime er te beëindigen.
Resolutie 218 van 23 november
Eiste dat Portugal de repressie in zijn koloniën stopte en ze onafhankelijkheid verleende.
Resolutie 219 van 17 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus nog een keer met drie maanden.

1966 (220-232)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 220 van 16 maart
Verlengde de vredesmissie in Cyprus nogmaals met drie maanden.
Resolutie 221 van 9 april
Stop van olietransporten naar Zuid-Rhodesië.
Resolutie 222 van 16 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus weer met drie maanden.
Resolutie 223 van 21 juni
Aanbeveling Guyana voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 224 van 14 oktober
Aanbeveling Botswana voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 225 van 14 oktober
Aanbeveling Lesotho voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 226 van 14 oktober
Roept alle landen op, niet in te grijpen in Congolese binnenlandse aangelegenheden.
Resolutie 227 van 18 oktober
Verlengd termijn Secretaris-Generaal tot eind 21e algemene vergadering.
Resolutie 228 van 25 november
Bestraft Israël voor het breken van het handvest van de VN en de wapenstilstand.
Resolutie 229 van 2 december
Aanbeveling tweede termijn U Thant.
Resolutie 230 van 7 december
Aanbeveling Barbados als VN-lidstaat.
Resolutie 231 van 15 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus nogmaals met zes maanden.
Resolutie 232 van 16 december
Economisch boycot Zuid-Rhodesië.

1967 (233-244)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 233 van 6 juni
Oproep tot staakt-het-vuren in de Zesdaagse Oorlog.
Resolutie 234 van 7 juni
Deadline staakt-het-vuren in de Zesdaagse Oorlog.
Resolutie 235 van 9 juni
Oproep tot staakt-het-vuren in de Zesdaagse Oorlog.
Resolutie 236 van 11 juni
Oproep tot staakt-het-vuren in de Zesdaagse Oorlog.
Resolutie 237 van 14 juni
Oproep tot staakt-het-vuren in de Zesdaagse Oorlog.
Resolutie 238 van 19 juni
Wederom verlenging mandaat vredesmacht in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 239 van 10 juli
Waarschuwing tegen mogelijk buitenlands ingrijpen in Congo.
Resolutie 240 van 25 oktober
Oproep tot naleving staakt-het-vuren Zesdaagse Oorlog.
Resolutie 241 van 15 november
Wederom waarschuwing tegen buitenlands ingrijpen in Congo.
Resolutie 242 van 22 november
Terugtrekking van Israël na de Zesdaagse Oorlog en opheffen van de staat van oorlog.
Resolutie 243 van 12 december
Aanbeveling Volksrepubliek Zuid-Jemen als VN-lidstaat.
Resolutie 244 van 22 december
Verlenging mandaat vredesmacht in Cyprus met drie maanden.

1968 (245-262)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 245 van 25 januari
Oproep aan Zuid-Afrika tot het naleven van de resolutie met betrekking tot Zuidwest-Afrika.
Resolutie 246 van 14 maart
Oproep aan Zuid-Afrika tot het naleven van de resolutie met betrekking tot Zuidwest-Afrika.
Resolutie 247 van 18 maart
Verlenging mandaat vredesmacht in Cyprus met drie maanden.
Resolutie 248 van 24 maart
Oproep Israël op om het staakt-het-vuren na te leven.
Resolutie 249 van 18 april
Aanbeveling Mauritius voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 250 van 27 april
Riep Israël op af te zien van een militaire parade in Jeruzalem.
Resolutie 251 van 2 mei
Betreurde de Israëlische militaire parade in Jeruzalem.
Resolutie 252 van 14 juli
Riep Israël op om de status van Jeruzalem niet te wijzigen.
Resolutie 253 van 29 mei
Instelling boycot van Zuid-Rhodesië.
Resolutie 254 van 18 juni
Verlenging mandaat vredesmacht in Cyprus.
Resolutie 255 van 19 juni
Bevestigde ingrijpen bij een kernaanval op een niet-kernland.
Resolutie 256 van 16 augustus
Veroordeelde de aanvallen van Israël op Jordanië.
Resolutie 257 van 11 september
Aanbeveling Swaziland voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 258 van 18 september
Riep op tot naleving van het staakt-het-vuren na de Zesdaagse Oorlog.
Resolutie 259 van 27 september
Sturen van een VN-vertegenwoordiger naar de door Israël bezette gebieden.
Resolutie 260 van 6 november
Aanbeveling Equatoriaal-Guinea voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 261 van 10 december
Verlenging mandaat vredesmacht in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 262 van 31 december
Veroordeelde de Israëlische aanval op Libanon.

1969 (263-275)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 263 van 24 januari
Toevoeging Russisch en Spaans als werktalen in de Veiligheidsraad.
Resolutie 264 van 20 maart
Veroordeelde Zuid-Afrika's weigering om Zuidwest-Afrika te verlaten.
Resolutie 265 van 1 april
Veroordeelde Israëlische luchtaanvallen op Jordaanse dorpen.
Resolutie 266 van 10 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus opnieuw.
Resolutie 267 van 3 juli
Bepaalde dat Israël dat status van Jeruzalem niet kan en mag wijzigen.
Resolutie 268 van 28 juli
Keurde een aanval van Portugal op Zambia af.
Resolutie 269 van 12 augustus
Riep Zuid-Afrika op om Namibië te verlaten.
Resolutie 270 van 26 augustus
Veroordeelde de Israëlische aanval op Libanon.
Resolutie 271 van 15 september
Waarschuwde voor de gevolgen van de brandstichting in de Al-Aqsamoskee en riep Israël nogmaals op de status van Jeruzalem niet te wijzigen.
Resolutie 272 van 23 oktober
Aanbeveling over amendementen op het Statuut van het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 273 van 9 december
Veroordeelde de Portugese beschieting van een Senegalees dorp.
Resolutie 274 van 11 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus wederom.
Resolutie 275 van 22 december
Oproep aan Portugal om een Guinees vliegtuig en een boot vrij te laten en een waarschuwing aan Portugal.

1970 (276-291)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 276 van 30 januari
Veroordeelde Zuid-Afrika's weigering om aan de VN-resoluties te voldoen en richtte een subcomité op.
Resolutie 277 van 18 maart
Riep de lidstaten op alle banden met Zuid-Rhodesië door te knippen.
Resolutie 278 van 11 mei
Steunde de onafhankelijkheid die Bahrein wenste te bereiken.
Resolutie 279 van 12 mei
Eiste de terugtrekking van Israël uit Libanon.
Resolutie 280 van 19 mei
Veroordeelde de Israëlische aanval op Libanon.
Resolutie 281 van 9 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus nogmaals.
Resolutie 282 van 23 juli
Riep alle landen op het wapenembargo tegen Zuid-Afrika op te volgen.
Resolutie 283 van 29 juli
Riep alle landen op alle diplomatieke- en handelsrelaties met Namibië te beëindigen.
Resolutie 284 van 29 juli
Vroeg advies in verband met Namibië aan het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 285 van 5 september
Eiste de terugtrekking van Israël uit Libanon.
Resolutie 286 van 9 september
Oproep tot vrijlating na vliegtuigkapingen.
Resolutie 287 van 10 oktober
Aanbeveling Fiji voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 288 van 17 november
Oproep om vorige resoluties over Zuid-Rhodesië uit te voeren.
Resolutie 289 van 23 november
Eiste de terugtrekking van Portugal uit Guinee en besliste een speciale missie te sturen.
Resolutie 290 van 8 december
Waarschuwde Portugal en vroeg dit land om aan zijn koloniën onafhankelijkheid te verlenen.
Resolutie 291 van 10 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus weer met zes maanden.

1971 (292-307)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 292 van 10 februari
Aanbeveling Bhutan voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 293 van 26 mei
Verlengde de vredesmissie in Cyprus wederom met zes maanden.
Resolutie 294 van 15 juli
Veroordeelde het geweld van Portugal tegen Senegal.
Resolutie 295 van 3 augustus
Besliste een missie uit te sturen naar Guinee.
Resolutie 296 van 18 augustus
Aanbeveling Bahrein voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 297 van 15 september
Aanbeveling Qatar voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 298 van 25 september
Riep Israël wederom op om de status van Jeruzalem niet te wijzigen.
Resolutie 299 van 30 september
Aanbeveling Oman voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 300 van 12 oktober
Riep Zuid-Afrika op de soevereiniteit van Zambia te respecteren.
Resolutie 301 van 20 oktober
Riep op tot internationale steun aan de bevolking van Namibië.
Resolutie 302 van 24 november
Riep Portugal op de soevereiniteit van Senegal en de rechten van het volk van Guinee-Bissau te respecteren.
Resolutie 303 van 6 december
Verwees de kwestie-Kasjmir door naar de Algemene Vergadering.
Resolutie 304 van 8 december
Aanbeveling Verenigde Arabische Emiraten voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 305 van 13 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus weer met zes maanden.
Resolutie 306 van 21 december
Aanbeveling Kurt Waldheim als Secretaris-Generaal.
Resolutie 307 van 21 december
Vroeg een duurzaam staakt-het-vuren en hulpverlening in Kasjmir.

1972 (308-324)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 308 van 19 januari
Besliste een aantal vergaderingen van de Veiligheidsraad in Addis Abeba te houden.
Resolutie 309 van 4 februari
Vroeg contact op te nemen met alle betrokken partijen in de kwestie-Namibië.
Resolutie 310 van 4 februari
Veroordeelde de illegale bezetting van Namibië en vroeg de mensenrechten te respecteren.
Resolutie 311 van 4 februari
Veroordeelde de apartheid in Zuid-Afrika en vroeg de vrijlating van opponenten en hulp aan de slachtoffers ervan.
Resolutie 312 van 4 februari
Riep Portugal op om de rechten van de bevolking in zijn koloniën te erkennen.
Resolutie 313 van 28 februari
Eiste de onmiddellijke terugtrekking van Israël uit Libanon.
Resolutie 314 van 28 februari
Riep alle landen op de sancties tegen Zuid-Rhodesië uit te voeren.
Resolutie 315 van 15 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 316 van 26 juni
Veroordeelde de Israëlische aanvallen op Libanon en vroeg de vrijlating van daar ontvoerd personeel.
Resolutie 317 van 21 juli
Riep Israël op om in Libanon ontvoerde personeelsleden vrij te laten.
Resolutie 318 van 28 juli
Riep alle landen op de sancties tegen Zuid-Rhodesië uit te voeren.
Resolutie 319 van 1 augustus
Besloot de contacten met alle partijen inzake de kwestie-Namibië voort te zetten.
Resolutie 320 van 29 september
Riep alle landen op de sancties tegen Zuid-Rhodesië uit te voeren.
Resolutie 321 van 23 oktober
Veroordeelde een aanval van Portugal op Senegal.
Resolutie 322 van 22 november
Riep Portugal op de militaire operaties in zijn koloniën stop te zetten en onderhandelingen aan te gaan.
Resolutie 323 van 6 december
Riep op tot samenwerking aan een vreedzame oplossing voor de kwestie-Namibië.
Resolutie 324 van 12 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus opnieuw met zes maanden.

1973 (325-344)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 325 van 26 januari
Besliste een aantal vergaderingen van de Veiligheidsraad in Panama-Stad te houden.
Resolutie 326 van 2 februari
Veroordeelde de agressie van Zuid-Rhodesië tegen Zambia.
Resolutie 327 van 2 februari
Besliste economische steun voor Zambia te onderzoeken.
Resolutie 328 van 10 maart
Veroordeelde Zuid-Afrika, riep op tot het naleven van de sancties en riep op tot vrijheid in Zuid-Rhodesië.
Resolutie 329 van 10 maart
Besliste tot economische steun aan Zambia.
Resolutie 330 van 21 maart
Vroeg de Latijns-Amerikaanse landen om elkaar niet te forceren.
Resolutie 331 van 20 april
Vroeg de Secretaris-Generaal om een rapport over alle inspanningen van de VN in het Midden-Oosten.
Resolutie 332 van 21 april
Veroordeelde het geweld van Israël tegen Libanon.
Resolutie 333 van 22 mei
Riep op tot een strikte naleving van de sancties tegen Zuid-Rhodesië.
Resolutie 334 van 15 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus weer met zes maanden.
Resolutie 335 van 22 juni
Aanbeveling West- en Oost-Duitsland voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 336 van 18 juli
Aanbeveling Bahama's voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 337 van 15 augustus
Veroordeelde de kaping van een Libanees vliegtuig door Israël.
Resolutie 338 van 22 oktober
Riep op tot een staakt-het-vuren in de Jom Kipoeroorlog.
Resolutie 339 van 23 oktober
Riep op het staakt-het-vuren in de Jom Kipoeroorlog na te leven.
Resolutie 340 van 25 oktober
Oprichting van de UNEF-interventiemacht na de Jom Kipoeroorlog.
Resolutie 341 van 27 oktober
Besliste de UNEF-interventiemacht na de Jom Kipoeroorlog voor zes maanden op te richten.
Resolutie 342 van 11 december
Besliste het overleg in de kwestie-Namibië op te geven.
Resolutie 343 van 14 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 344 van 15 december
Vroeg op de hoogte te worden gehouden van de vredesconferentie over het Midden-Oosten.

1974 (345-366)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 345 van 17 januari
Opname Chinees als werktaal van de Veiligheidsraad.
Resolutie 346 van 8 april
Verlengde de vredesmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 347 van 24 april
Veroordeelde nieuw geweld van Israël tegen Libanon.
Resolutie 348 van 28 mei
Verwelkomde het neerleggen van de wapens en de wil tot dialoog tussen Irak en Iran.
Resolutie 349 van 29 mei
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 350 van 31 mei
Richtte een waarnemingsmacht op om toe te zien op een akkoord tussen Israël en Syrië.
Resolutie 351 van 10 juni
Aanbeveling Bangladesh voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 352 van 21 juni
Aanbeveling Grenada voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 353 van 20 juli
Riep op tot een staakt-het-vuren in Cyprus.
Resolutie 354 van 23 juli
Eiste een staakt-het-vuren in Cyprus.
Resolutie 355 van 1 augustus
Vraag om staakt-het-vuren in Cyprus.
Resolutie 356 van 12 augustus
Aanbeveling Guinee-Bissau voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 357 van 14 augustus
Eist tot staakt-het-vuren en dialoog in Cyprus.
Resolutie 358 van 15 augustus
Drong aan op naleving van het staakt-het-vuren in Cyprus.
Resolutie 359 van 15 augustus
Eis om het ontzien van en medewerking aan de VN-vredesmacht in Cyprus.
Resolutie 360 van 16 augustus
Oproep tot onderhandelingen in Cyprus.
Resolutie 361 van 30 augustus
Riep op tot hulpverlening aan de vluchtelingen in Cyprus.
Resolutie 362 van 23 oktober
Verlengde de vredesmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 363 van 29 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 364 van 13 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 365 van 13 december
Steunde resolutie 3212 van de Algemene Vergadering.
Resolutie 366 van 17 december
Eiste dat Zuid-Afrika zou voldoen aan de VN-resoluties over Namibië.

1975 (367-384)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 367 van 12 maart
Riep op tot onderhandelingen in Cyprus.
Resolutie 368 van 17 april
Verlengde de vredesmissie in het Midden-Oosten met drie maanden.
Resolutie 369 van 28 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten nogmaals met zes maanden.
Resolutie 370 van 13 juni
Verlengde wederom de vredesmissie in Cyprus.
Resolutie 371 van 24 juli
Verlengde de vredesmissie in het Midden-Oosten met drie maanden.
Resolutie 372 van 18 augustus
Aanbeveling Kaapverdië voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 373 van 18 augustus
Aanbeveling Sao Tomé en Principe voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 374 van 18 augustus
Aanbeveling Mozambique voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 375 van 22 september
Aanbeveling Papoea-Nieuw-Guinea voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 376 van 17 oktober
Aanbeveling Comoren voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 377 van 22 oktober
Vroeg consultaties met de partijen in de kwestie over de Westelijke Sahara.
Resolutie 378 van 23 oktober
Verlengde de vredesmissie in het Midden-Oosten met een jaar.
Resolutie 379 van 2 november
Riep de partijen op tot terughoudendheid in de Westelijke Sahara.
Resolutie 380 van 6 november
Riep Marokko op de Westelijke Sahara terug te ontruimen na de gehouden mars.
Resolutie 381 van 30 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten opnieuw met zes maanden.
Resolutie 382 van 1 december
Aanbeveling Suriname voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 383 van 13 december
Verlengde nogmaals de vredesmissie in Cyprus.
Resolutie 384 van 22 december
Riep Indonesië en Portugal op zich terug te trekken uit Oost-Timor en vroeg zelfbeschikking voor het Oost-Timorese volk.

1976 (385-402)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 385 van 30 januari
Eiste vrije verkiezingen in en de terugtrekking van Zuid-Afrika uit Namibië.
Resolutie 386 van 17 maart
Besliste tot economische steun aan Mozambique.
Resolutie 387 van 31 maart
Veroordeelde de Zuid-Afrikaanse agressie tegen Angola.
Resolutie 388 van 6 april
Breidde de sancties tegen Zuid-Rhodesië uit.
Resolutie 389 van 22 april
Riep Indonesië op zich uit Oost-Timor terug te trekken en de voortzetting van de consultaties.
Resolutie 390 van 28 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten nogmaals met zes maanden.
Resolutie 391 van 15 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus wederom met zes maanden.
Resolutie 392 van 19 juni
Veroordeelde geweld van Zuid-Afrika tegen betogers.
Resolutie 393 van 30 juli
Veroordeelde een Zuid-Afrikaanse aanval op Zambia.
Resolutie 394 van 16 augustus
Aanbeveling Seychellen voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 395 van 25 augustus
Riep Griekenland en Turkije op tot onderhandelingen in hun geschil over de Egeïsche Zee.
Resolutie 396 van 22 oktober
Verlengde de vredesmissie in het Midden-Oosten met een jaar.
Resolutie 397 van 22 november
Aanbeveling Angola voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 398 van 30 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten opnieuw met zes maanden.
Resolutie 399 van 1 december
Aanbeveling West-Samoa voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 400 van 7 december
Aanbeveling tweede termijn voor Kurt Waldheim als Secretaris-Generaal.
Resolutie 401 van 14 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus nogmaals met zes maanden.
Resolutie 402 van 22 december
Oproep tot economische steun aan Lesotho.

1977 (403-422)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 403 van 14 januari
Besliste economische steun aan Botswana te onderzoeken.
Resolutie 404 van 8 februari
Besliste een speciale missie naar Benin te sturen.
Resolutie 405 van 14 april
Veroordeelde de aanval op Benin en de inzet van huurlingen om regeringen omver te werpen.
Resolutie 406 van 25 mei
Besliste tot economische steun aan Botswana.
Resolutie 407 van 25 mei
Besliste tot economische steun aan Lesotho.
Resolutie 408 van 26 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 409 van 27 mei
Versterkte de sancties tegen Zuid-Rhodesië.
Resolutie 410 van 15 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus eens te meer met zes maanden.
Resolutie 411 van 30 juni
Veroordeelde agressie van Zuid-Rhodesië tegen Mozambique en besliste tot economische steun aan Mozambique.
Resolutie 412 van 7 juli
Aanbeveling Djibouti voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 413 van 20 juli
Aanbeveling Vietnam voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 414 van 15 september
Riep op tot hervatting van de onderhandelingen in Cyprus.
Resolutie 415 van 29 september
Vroeg de aanstelling van een VN-vertegenwoordiger voor Zuid-Rhodesië.
Resolutie 416 van 21 oktober
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met één jaar.
Resolutie 417 van 31 oktober
Veroordeelde het geweld in Zuid-Afrika en riep op tot de afschaffing van de apartheid in dat land.
Resolutie 418 van 4 november
Legde een wapenembargo op tegen Zuid-Afrika.
Resolutie 419 van 24 november
Riep op te helpen met het vergoeden van de schade in Benin.
Resolutie 420 van 30 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 421 van 9 december
Richtte een comité in verband met van het wapenembargo tegen Zuid-Afrika.
Resolutie 422 van 15 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.

1978 (423-443)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 423 van 14 maart
Riep op het illegale regime in Zuid-Rhodesië te beëindigen en er een onafhankelijk democratisch land van te maken.
Resolutie 424 van 17 maart
Veroordeelde de aanval van Zuid-Rhodesië op Zambia.
Resolutie 425 van 19 maart
Oprichting interim VN-macht in Zuid-Libanon.
Resolutie 426 van 19 maart
Oprichting interim VN-macht in Zuid-Libanon voor zes maanden.
Resolutie 427 van 3 mei
Versterking interim VN-macht in Zuid-Libanon.
Resolutie 428 van 6 mei
Veroordeelde de Zuid-Afrikaanse invasie in Angola.
Resolutie 429 van 31 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 430 van 16 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 431 van 27 juli
Vroeg een VN-vertegenwoordiger aan te duiden voor Namibië.
Resolutie 432 van 27 juli
Vroeg de herintegratie van Walvisbaai bij Namibië.
Resolutie 433 van 17 augustus
Aanbeveling Salomonseilanden voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 434 van 18 september
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met vier maanden.
Resolutie 435 van 29 september
Richtte een VN-Overgangsassistentiegroep op voor Namibië.
Resolutie 436 van 6 oktober
Riep de vechtende partijen in Libanon op tot een staakt-het-vuren.
Resolutie 437 van 10 oktober
Betreurde dat de Verenigde Staten Zuid-Rhodesische regeringslieden toeliet op hun grondgebied.
Resolutie 438 van 23 oktober
Verlengde de vredesmissie in het Midden-Oosten met negen maanden.
Resolutie 439 van 13 november
Veroordeelde eenzijdige verkiezingen in Namibië.
Resolutie 440 van 27 november
Riep op de onderhandelingen in Cyprus te hervatten.
Resolutie 441 van 30 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 442 van 6 december
Aanbeveling Dominica voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 443 van 14 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.

1979 (444-461)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 444 van 19 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met vijf maanden.
Resolutie 445 van 8 maart
Verklaarde de door het illegale regime van Zuid-Rhodesië geplande verkiezingen op voorhand nietig.
Resolutie 446 van 22 maart
Vroeg Israël de Vierde Geneefse Conventie toe te passen in de bezette gebieden en richtte een commissie op om de situatie in die gebieden nader te bekijken.
Resolutie 447 van 28 maart
Veroordeelde een Zuid-Afrikaanse invasie in Angola.
Resolutie 448 van 30 april
Veroordeelde de door het Zuid-Rhodesische regime geplande verkiezingen.
Resolutie 449 van 30 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 450 van 14 juni
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 451 van 15 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus wederom met zes maanden.
Resolutie 452 van 20 juli
Riep Israël op de oprichting van nederzettingen in de Arabische bezette gebieden te stoppen.
Resolutie 453 van 12 september
Aanbeveling Saint Lucia voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 454 van 2 november
Veroordeelde de Zuid-Afrikaanse agressie tegen Angola.
Resolutie 455 van 23 november
Veroordeelde de agressie van Zuid-Rhodesië tegen Zambia en de collusie met Zuid-Afrika.
Resolutie 456 van 30 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 457 van 4 december
Riep Iran op de gijzelaars van de Amerikaanse ambassade vrij te laten en het conflict samen met de VS vreedzaam op te lossen.
Resolutie 458 van 14 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus nogmaals met zes maanden.
Resolutie 459 van 19 december
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 460 van 21 december
Trok de sancties tegen Zuid-Rhodesië in.
Resolutie 461 van 31 december
Riep Iran nogmaals op de Amerikaanse gijzelaars vrij te laten.

1980 (462-484)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 462 van 9 januari
Doorverwijzing Afghaanse kwestie naar de Algemene Vergadering.
Resolutie 463 van 2 februari
Riep op tot naleving van het akkoord over en het houden van vrije verkiezingen in Zuid-Rhodesië.
Resolutie 464 van 19 februari
Aanbeveling Sint-Vincent en de Grenadines voor VN-lidmaatschap.
Resolutie 465 van 1 maart
Riep Israël op de bouw van nederzettingen in de bezette gebieden te stoppen.
Resolutie 466 van 11 april
Veroordeelde de agressie van Zuid-Afrika tegen Angola.
Resolutie 467 van 24 april
Veroordeelde het geweld tegen de VN-macht in Libanon, een einde van de vijandelijkheden en de VN-macht toe te laten haar mandaat uit te voeren.
Resolutie 468 van 8 mei
Riep Israël op uitgewezen Palestijnse leiders te laten terugkeren.
Resolutie 469 van 20 mei
Riep Israël op uitgewezen Palestijnse leiders te laten terugkeren.
Resolutie 470 van 30 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 471 van 5 juni
Riep Israël op de Vierde Geneefse Conventie toe te passen.
Resolutie 472 van 13 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus nogmaals met zes maanden.
Resolutie 473 van 13 juni
Veroordeelde de repressie tegen tegenstanders van de apartheid in Zuid-Afrika en vroeg de vrijlating van politiek gevangenen.
Resolutie 474 van 17 juni
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 475 van 27 juni
Veroordeelde de agressie van Zuid-Afrika tegen Angola.
Resolutie 476 van 30 juni
Zorgen over Israëls optreden in Jeruzalem.
Resolutie 477 van 30 juli
Aanbeveling Zimbabwe als VN-lidstaat.
Resolutie 478 van 20 augustus
Nietigheid Israëlische wet over Jeruzalem en oproep om diplomatieke missies in Jeruzalem terug te trekken.
Resolutie 479 van 28 september
Riep Irak en Iran op hun geschil vreedzaam op te lossen.
Resolutie 480 van 23 oktober
Bepaling moment van de verkiezing van twee nieuwe rechters voor het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 481 van 26 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 482 van 11 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 483 van 17 december
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 484 van 19 december
Riep Israël op de Vierde Geneefse Conventie na te leven en twee Palestijnse burgemeesters te laten terugkeren.

1981 (485-499)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 485 van 22 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 486 van 4 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 487 van 19 juni
Veroordeelde een Israëlische luchtaanval op de Iraakse kerninstallatie Osirak.
Resolutie 488 van 19 juni
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 489 van 8 juli
Aanbeveling Vanuatu als VN-lidstaat.
Resolutie 490 van 21 juli
Riep op tot een einde aan de aanvallen in Zuid-Libanon.
Resolutie 491 van 23 september
Aanbeveling Belize als VN-lidstaat.
Resolutie 492 van 10 november
Aanbeveling Antigua en Barbuda als VN-lidstaat.
Resolutie 493 van 23 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 494 van 11 december
Aanbeveling Javier Pérez de Cuéllar als Secretaris-Generaal.
Resolutie 495 van 14 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 496 van 15 december
Veroordeelde de agressie tegen en stuurde een commissie naar de Seychellen.
Resolutie 497 van 17 december
Besliste dat de Israëlische wetten nietig zijn in de Golanhoogten en dat de Vierde Geneefse Conventie er bleef gelden.
Resolutie 498 van 18 december
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 499 van 21 december
Bepaling moment van de verkiezing van een nieuwe rechter voor het Internationaal Gerechtshof.

1982 (500-528)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 500 van 28 januari
Doorverwijzing kwestie tussen Israël en Syrië over de Golanhoogten naar de Algemene Vergadering.
Resolutie 501 van 25 februari
Versterkte de interim VN-macht in Zuid-Libanon met 1000 troepen.
Resolutie 502 van 3 april
Eiste een einde aan de Falklandoorlog en het begin van onderhandelingen.
Resolutie 503 van 9 april
Riep Zuid-Afrika op om drie doodstraffen niet uit te voeren.
Resolutie 504 van 30 april
Vroeg steun voor een vredesmacht van de O.A.E. in Tsjaad.
Resolutie 505 van 26 mei
Riep op tot onderhandelingen tijdens de Falklandoorlog.
Resolutie 506 van 26 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 507 van 26 mei
Veroordeelde de agressie door huurlingen tegen de Seychellen en gaf opdracht tot verder onderzoek.
Resolutie 508 van 5 juni
Riep alle betrokken partijen in Libanon op alle militaire activiteiten stop te zetten.
Resolutie 509 van 6 juni
Eiste de terugtrekking van Israël uit Libanon en het einde van de militaire activiteiten.
Resolutie 510 van 15 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus eens te meer met zes maanden.
Resolutie 511 van 18 juni
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon tijdelijk met twee maanden.
Resolutie 512 van 19 juni
Riep op tot hulpverlening aan en het ontzien van de bevolking in Libanon.
Resolutie 513 van 7 juli
Riep op tot hulpverlening aan de bevolking in Libanon.
Resolutie 514 van 12 juli
Riep Iran en Irak op tot een staakt-het-vuren.
Resolutie 515 van 29 juli
Eiste dat Israël zijn blokkade van Beiroet ophief.
Resolutie 516 van 1 augustus
Besliste VN-waarnemers naar Beiroet te sturen.
Resolutie 517 van 4 augustus
Besliste het aantal VN-waarnemers in Beiroet op te trekken.
Resolutie 518 van 12 augustus
Eiste de opheffing van de beperkingen in Beiroet en dat Israël zou meewerken met de VN-waarnemers.
Resolutie 519 van 17 augustus
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon nogmaals tijdelijk met twee maanden.
Resolutie 520 van 17 september
Veroordeelde de Israëlische invallen in Beiroet en eiste hun terugtrekking.
Resolutie 521 van 19 september
Veroordeelde het bloedbad in Beiroet en breidde het aantal VN-waarnemers in de stad uit.
Resolutie 522 van 4 oktober
Riep Iran en Irak op tot een staakt-het-vuren.
Resolutie 523 van 18 oktober
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon tijdelijk met drie maanden.
Resolutie 524 van 29 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 525 van 7 december
Riep Zuid-Afrika op om drie doodstraffen niet uit te voeren.
Resolutie 526 van 14 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus nogmaals met zes maanden.
Resolutie 527 van 15 december
Veroordeelde de Zuid-Afrikaanse agressie tegen Lesotho en riep op Lesotho te steunen bij het opvangen van Zuid-Afrikaanse vluchtelingen.
Resolutie 528 van 21 december
Opname Arabisch als officiële- en werktaal van de Veiligheidsraad.

1983 (529-545)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 529 van 18 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 530 van 19 mei
Spoorde aan tot het oplossen van het conflict in Centraal-Amerika.
Resolutie 531 van 26 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 532 van 31 mei
Riep op resolutie 435 in verband met Namibië uit te voeren.
Resolutie 533 van 7 juni
Riep Zuid-Afrika op om drie doodstraffen niet uit te voeren.
Resolutie 534 van 15 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus nogmaals met zes maanden.
Resolutie 535 van 29 juni
Vroeg steun voor Lesotho.
Resolutie 536 van 18 juli
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met drie maanden.
Resolutie 537 van 22 september
Aanbeveling Saint Kitts en Nevis als VN-lidstaat.
Resolutie 538 van 18 oktober
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 539 van 28 oktober
Riep op resolutie 435 in verband met Namibië uit te voeren.
Resolutie 540 van 31 oktober
Riep Iran en Irak op alle militaire operaties stop te zetten.
Resolutie 541 van 18 november
Verwierp het plan om een Turks-Cypriotische staat af te scheiden van Cyprus.
Resolutie 542 van 23 november
Vroeg een staakt-het-vuren in de burgeroorlog in Libanon.
Resolutie 543 van 29 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 544 van 15 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus opnieuw met zes maanden.
Resolutie 545 van 20 december
Veroordeelde de Zuid-Afrikaanse bezetting van een deel van Angola.

1984 (546-559)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 546 van 6 januari
Eiste dat Zuid-Afrika zijn bombardementen in Angola staakte en zich terugtrok.
Resolutie 547 van 13 januari
Riep Zuid-Afrika op om een doodstraf niet uit te voeren.
Resolutie 548 van 24 februari
Aanbeveling Brunei Darussalam als VN-lidstaat.
Resolutie 549 van 19 april
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 550 van 11 mei
Veroordeelde de op til zijnde afscheiding van de Turkse Republiek Noord-Cyprus van Cyprus.
Resolutie 551 van 30 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 552 van 1 juni
Veroordeelde de Iraanse aanvallen op olietankers met Iraakse olie.
Resolutie 553 van 15 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus nogmaals met zes maanden.
Resolutie 554 van 17 augustus
Verwierp de nieuwe grondwet en de verkiezingen voor kleurlingen in Zuid-Afrika.
Resolutie 555 van 12 oktober
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 556 van 23 oktober
Eiste de afschaffing van de apartheid in Zuid-Afrika.
Resolutie 557 van 28 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 558 van 13 december
Vroeg aan alle landen om geen wapens in te voeren uit Zuid-Afrika.
Resolutie 559 van 14 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.

1985 (560-580)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 560 van 12 maart
Riep Zuid-Afrika op politiek gevangenen vrij te laten.
Resolutie 561 van 17 april
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 562 van 10 mei
Riep op tot een hervatting van de gesprekken tussen Nicaragua en de Verenigde Staten.
Resolutie 563 van 21 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 564 van 31 mei
Riep de partijen in de Libanese Burgeroorlog op de burgerbevolking te ontzien.
Resolutie 565 van 14 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 566 van 19 juni
Verwierp de interim-regering in Namibië en drong aan op internationale sanctiemaatregelen tegen Zuid-Afrika.
Resolutie 567 van 20 juni
Veroordeelde de agressie van Zuid-Afrika tegen Angola.
Resolutie 568 van 21 juni
Besliste een missie naar Botswana te sturen na een aanval van Zuid-Afrika.
Resolutie 569 van 26 juli
Drong aan op verdere internationale sanctiemaatregelen tegen Zuid-Afrika.
Resolutie 570 van 12 september
Bepaling moment van de verkiezing van een nieuwe rechter voor het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 571 van 20 september
Veroordeelde de Zuid-Afrikaanse agressie tegen Angola en besloot een onderzoekscommissie te sturen.
Resolutie 572 van 30 september
Vroeg steun voor Botswana.
Resolutie 573 van 4 oktober
Veroordeelde een aanval van Israël op Tunesië.
Resolutie 574 van 7 oktober
Veroordeelde opnieuw de agressie van Zuid-Afrika tegen Angola.
Resolutie 575 van 17 oktober
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 576 van 21 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 577 van 6 december
Veroordeelde opnieuw de agressie van Zuid-Afrika tegen Angola.
Resolutie 578 van 12 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 579 van 18 december
Veroordeelde alle daden van gijzeling en ontvoering en riep op tot maatregelen ertegen.
Resolutie 580 van 30 december
Veroordeelde een aanval van Zuid-Afrika op Lesotho.

1986 (581-593)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 581 van 13 februari
Veroordeelde de agressie van Zuid-Afrika tegen de buurlanden en eiste de afschaffing van apartheid.
Resolutie 582 van 24 februari
Riep Iran en Irak op de vijandelijkheden tussen beide te beëindigen.
Resolutie 583 van 18 april
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met drie maanden.
Resolutie 584 van 29 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 585 van 13 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 586 van 18 juli
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 587 van 23 september
Veroordeelde aanvallen op de UNIFIL-macht in Zuid-Libanon en vroeg extra veiligheidsmaatregelen.
Resolutie 588 van 8 oktober
Riep Iran en Irak op om resolutie 582 uit te voeren.
Resolutie 589 van 10 oktober
Aanbeveling tweede termijn voor Javier Pérez de Cuéllar als Secretaris-Generaal.
Resolutie 590 van 26 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 591 van 28 november
Verstrengde het wapenembargo tegen Zuid-Afrika.
Resolutie 592 van 8 december
Riep Israël op de Vierde Geneefse Conventie te respecteren in de bezette gebieden.
Resolutie 593 van 11 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.

1987 (594-606)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 594 van 15 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden en twaalf dagen.
Resolutie 595 van 27 maart
Bepaling moment van de verkiezing van een nieuwe rechter voor het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 596 van 29 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 597 van 12 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 598 van 20 juli
Oproep tot wapenstilstand en onderhandelingen tussen Irak en Iran.
Resolutie 599 van 31 juli
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 600 van 19 oktober
Voorwaarden waaronder Nauru lid kon worden van het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 601 van 30 oktober
Stond de Secretaris-Generaal toe een staakt-het-vuren te regelen tussen Zuid-Afrika en de SWAPO.
Resolutie 602 van 25 november
Veroordeelde de agressie van Zuid-Afrika tegen Angola en eiste de terugtrekking.
Resolutie 603 van 25 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 604 van 14 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 605 van 22 december
Riep Israël nogmaals op de Vierde Geneefse Conventie te respecteren in de bezette gebieden.
Resolutie 606 van 23 december
Veroordeelde de vertraging bij Zuid-Afrika's terugtrekking uit Angola.

1988 (607-626)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 607 van 5 januari
Vroeg Israël geen Palestijnse burgers te deporteren in de bezette gebieden.
Resolutie 608 van 14 januari
Vroeg Israël de deportatie van Palestijnse burgers te stoppen.
Resolutie 609 van 29 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 610 van 16 maart
Riep Zuid-Afrika op om zes doodstraffen niet uit te voeren.
Resolutie 611 van 25 april
Veroordeelde Israël opnieuw voor agressie tegen Tunesië.
Resolutie 612 van 9 mei
Veroordeelde het gebruik van chemische wapens tijdens de oorlog tussen Iran en Irak.
Resolutie 613 van 31 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 614 van 15 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 615 van 17 juni
Riep Zuid-Afrika opnieuw op om zes doodstraffen niet uit te voeren.
Resolutie 616 van 20 juli
Drong aan op respect voor het verdrag inzake burgerluchtvaart na het neerhalen van een Iraans vliegtuig.
Resolutie 617 van 29 juli
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 618 van 29 juli
Veroordeelde de ontvoering van VN-waarnemer William Higgins in Libanon.
Resolutie 619 van 9 augustus
Richtte een waarnemingsgroep op voor de oorlog tussen Iran en Irak.
Resolutie 620 van 26 augustus
Veroordeelde het gebruik van chemische wapens tijdens de oorlog tussen Iran en Irak.
Resolutie 621 van 20 september
Stond de Secretaris-Generaal toe een speciale vertegenwoordiger aan te duiden voor de Westelijke Sahara.
Resolutie 622 van 31 oktober
Bevestigde zijn instemming met maatregelen van de Secretaris-Generaal in verband met de situatie met Afghanistan.
Resolutie 623 van 23 november
Riep Zuid-Afrika op om een doodstraf niet uit te voeren.
Resolutie 624 van 30 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 625 van 15 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 626 van 20 december
Besloot tot de oprichting van de VN-Angola Verificatiemissie.

1989 (627-646)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 627 van 9 januari
Bepaling moment van de verkiezing van een nieuwe rechter voor het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 628 van 16 januari
Riep op om de akkoorden tussen Angola, Cuba en Zuid-Afrika ten uitvoer te brengen.
Resolutie 629 van 16 januari
Besloot dat het onafhankelijkheidsproces van Namibië op 1 april zou beginnen.
Resolutie 630 van 30 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 631 van 8 februari
Verlengde de Waarnemingsgroep in Iran en Irak met 32 dagen.
Resolutie 632 van 16 februari
Besloot dat het originele VN-plan voor Namibië zou worden uitgevoerd.
Resolutie 633 van 30 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 634 van 9 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 635 van 14 juni
Drong aan op een internationaal opsporingssysteem voor springstoffen.
Resolutie 636 van 6 juli
Riep Israël op de deportatie van Palestijnse burgers te stoppen.
Resolutie 637 van 27 juli
Steunde het akkoord dat was bereikt in Centraal-Amerika.
Resolutie 638 van 31 juli
Veroordeelde alle daden van gijzeling en ontvoering en riep op tot maatregelen ertegen.
Resolutie 639 van 31 juli
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 640 van 29 augustus
Eiste dat het VN-plan voor Namibië strikt zou worden nageleefd.
Resolutie 641 van 30 augustus
Riep Israël op de deportatie van Palestijnse burgers te stoppen.
Resolutie 642 van 29 september
Verlengde de Waarnemingsgroep in Iran en Irak met zes maanden.
Resolutie 643 van 31 oktober
Eiste dat het VN-plan voor Namibië strikt zou worden nageleefd.
Resolutie 644 van 7 november
Richtte een VN-Waarnemersgroep op in Centraal-Amerika.
Resolutie 645 van 29 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 646 van 14 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.

1990 (647-683)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 647 van 11 januari
Bevestigde zijn akkoord met maatregelen van de Secretaris-Generaal in verband met de situatie met Afghanistan.
Resolutie 648 van 31 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 649 van 12 maart
Riep de leiders van de twee Cypriotische gemeenschappen op om tot een akkoord te komen.
Resolutie 650 van 27 maart
Breidde het mandaat en het aantal troepen van de VN-Waarnemersgroep in Centraal-Amerika uit.
Resolutie 651 van 29 maart
Verlengde de Waarnemingsgroep in Iran en Irak met zes maanden.
Resolutie 652 van 17 april
Aanbeveling Namibië als VN-lidstaat.
Resolutie 653 van 20 april
Keurde de voorgestelde bijkomende taken van de VN-Waarnemersgroep in Centraal-Amerika goed.
Resolutie 654 van 4 mei
Verlengde de Waarnemingsgroep in Centraal-Amerika met zes maanden.
Resolutie 655 van 31 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 656 van 8 juni
Verlengde de taken van de Waarnemingsgroep in Centraal-Amerika tot 29 juni.
Resolutie 657 van 15 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 658 van 27 juni
Riep op tot samenwerking om de kwestie-Westelijke Sahara op te lossen.
Resolutie 659 van 31 juli
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 660 van 2 augustus
Veroordeling van Iraakse inval in Koeweit en eis tot onmiddellijke terugtrekking.
Resolutie 661 van 6 augustus
Instelling van economische sancties tegen Irak.
Resolutie 662 van 9 augustus
Verklaarde de annexatie van Koeweit door Irak nietig.
Resolutie 663 van 14 augustus
Aanbeveling Liechtenstein als VN-lidstaat.
Resolutie 664 van 18 augustus
Eiste de veiligheid van buitenlanders in Irak en Koeweit.
Resolutie 665 van 25 augustus
Riep de lidstaten wiens zeemacht aanwezig was in Koeweit om alle in- en uitgaande schepen te inspecteren.
Resolutie 666 van 13 september
Liet voedselhulp aan de Iraakse bevolking toe indien daar nood aan zou komen.
Resolutie 667 van 16 september
Veroordeelde de agressie van Irak tegen diplomatieke terreinen en personeel in Koeweit.
Resolutie 668 van 20 september
Riep op om samen te werken aan een vredesakkoord om het conflict in Cambodja op te lossen.
Resolutie 669 van 24 september
Liet het bestuderen van de hulpaanvragen in verband met de situatie in Irak over aan het Comité.
Resolutie 670 van 25 september
Besliste dat er geen vluchten naar Irak of Koeweit mochten plaatsvinden en dat resolutie 661 moest worden nageleefd.
Resolutie 671 van 27 september
Verlengde de Waarnemingsgroep in Iran en Irak met twee maanden.
Resolutie 672 van 12 oktober
Veroordeelde het geweld van de Israëlische veiligheidsdiensten in Jeruzalem.
Resolutie 673 van 24 oktober
Vroeg Israël om de missie van de Secretaris-Generaal alsnog te ontvangen.
Resolutie 674 van 29 oktober
Eiste dat Irak Koeweiti's en buitenlanders beter zou behandelden.
Resolutie 675 van 5 november
Verlengde de Waarnemingsgroep in Centraal-Amerika met zes maanden.
Resolutie 676 van 28 november
Verlengde de Waarnemingsgroep in Iran en Irak met twee maanden.
Resolutie 677 van 28 november
Mandateerde de Secretaris-Generaal om een kopie van het bevolkingsregister van Koeweit in beslag te nemen.
Resolutie 678 van 29 november
Gaf Irak een laatste kans om aan de vorige resoluties te voldoen waarna de lidstaten alle mogelijke middelen mochten inzetten.
Resolutie 679 van 30 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 680 van 14 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 681 van 20 december
Drong er bij Israël op aan de Vierde Geneefse Conventie te respecteren in de bezette gebieden.
Resolutie 682 van 21 december
Besloot te zoeken naar een alternatieve financiering voor de VN-vredesmacht in Cyprus.
Resolutie 683 van 22 december
Bepaalde dat het beheersmandaat van de Verenigde Staten over de Pacifische eilanden onder VN-trustschap ten einde was nu er een akkoord was over hun nieuwe status.

1991 (684-725)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 684 van 30 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 685 van 31 januari
Verlengde de Waarnemingsgroep in Iran en Irak met één maand.
Resolutie 686 van 2 maart
Legde Irak eisen op teneinde de vijandelijkheden te beëindigen.
Resolutie 687 van 3 april
Voorwaarden gesteld aan Irak na de Golfoorlog.
Resolutie 688 van 5 april
Eiste dat Irak de repressie in het land stopte en vroeg hulp voor de vluchtelingen van die repressie.
Resolutie 689 van 9 april
Keurde de modaliteiten voor de VN-Irak-Koeweit Waarnemingsmissie in het rapport van de Secretaris-Generaal goed.
Resolutie 690 van 29 april
Richtte een VN-Missie voor de Volksraadpleging in de Westelijke Sahara op.
Resolutie 691 van 6 mei
Verlengde de Waarnemingsgroep in Centraal-Amerika met zes maanden.
Resolutie 692 van 20 mei
Richtte het Compensatiefonds voor Koeweit en de Commissie voor het beheer ervan op.
Resolutie 693 van 20 mei
Riep de partijen in El Salvador op om de vredesonderhandelingen voort te zetten en richtte een waarnemingsmissie op.
Resolutie 694 van 24 mei
Herhaalde dat Israël geen Palestijnse burgers mocht deporteren uit de bezette gebieden.
Resolutie 695 van 30 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 696 van 30 mei
Besloot tot de oprichting van de VN-Angola Verificatiemissie II.
Resolutie 697 van 14 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 698 van 14 juni
Besloot dat verdere studie van het financieringsprobleem van de VN-macht in Cyprus nodig was.
Resolutie 699 van 17 juni
Liet het IAEA toe controles op kernwapens te doen in Irak.
Resolutie 700 van 17 juni
Keurde de richtlijnen voor het wapenembargo tegen Irak goed.
Resolutie 701 van 31 juli
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 702 van 8 augustus
Aanbevelingen Noord- en Zuid-Korea als VN-lidstaat.
Resolutie 703 van 9 augustus
Aanbeveling Micronesia als VN-lidstaat.
Resolutie 704 van 9 augustus
Aanbeveling Marshalleilanden als VN-lidstaat.
Resolutie 705 van 15 augustus
Bepaalde de bijdrage die Irak moest betalen aan het Compensatiefonds.
Resolutie 706 van 15 augustus
Verkoop van Iraakse olie voor humanitaire noden.
Resolutie 707 van 15 augustus
Terorderoeping van Irak om zijn verplichtingen na het verlies van de Golfoorlog na te leven.
Resolutie 708 van 28 augustus
Vastlegging datum voor de verkiezing van een nieuwe rechter voor het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 709 van 12 september
Aanbeveling Estland als VN-lidstaat.
Resolutie 710 van 12 september
Aanbeveling Letland als VN-lidstaat.
Resolutie 711 van 12 september
Aanbeveling Litouwen als VN-lidstaat.
Resolutie 712 van 19 september
Bevestiging van resolutie 706.
Resolutie 713 van 25 september
Legde een wapenembargo op tegen Joegoslavië.
Resolutie 714 van 30 september
Was tevreden over het bereikte akkoord en riep op tot verdere onderhandeling voor vrede in El Salvador.
Resolutie 715 van 11 oktober
Keurde de plannen van de Secretaris-Generaal inzake wapeninspecties in Irak goed.
Resolutie 716 van 11 oktober
Bevestigde het standpunt over Cyprus en vroeg nog dat jaar een hoge internationale bijeenkomst te houden over de kwestie.
Resolutie 717 van 16 oktober
Besloot tot de oprichting van een VN-Vooruitgangsmissie in Cambodja.
Resolutie 718 van 31 oktober
Steunde de in Parijs gesloten akkoorden over Cambodja.
Resolutie 719 van 6 november
Verlengde de Waarnemingsgroep in Centraal-Amerika met vijf maanden en 23 dagen.
Resolutie 720 van 21 november
Aanbeveling Boutros Boutros-Ghali als Secretaris-Generaal.
Resolutie 721 van 27 november
Drong erop aan dat alle partijen in Joegoslavië het akkoord van Genève na zouden leven.
Resolutie 722 van 29 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 723 van 12 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 724 van 15 december
Richtte een comité op om toe te zien op het wapenembargo tegen Joegoslavië.
Resolutie 725 van 31 december
Riep op om te werken aan de uitvoering van het plan dat was overeengekomen voor de Westelijke Sahara.

1992 (726-799)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 726 van 6 januari
Veroordeelde twaalf nieuwe deportaties van Palestijnen door Israël.
Resolutie 727 van 8 januari
Stuurde een missie van militaire afgevaardigden naar Joegoslavië voor het staakt-het-vuren.
Resolutie 728 van 8 januari
Riep de partijen in Cambodja op te blijven samenwerken met de VN-missie en het staakt-het-vuren te respecteren.
Resolutie 729 van 14 januari
Breidde uit en verlengde het mandaat van de VN-Waarnemingsmissie in El Salvador.
Resolutie 730 van 16 januari
Beëindigde de Waarnemingsgroep in Centraal-Amerika.
Resolutie 731 van 21 januari
Veroordeelde de aanslagen op twee vliegtuigen en drong aan op Libische medewerking aan het onderzoek.
Resolutie 732 van 23 januari
Aanbeveling Kazachstan als VN-lidstaat.
Resolutie 733 van 23 januari
Stelde een wapenembargo in tegen Somalië en riep op tot humanitaire hulp aan dat land.
Resolutie 734 van 29 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden en stemde in met het effectiever maken van die Macht.
Resolutie 735 van 29 januari
Aanbeveling Armenië als VN-lidstaat.
Resolutie 736 van 29 januari
Aanbeveling Kirgizië als VN-lidstaat.
Resolutie 737 van 29 januari
Aanbeveling Oezbekistan als VN-lidstaat.
Resolutie 738 van 29 januari
Aanbeveling Tadzjikistan als VN-lidstaat.
Resolutie 739 van 5 februari
Aanbeveling Moldavië als VN-lidstaat.
Resolutie 740 van 7 februari
Riep op tot aanvaarding van het VN-vredesplan voor Joegoslavië.
Resolutie 741 van 7 februari
Aanbeveling Turkmenistan als VN-lidstaat.
Resolutie 742 van 14 februari
Aanbeveling Azerbeidzjan als VN-lidstaat.
Resolutie 743 van 21 februari
Besloot tot de oprichting van de VN-Beschermingsmacht in Joegoslavië.
Resolutie 744 van 25 februari
Aanbeveling San Marino als VN-lidstaat.
Resolutie 745 van 28 februari
Richtte de VN-Overgangsautoriteit in Cambodja op en riep op tot samenwerking ermee.
Resolutie 746 van 17 maart
Riep op om humanitaire hulp mogelijk te maken in Somalië.
Resolutie 747 van 24 maart
Breidde het mandaat van de VN-Angola Verificatiemissie II uit met het toezicht op de aankomende verkiezingen.
Resolutie 748 van 31 maart
Legde Libië en luchtvaart- en wapenembargo op.
Resolutie 749 van 7 april
Autoriseerde de oprichting van de VN-Beschermingsmacht UNPROFOR in Joegoslavië.
Resolutie 750 van 10 april
Riep op de ideeën voor een raamakkoord voor de kwestie-Cyprus te voltooien.
Resolutie 751 van 24 april
Richtte een VN-operatie op voor Somalië en een Comité om toe te zien op het wapenembargo tegen dat land.
Resolutie 752 van 15 mei
Eiste dat alle buitenlandse- en irreguliere strijdkrachten in Bosnië en Herzegovina zich zouden terugtrekken of worden opgeheven.
Resolutie 753 van 18 mei
Aanbeveling Kroatië als VN-lidstaat.
Resolutie 754 van 18 mei
Aanbeveling Slovenië als VN-lidstaat.
Resolutie 755 van 20 mei
Aanbeveling Bosnië en Herzegovina als VN-lidstaat.
Resolutie 756 van 29 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 757 van 30 mei
Legde een handelsembargo op tegen Joegoslavië.
Resolutie 758 van 8 juni
Riep op het staakt-het-vuren in Bosnië en Herzegovina te respecteren en de verdeling van hulpgoederen mogelijk te maken.
Resolutie 759 van 12 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 760 van 18 juni
Sloot hulpgoederen uit van het handelsembargo tegen Joegoslavië.
Resolutie 761 van 29 juni
Stond het sturen van bijkomende manschappen toe om vanuit de luchthaven van Sarajevo hulpgoederen te verdelen.
Resolutie 762 van 30 juni
Riep de partijen in Joegoslavië op zich aan het VN-plan te houden en versterkte de VN-Beschermingsmacht.
Resolutie 763 van 6 juli
Aanbeveling Georgië als VN-lidstaat.
Resolutie 764 van 13 juli
Riep op tot samenwerking met de VN-Beschermingsmacht en hulporganisaties in Bosnië en Herzegovina om hulpgoederen te kunnen verdelen.
Resolutie 765 van 16 juli
Riep op het geweld in Zuid-Afrika te stoppen en de onderhandelingen te hervatten.
Resolutie 766 van 21 juli
Eiste dat een weigerende partij de inzet van de VN-Overgangsautoriteit en de uitvoer van fase II van het VN-plan alsnog zou toestaan.
Resolutie 767 van 27 juli
Riep op om dringend noodhulp te voorzien voor de bevolking van Somalië.
Resolutie 768 van 30 juli
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 769 van 7 augustus
Breidde het mandaat van de UNPROFOR-macht in ex-Joegoslavië uit en versterkte het.
Resolutie 770 van 13 augustus
Eiste dat de verdeling van hulpgoederen in Bosnië en Herzegovina werd mogelijk gemaakt en dat gedetineerden er humaan werden behandeld.
Resolutie 771 van 13 augustus
Eiste dat de vechtende partijen in Joegoslavië zich aan de internationale wetten zouden houden.
Resolutie 772 van 17 augustus
Autoriseerde het sturen van VN-waarnemers naar Zuid-Afrika.
Resolutie 773 van 26 augustus
Was tevreden over de Commissie die de grens tussen Irak en Koeweit moest afbakenen en vroeg dat werk snel te voltooien.
Resolutie 774 van 26 augustus
Verwachtte nog in 1992 een raamakkoord om de kwestie-Cyprus op te lossen.
Resolutie 775 van 28 augustus
Was tevreden over de humanitaire inspanningen in Somalië en vroeg dat het geweld er zou stoppen.
Resolutie 776 van 14 september
Autoriseerde de uitbreiding van het mandaat van UNPROFOR in Bosnië en Herzegovina.
Resolutie 777 van 19 september
Besloot dat Servië en Montenegro het VN-lidmaatschap van ex-Joegoslavië niet automatisch konden overnemen.
Resolutie 778 van 2 oktober
Besloot dat alle gelden uit de Iraakse olie-uitvoer moesten worden overgemaakt aan de VN.
Resolutie 779 van 6 oktober
Autoriseerde UNPROFOR om toe te zien op een overeenkomst tussen Kroatië en Servië en Montenegro.
Resolutie 780 van 6 oktober
Vroeg een Commissie van Experts om schendingen van de Geneefse Conventies is ex-Joegoslavië te onderzoeken.
Resolutie 781 van 9 oktober
Stelde een ban in op militaire vluchten boven Bosnië en Herzegovina.
Resolutie 782 van 13 oktober
Stemde in met het sturen van waarnemers naar Mozambique.
Resolutie 783 van 13 oktober
Eiste dat een weigerende partij de inzet van de VN-Overgangsautoriteit en de uitvoer van fase II van het VN-plan alsnog zou toestaan.
Resolutie 784 van 30 oktober
Stemde in met een tijdelijke uitbreiding van het mandaat van ONUSAL in El Salvador.
Resolutie 785 van 30 oktober
Verlengde de UNAVEM II-missie in Angola tot 30 november.
Resolutie 786 van 10 november
Stemde in met een versterking van de UNPROFOR-missie in Bosnië en Herzegovina.
Resolutie 787 van 16 november
Verbood doorvoer via Servië en Montenegro.
Resolutie 788 van 19 november
Stelde een wapenembargo in tegen Liberia.
Resolutie 789 van 25 november
Drong erop aan dat alle betrokkenen in Cyprus bijdroegen aan een vertrouwelijke sfeer om tot een akkoord te komen.
Resolutie 790 van 25 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 791 van 30 november
Verlengde de waarnemingsmissie in El Salvador met zes maanden.
Resolutie 792 van 30 november
Veroordeelde de Cambodjaanse PDK voor het niet naleven van haar verplichtingen uit de vredesakkoorden.
Resolutie 793 van 30 november
Verlengde de vredesmissie in Angola met twee maanden.
Resolutie 794 van 3 december
Gaf toestemming voor een militaire interventie in Somalië.
Resolutie 795 van 11 december
Autoriseerde de uitbreiding van UNPROFOR naar Macedonië.
Resolutie 796 van 14 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 797 van 16 december
Besloot tot de oprichting van de VN-operatie in Mozambique.
Resolutie 798 van 18 december
Steunde een Europees onderzoek naar massale opsluitingen en verkrachtingen in Bosnië en Herzegovina.
Resolutie 799 van 18 december
Veroordeelde honderden deportaties van Palestijnen door Israël.

1993 (800-892)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 800 van 8 januari
Aanbeveling Slowakije als VN-lidstaat.
Resolutie 801 van 8 januari
Aanbeveling Tsjechië als VN-lidstaat.
Resolutie 802 van 25 januari
Veroordeelde en eiste een einde van de aanvallen op UNPROFOR door Kroatische troepen.
Resolutie 803 van 28 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 804 van 29 januari
Verlengde de vredesmissie in Angola met drie maanden.
Resolutie 805 van 4 februari
Vastlegging datum voor de verkiezing van een nieuwe rechter voor het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 806 van 5 februari
Breidde de taken van de VN-Waarnemingsmissie in Irak en Koeweit uit.
Resolutie 807 van 19 februari
Verlengde en versterkte de VN-vredesmissie in Kroatië.
Resolutie 808 van 22 februari
Richtte het Joegoslaviëtribunaal op.
Resolutie 809 van 2 maart
Vroeg de Secretaris-Generaal meer te doen om de onenigheid tussen de partijen in de Westelijke Sahara op te lossen.
Resolutie 810 van 8 maart
Eiste een einde aan het geweld en vreedzame verkiezingen in Cambodja.
Resolutie 811 van 12 maart
Eiste een staakt-het-vuren en de hervatting van de dialoog in Angola.
Resolutie 812 van 12 maart
Riep op tot een staakt-het-vuren en verdere onderhandelingen in Rwanda.
Resolutie 813 van 26 maart
Riep op het vredesakkoord in Liberia uit te voeren.
Resolutie 814 van 26 maart
Breidde de vredesmacht in Somalië uit en verlengde ze.
Resolutie 815 van 30 maart
Verlengde de VN-vredesmissie in Kroatië.
Resolutie 816 van 31 maart
Autoriseerde het militair afdwingen van het vliegverbod boven Bosnië en Herzegovina.
Resolutie 817 van 7 april
Aanbeveling Macedonië als VN-lidstaat.
Resolutie 818 van 14 april
Riep de partijen in Mozambique op zich aan het vredesakkoord te houden.
Resolutie 819 van 16 april
Eiste dat Srebrenica werd gerespecteerd als veilig gebied.
Resolutie 820 van 18 april
Verstrengde het handelsembargo tegen Servië en Montenegro.
Resolutie 821 van 28 april
Bevestigde dat Servië en Montenegro het VN-lidmaatschap van ex-Joegoslavië niet automatisch konden overnemen.
Resolutie 822 van 30 april
Riep op tot een staakt-het-vuren en onderhandelingen tussen Armenië en Azerbeidzjan.
Resolutie 823 van 30 april
Verlengde de vredesmissie in Angola tot 31 mei.
Resolutie 824 van 6 mei
Breidde het aantal veilige gebieden in Bosnië en Herzegovina uit.
Resolutie 825 van 11 mei
Vroeg Noord-Korea om partij van het Non-proliferatieverdrag over Kernwapens te blijven.
Resolutie 826 van 20 mei
Was tevreden over de aankomende verkiezingen in Cambodja en herinnerde de partijen aan hun verplichting om de uitslag ervan na te leven.
Resolutie 827 van 25 mei
Bevestigde de oprichting van het Joegoslaviëtribunaal.
Resolutie 828 van 26 mei
Aanbeveling Eritrea als VN-lidstaat.
Resolutie 829 van 26 mei
Aanbeveling Monaco als VN-lidstaat.
Resolutie 830 van 26 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 831 van 27 mei
Gaf de intentie om de vredesmacht in Cyprus grondig te herzien aan.
Resolutie 832 van 27 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in El Salvador en verbrede diens mandaat.
Resolutie 833 van 27 mei
Eiste dat Irak en Koeweit de afgebakende grens tussen beide landen respecteerden.
Resolutie 834 van 1 juni
Verlengde de vredesmissie in Angola met 45 dagen en vroeg de gesprekken te hervatten.
Resolutie 835 van 2 juni
Riep op de uitslag van de verkiezingen in Cambodja te respecteren en vreedzaam een democratische regering te vormen.
Resolutie 836 van 4 juni
Verbrede het mandaat van de vredesmacht in Bosnië en Herzegovina.
Resolutie 837 van 6 juni
Veroordeelde aanvallen op de vredesmacht in Somalië en vroeg de versterking van die macht.
Resolutie 838 van 10 juni
Vroeg een verder rapport naar het toezicht op de grenzen van Bosnië en Herzegovina.
Resolutie 839 van 11 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 840 van 15 juni
Riep op de uitslag van de verkiezingen in Cambodja te respecteren en zo snel mogelijk een regering te vormen.
Resolutie 841 van 16 juni
Stelde een handelsembargo in tegen Haïti.
Resolutie 842 van 18 juni
Breidde de vredesmacht in Bosnië en Herzegovina op aanbod van de Verenigde Staten.
Resolutie 843 van 18 juni
Vroeg dat het Comité dat verzoeken om bijstand uit ex-Joegoslavië moest onderzoeken aanbevelingen maakte bij elk verzoek.
Resolutie 844 van 18 juni
Autoriseerde de versterking van de vredesmacht in Bosnië en Herzegovina.
Resolutie 845 van 18 juni
Vroeg het geschil over de naam "Macedonië" met Griekenland spoedig op te lossen.
Resolutie 846 van 22 juni
Richtte de waarnemingsmissie in Rwanda en Oeganda op.
Resolutie 847 van 30 juni
Verlengde de vredesmacht in ex-Joegoslavië tot 30 september.
Resolutie 848 van 8 juli
Aanbeveling Andorra als VN-lidstaat.
Resolutie 849 van 9 juli
Riep op tot een staakt-het-vuren in Abchazië.
Resolutie 850 van 9 juli
Riep op de troepen te demobiliseren en een nieuw Mozambikaans eenheidsleger te vormen.
Resolutie 851 van 15 juli
Verlengde de vredesmissie in Angola met twee maanden.
Resolutie 852 van 28 juli
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 853 van 29 juli
Eiste het einde van de vijandelijkheden tussen Armenië en Azerbeidzjan.
Resolutie 854 van 6 augustus
Stond het sturen van 10 militaire waarnemers naar Abchazië toe.
Resolutie 855 van 9 augustus
Riep Servië en Montenegro op de missies van de OVSE alsnog te laten verder werken.
Resolutie 856 van 10 augustus
Stuurde een voorhoede van 30 VN-waarnemers naar Liberia.
Resolutie 857 van 20 augustus
Legde de lijst met kandidaten voor rechter van het Joegoslaviëtribunaal vast.
Resolutie 858 van 24 augustus
Richtte de waarnemingsmissie in Georgië op.
Resolutie 859 van 24 augustus
Riep op tot een staakt-het-vuren en respect voor het humanitaire recht in Bosnië en Herzegovina.
Resolutie 860 van 27 augustus
Bevestigde de nakende terugtrekking van de VN-Overgangsautoriteit in Cambodja.
Resolutie 861 van 27 augustus
Schorste het handelsembargo tegen Haïti.
Resolutie 862 van 31 augustus
Stemde in met het sturen van een voorhoede van een eventuele VN-missie in Haïti.
Resolutie 863 van 13 september
Vroeg de vooruitgang in het vredesproces in Mozambique door te zetten.
Resolutie 864 van 15 september
Verlengde de vredesmissie in Angola met drie maanden en legde een wapenembargo op tegen UNITA.
Resolutie 865 van 22 september
Vroeg dat de politie en het gerecht in Somalië dringend in ere werden hersteld.
Resolutie 866 van 22 september
Richtte de waarnemingsmissie in Liberia op.
Resolutie 867 van 23 september
Richtte de vredesmissie UNMIH in Haïti op.
Resolutie 868 van 29 september
Bepaalde de voorwaarden voor VN-operaties inzake veiligheid.
Resolutie 869 van 30 september
Verlengde de vredesmacht in Bosnië en Herzegovina en Kroatië tot 1 oktober.
Resolutie 870 van 1 oktober
Verlengde de vredesmacht in ex-Joegoslavië tot 5 oktober.
Resolutie 871 van 4 oktober
Verlengde de vredesmacht in ex-Joegoslavië tot 31 maart 1994.
Resolutie 872 van 5 oktober
Richtte de vredesmissie UNAMIR in Rwanda op.
Resolutie 873 van 13 oktober
Hief de schorsing van het handelsembargo tegen Haïti op.
Resolutie 874 van 14 oktober
Riep op stappen te zetten naar een onderhandelde oplossing voor het conflict tussen Armenië en Azerbeidzjan.
Resolutie 875 van 16 oktober
Vroeg de lidstaten maatregelen te nemen om het handelsembargo tegen Haïti te doen naleven.
Resolutie 876 van 19 oktober
Vroeg toegang voor humanitaire hulp tot Abchazië.
Resolutie 877 van 21 oktober
Benoemde de openbaar aanklager voor het Joegoslaviëtribunaal.
Resolutie 878 van 29 oktober
Verlengde de vredesmacht in Somalië tot 18 november.
Resolutie 879 van 29 oktober
Verlengde de vredesmissie in Mozambique tot 5 november.
Resolutie 880 van 4 november
Was tevreden over de afloop van het vredesproces in Cambodja en verlengde de terugtrekkingsperiode van de VN-Overgangsautoriteit.
Resolutie 881 van 4 november
Stemde in met de verdere aanwezigheid van de waarnemingsmissie in Georgië tot 31 januari 1994.
Resolutie 882 van 5 november
Verlengde de vredesmissie in Mozambique met 6 maanden.
Resolutie 883 van 11 november
Legde een olie- en gasboycot op tegen Libië.
Resolutie 884 van 12 november
Vroeg het geweld tussen Armenië en Azerbeidzjan te stoppen, terug te keren naar het staakt-het-vuren en de onderhandelingen te hervatten.
Resolutie 885 van 16 november
Autoriseerde de oprichting van een onderzoekscommissie naar aanvallen op de vredesmissie in Somalië.
Resolutie 886 van 18 november
Verlengde de vredesmissie in Somalië tot 31 mei 1994.
Resolutie 887 van 29 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 888 van 30 november
Verlengde de waarnemingsmissie in El Salvador tot 31 mei 1994.
Resolutie 889 van 15 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met zes maanden.
Resolutie 890 van 15 december
Verlengde de vredesmissie in Angola tot 16 maart 1994.
Resolutie 891 van 20 december
Verlengde de waarnemingsmissie in Rwanda met 6 maanden.
Resolutie 892 van 22 december
Autoriseerde het sturen van 50 bijkomende waarnemers naar Georgië.

1994 (893-969)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 893 van 6 januari
Bevestigde de inzet van een tweede bataljon van de waarnemingsmissie in Rwanda.
Resolutie 894 van 14 januari
Stemde in met wijzigingen aan de waarnemingsmissie in Zuid-Afrika.
Resolutie 895 van 28 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 896 van 31 januari
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 7 maart.
Resolutie 897 van 4 februari
Wijzigde het mandaat en autoriseerde een versterking van de vredesmissie in Somalië.
Resolutie 898 van 23 februari
Autoriseerde een politiecomponent binnen en de terugtrekking van een deel van de militairen van de vredesmacht in Mozambique.
Resolutie 899 van 4 maart
Besloot dat compensaties mochten worden betaald aan Iraakse burgers wiens eigendommen in Koeweit kwamen te liggen na de grensafbakening.
Resolutie 900 van 4 maart
Vroeg het normale leven te herstellen in en rond Sarajevo.
Resolutie 901 van 4 maart
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 31 maart.
Resolutie 902 van 11 maart
Vroeg dat er snel een akkoord kwam over vertrouwensmaatregelen in Cyprus.
Resolutie 903 van 16 maart
Verlengde de vredesmissie in Angola tot 31 mei.
Resolutie 904 van 18 maart
Veroordeelde de slachtpartij in een moskee in Hebron.
Resolutie 905 van 23 maart
Verlengde de vredesmissie in Haïti tot 30 juni.
Resolutie 906 van 25 maart
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 30 juni.
Resolutie 907 van 29 maart
Vroeg eind juni te beginnen met de registratie van kiezers voor de volksraadpleging in de Westelijke Sahara.
Resolutie 908 van 31 maart
Verlengde de vredesmacht in Bosnië en Herzegovina en Kroatië tot 30 september.
Resolutie 909 van 5 april
Verlengde de waarnemingsmacht in Rwanda tot 29 juli.
Resolutie 910 van 14 april
Stond een uitzondering op het vliegverbod naar Libië toe voor een verkenningsteam.
Resolutie 911 van 21 april
Verlengde de waarnemingsmissie in Liberia tot 22 oktober.
Resolutie 912 van 21 april
Wijzigde het mandaat van de vredesmacht in Rwanda.
Resolutie 913 van 22 april
Eiste een staakt-het-vuren in de stad Goražde in Bosnië en Herzegovina.
Resolutie 914 van 27 april
Autoriseerde de versterking van UNPROFOR in Bosnië en Herzegovina en Kroatië.
Resolutie 915 van 4 mei
Richtte de waarnemingsmissie in de Aouzoustrook op.
Resolutie 916 van 5 mei
Verlengde de vredesmissie in Mozambique tot 15 november.
Resolutie 917 van 6 mei
Breidde het handelsembargo tegen Haïti uit.
Resolutie 918 van 17 mei
Breidde het mandaat en de sterkte van de vredesmacht in Rwanda uit en legde een wapenembargo op.
Resolutie 919 van 25 mei
Hief alle sancties tegen Zuid-Afrika op.
Resolutie 920 van 26 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in El Salvador tot 30 november.
Resolutie 921 van 26 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 922 van 31 mei
Verlengde de vredesmissie in Angola tot 30 juni.
Resolutie 923 van 31 mei
Verlengde de vredesmissie in Somalië tot 30 september.
Resolutie 924 van 1 juni
Vroeg een staakt-het-vuren in Jemen en stuurde een onderzoeksmissie.
Resolutie 925 van 8 juni
Verlengde de vredesmacht in Rwanda tot 9 december.
Resolutie 926 van 13 juni
Doekte de waarnemingsmissie in de Aouzoustrook op.
Resolutie 927 van 15 juni
Verlengde de vredesmacht in Cyprus tot 31 december.
Resolutie 928 van 20 juni
Verlengde de waarnemingsmissie in Rwanda en Oeganda tot 21 september.
Resolutie 929 van 22 juni
Stond een multinationale humanitaire operatie van 2 maanden in Rwanda toe.
Resolutie 930 van 27 juni
Beëindigde de waarnemingsmissie in Zuid-Afrika.
Resolutie 931 van 29 juni
Vroeg een staakt-het-vuren en een hervatting van de dialoog in Jemen.
Resolutie 932 van 30 juni
Verlengde de vredesmissie in Angola tot 30 september.
Resolutie 933 van 30 juni
Verlengde de vredesmissie in Haïti tot 31 juli.
Resolutie 934 van 30 juni
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 21 juli.
Resolutie 935 van 1 juli
Richtte een commissie op om de mogelijke genocide in Rwanda te onderzoeken.
Resolutie 936 van 8 juli
Stelde de openbaar aanklager van het Joegoslaviëtribunaal aan.
Resolutie 937 van 21 juli
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 13 januari 1995 en omschreef diens mandaat.
Resolutie 938 van 28 juli
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 939 van 29 juli
Vroeg dat de vertrouwensmaatregelen die in Cyprus waren overeengekomen uitgevoerd werden.
Resolutie 940 van 31 juli
Verlengde de vredesmissie in Haïti met 6 maanden en stemde in met een multinationale interventie.
Resolutie 941 van 23 september
Eiste dat de etnische zuiveringen in Bosnië en Herzegovina stopten en dat de VN toegang kregen tot de Bosnisch-Servische gebieden.
Resolutie 942 van 23 september
Legde de Serviërs in Bosnië en Herzegovina bijkomende economische sancties op.
Resolutie 943 van 23 september
Verlichtte de sancties tegen Servië en Montenegro als die de grens met Bosnië en Herzegovina sloot.
Resolutie 944 van 29 september
Hief de sancties tegen Haïti op.
Resolutie 945 van 29 september
Verlengde de vredesmissie in Angola tot 31 oktober.
Resolutie 946 van 30 september
Verlengde de vredesmissie in Somalië met 1 maand.
Resolutie 947 van 30 september
Verlengde de beschermingsmacht in ex-Joegoslavië tot 31 maart 1995.
Resolutie 948 van 15 oktober
Was tevreden over het herstel van de democratie in Haïti.
Resolutie 949 van 15 oktober
Eiste dat Irak de troepen die het naar de grens met Koeweit stuurde terugtrok.
Resolutie 950 van 21 oktober
Verlengde de waarnemingsmissie in Liberia tot 13 januari 1995.
Resolutie 951 van 21 oktober
Vastlegging datum voor de verkiezing van een nieuwe rechter voor het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 952 van 27 oktober
Verlengde de vredesmissie in Angola tot 8 december.
Resolutie 953 van 31 oktober
Verlengde de vredesmissie in Somalië tot 4 november.
Resolutie 954 van 4 november
Verlengde de vredesmissie in Somalië tot 31 maart 1995.
Resolutie 955 van 8 november
Richtte het Rwandatribunaal op.
Resolutie 956 van 10 november
Beëindigde de status van Palau als mandaatgebied.
Resolutie 957 van 15 november
Verlengde de vredesmissie in Mozambique tot de nieuwe regering in dat land geïnstalleerd was.
Resolutie 958 van 19 november
Stond toe dat de lidstaten hun luchtmacht inzetten om de VN-Beschermde Gebieden in Kroatië te beveiligen.
Resolutie 959 van 19 november
Vroeg dat de VN-Beschermde Gebieden in Bosnië en Herzegovina en Kroatië beter beschermd werden.
Resolutie 960 van 21 november
Steunde de verkiezingsuitslag in Mozambique.
Resolutie 961 van 23 november
Verlengde de waarnemingsmissie in El Salvador tot 30 april 1995.
Resolutie 962 van 29 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 963 van 29 november
Aanbeveling Palau als VN-lidstaat.
Resolutie 964 van 29 november
Autoriseerde een versterking van de voorhoede van de vredesmissie in Haïti tot 500 man.
Resolutie 965 van 30 november
Verlengde de vredesmacht in Rwanda tot 9 juni 1995 en breidde het mandaat uit.
Resolutie 966 van 8 december
Verlengde de vredesmissie in Angola tot 8 februari 1995.
Resolutie 967 van 14 december
Stond 30 dagen lang toe dat tegenmiddel voor difterie werd uitgevoerd uit Servië en Montenegro.
Resolutie 968 van 16 december
Richtte de waarnemingsmissie in Tadzjikistan op.
Resolutie 969 van 21 december
Verlengde de vredesmacht in Cyprus tot 30 juni 1995.

1995 (970-1035)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 970 van 12 januari
Schortte de sancties tegen Servië en Montenegro 100 dagen op.
Resolutie 971 van 12 januari
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 15 mei.
Resolutie 972 van 13 januari
Verlengde de waarnemingsmissie in Liberia tot 13 april.
Resolutie 973 van 13 januari
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 31 mei.
Resolutie 974 van 30 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 975 van 30 januari
Verlengde de vredesmissie in Haïti met 6 maanden.
Resolutie 976 van 8 februari
Richtte de UNAVEM III-vredesmacht in Angola op.
Resolutie 977 van 22 februari
Besloot dat de zetel van het Rwandatribunaal in Arusha kwam.
Resolutie 978 van 27 februari
Vroeg alle landen de aanhouding van de plegers van de Rwandese genocide.
Resolutie 979 van 9 maart
Vastlegging datum voor de verkiezing van een nieuwe rechter voor het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 980 van 22 maart
Vastlegging datum voor de verkiezing van een nieuwe rechter voor het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 981 van 31 maart
Richtte de VN-Vertrouwenshersteloperatie in Kroatië op.
Resolutie 982 van 31 maart
Verlengde de beschermingsmacht in ex-Joegoslavië tot 30 november.
Resolutie 983 van 31 maart
Richtte de VN-Voorkomende Ontplooiingsmacht in Macedonië op.
Resolutie 984 van 11 april
De Veiligheidsraad moet onmiddellijk ingrijpen als een niet-kernland met kernwapens wordt aangevallen.
Resolutie 985 van 13 april
Verlengde de waarnemingsmissie in Liberia tot 30 juni.
Resolutie 986 van 14 april
Oprichting Olie-voor-voedselprogramma voor de humanitaire noden van de Iraakse bevolking.
Resolutie 987 van 19 april
Eiste dat het geweld in Bosnië en Herzegovina stopte en de onderhandelingen werden hervat.
Resolutie 988 van 21 april
Schortte de sancties tegen Servië en Montenegro op tot 5 juli.
Resolutie 989 van 24 april
Legde de lijst met kandidaten voor rechter van het Rwandatribunaal vast.
Resolutie 990 van 28 april
Autoriseerde de inzet van de vredesmacht in Kroatië.
Resolutie 991 van 28 april
Bevestigde de beëindiging van de waarnemingsmissie in El Salvador.
Resolutie 992 van 11 mei
Stond tijdelijk toe dat schepen uit Servië en Montenegro de sluizen aan de Roemeense oever van de Donau gebruikten terwijl die aan de andere oever hersteld werden.
Resolutie 993 van 12 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 12 januari 1996.
Resolutie 994 van 17 mei
Eiste dat Kroatië zich terugtrok.
Resolutie 995 van 26 mei
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 30 juni.
Resolutie 996 van 26 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 997 van 9 juni
Verlengde de vredesmacht in Rwanda, verminderde het aantal troepen en breidde het mandaat uit.
Resolutie 998 van 16 juni
Versterkte de vredesmacht in Bosnië en Herzegovina met 12.500 manschappen.
Resolutie 999 van 16 juni
Verlengde de waarnemingsmissie in Tadzjikistan tot 15 december.
Resolutie 1000 van 23 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus tot 31 december 1995.
Resolutie 1001 van 30 juni
Verlengde de waarnemingsmissie in Liberia tot 15 september.
Resolutie 1002 van 30 juni
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 30 september.
Resolutie 1003 van 5 juli
Schortte de sancties tegen Servië en Montenegro op tot 18 september.
Resolutie 1004 van 12 juli
Eiste dat het offensief tegen Srebrenica gestaakt werd.
Resolutie 1005 van 17 juli
Stond toe dat Rwanda springstof invoerde voor ontmijningsoperaties.
Resolutie 1006 van 28 juli
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 1007 van 31 juli
Verlengde de vredesmissie in Haïti met 7 maanden.
Resolutie 1008 van 7 augustus
Verlengde de vredesmissie in Angola tot 8 februari 1996.
Resolutie 1009 van 10 augustus
Eiste dat Kroatië zijn militaire offensief staakte.
Resolutie 1010 van 10 augustus
Eiste dat de Bosnische Serviërs de rechten van ontheemden en gevangenen in hun gebied in Bosnië en Herzegovina respecteerden.
Resolutie 1011 van 16 augustus
Hief de wapenbeperkingen tegen de Rwandese overheid op tot 1 september 1996.
Resolutie 1012 van 25 augustus
Richtte een onderzoekscommissie op naar de genocide in Burundi.
Resolutie 1013 van 7 september
Richtte een onderzoekscommissie op naar illegale wapentrafiek naar Rwandezen in het Grote Merengebied.
Resolutie 1014 van 15 september
Verlengde de waarnemingsmissie in Liberia tot 31 januari 1996.
Resolutie 1015 van 15 september
Schortte de sancties tegen Servië en Montenegro op tot 18 maart 1996.
Resolutie 1016 van 21 september
Riep op de offensieven in West-Bosnië te stoppen.
Resolutie 1017 van 22 september
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 31 januari 1996.
Resolutie 1018 van 7 november
Vastlegging datum voor de verkiezing van een nieuwe rechter voor het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 1019 van 9 november
Eiste dat de mensenrechten werden gerespecteerd in Bosnië en Herzegovina en Kroatië.
Resolutie 1020 van 10 november
Wijzigde het mandaat van de waarnemingsmacht in Liberia.
Resolutie 1021 van 22 november
Hief het wapenembargo tegen ex-Joegoslavië op.
Resolutie 1022 van 22 november
Schorste de strafmaatregelen tegen Bosnië en Herzegovina, Kroatië en Servië en Montenegro voor onbepaalde duur.
Resolutie 1023 van 22 november
Verwelkomde een akkoord tussen Kroatië en de Kroatische Serviërs.
Resolutie 1024 van 28 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 1025 van 30 november
Verlengde de vredesmacht in Kroatië een laatste keer tot 15 januari 1996.
Resolutie 1026 van 30 november
Verlengde de vredesmissie in Bosnië en Herzegovina tot 31 januari 1996.
Resolutie 1027 van 30 november
Verlengde de vredesmissie in Macedonië tot 30 mei 1996.
Resolutie 1028 van 8 december
Verlengde de vredesmissie in Rwanda tot 12 december.
Resolutie 1029 van 12 december
Verlengde de vredesmissie in Rwanda tot 8 maart 1996 en paste het mandaat aan.
Resolutie 1030 van 14 december
Verlengde de waarnemingsmissie in Tadzjikistan tot 15 juni 1996.
Resolutie 1031 van 15 december
Stond de lidstaten toe een vredesmissie op te richten in Bosnië en Herzegovina.
Resolutie 1032 van 19 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus tot 30 juni 1996.
Resolutie 1033 van 19 december
Riep op tot een akkoord over het identificatieproces van stemgerechtigden voor de volksraadpleging in de Westelijke Sahara.
Resolutie 1034 van 21 december
Veroordeelde de mensenrechtenschendingen in Bosnië en Herzegovina.
Resolutie 1035 van 21 december
Richtte de VN-burgerpolitiemacht op in Bosnië en Herzegovina.

1996 (1036-1092)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 1036 van 12 januari
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 12 juli.
Resolutie 1037 van 15 januari
Richtte een overgangsbestuur op in Noordoost-Kroatië.
Resolutie 1038 van 15 januari
Verlengde het waarnemingsmandaat in Prevlaka met 3 maanden.
Resolutie 1039 van 29 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 1040 van 29 januari
Vroeg dat de veiligheid van VN- en hulppersoneel in Burundi werd verbeterd.
Resolutie 1041 van 29 januari
Verlengde de waarnemingsmissie in Liberia tot 31 mei.
Resolutie 1042 van 31 januari
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 31 mei.
Resolutie 1043 van 31 januari
Autoriseerde 100 militaire waarnemers voor het overgangsbestuur in Noordoost-Kroatië.
Resolutie 1044 van 31 januari
Veroordeelde de moordaanslag tegen de president van Egypte in Ethiopië en riep Soedan op 3 verdachten uit te leveren.
Resolutie 1045 van 8 februari
Verlengde de vredesmissie in Angola tot 8 mei.
Resolutie 1046 van 13 februari
Autoriseerde de versterking van de vredesmacht in Macedonië met 50 man.
Resolutie 1047 van 29 februari
Aanstelling openbaar aanklager van het Joegoslaviëtribunaal en het Rwandatribunaal.
Resolutie 1048 van 29 februari
Verlengde de vredesmacht in Haïti met 4 maanden en verlaagde het aantal manschappen.
Resolutie 1049 van 5 maart
Vroeg dat het geweld in Burundi stopte en onderhandelingen begonnen.
Resolutie 1050 van 8 maart
Vroeg een betere beveiliging van het Rwandatribunaal.
Resolutie 1051 van 27 maart
Voerde een nieuw mechanisme in voor wapenleveringen aan Irak.
Resolutie 1052 van 18 april
Vroeg een einde aan de vijandelijkheden in Libanon.
Resolutie 1053 van 23 april
Vroeg de buurlanden van Rwanda mee te werken aan het onderzoek naar wapenleveringen aan Rwandese niet-regeringstroepen.
Resolutie 1054 van 26 april
Legde sancties op tegen Soedan.
Resolutie 1055 van 8 mei
Verlengde de vredesmissie in Angola tot 11 juli.
Resolutie 1056 van 29 mei
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 30 november.
Resolutie 1057 van 30 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 1058 van 30 mei
Verlengde de vredesmissie in Macedonië tot 30 november.
Resolutie 1059 van 31 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in Liberia tot 31 augustus.
Resolutie 1060 van 12 juni
Eiste dat Irak wapeninspecteurs toegang gaf tot te inspecteren sites.
Resolutie 1061 van 14 juni
Verlengde de waarnemingsmissie in Tadzjikistan tot 15 december.
Resolutie 1062 van 28 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus tot 31 december.
Resolutie 1063 van 28 juni
Richtte de ondersteuningsmissie in Haïti op.
Resolutie 1064 van 11 juli
Verlengde de vredesmissie in Angola tot 11 oktober.
Resolutie 1065 van 12 juli
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 31 januari 1997.
Resolutie 1066 van 15 juli
Autoriseerde de VN-waarnemers om te blijven toezien op de demilitarisatie van Prevlaka.
Resolutie 1067 van 26 juli
Vroeg de naleving van de internationale regels over burgerluchtvaart nadat Cuba 2 burgervliegtuigen neerschoot.
Resolutie 1068 van 30 juli
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 1069 van 30 juli
Autoriseerde 100 militaire waarnemers voor het overgangsbestuur in Noordoost-Kroatië.
Resolutie 1070 van 16 augustus
Legde bijkomende sancties op tegen Soedan.
Resolutie 1071 van 30 augustus
Verlengde de waarnemingsmissie in Liberia tot 30 november.
Resolutie 1072 van 30 augustus
Vroeg dat de vijandelijkheden in Burundi werden beëindigt en onderhandelingen begonnen.
Resolutie 1073 van 28 september
Vroeg daden die de situatie verergerden terug te draaien en de onderhandelingen in het vredesproces voor het Midden-Oosten te hervatten.
Resolutie 1074 van 1 oktober
Hief de strafmaatregelen tegen Bosnië en Herzegovina op.
Resolutie 1075 van 11 oktober
Verlengde de vredesmissie in Angola tot 11 december.
Resolutie 1076 van 22 oktober
Vroeg een einde aan de vijandelijkheden en een politieke dialoog in Afghanistan.
Resolutie 1077 van 22 oktober
Bepaalde dat het nieuwe VN-kantoor voor de mensenrechten in Abchazië zou deel uitmaken van de waarnemingsmissie in Georgië.
Resolutie 1078 van 9 november
Vroeg dat de vijandelijkheden in het Grote Merengebied werden gestaakt, werd gewerkt aan een vreedzame oplossing en de humanitaire hulp aan vluchtelingen werd hervat.
Resolutie 1079 van 15 november
Verlengde het overgangsbestuur in Noordoost-Kroatië met 6 maanden.
Resolutie 1080 van 15 november
Liet een humanitaire operatie in Oost-Zaïre toe tot 31 maart 1997.
Resolutie 1081 van 27 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 1082 van 27 november
Verlengde de vredesmissie in Macedonië tot 31 mei 1997.
Resolutie 1083 van 27 november
Verlengde de waarnemingsmissie in Liberia tot 31 maart 1997.
Resolutie 1084 van 27 november
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 31 mei 1997.
Resolutie 1085 van 29 november
Verlengde de ondersteuningsmissie in Haïti tot 5 december.
Resolutie 1086 van 5 december
Verlengde de ondersteuningsmissie in Haïti tot 31 mei 1997.
Resolutie 1087 van 11 december
Verlengde de vredesmissie in Angola tot 28 februari 1997.
Resolutie 1088 van 12 december
Autoriseerde de SFOR-macht en verlengde de VN-missie in Bosnië en Herzegovina tot 21 december 1997.
Resolutie 1089 van 13 december
Verlengde de waarnemingsmissie in Tadzjikistan tot 15 maart 1997.
Resolutie 1090 van 13 december
Aanbeveling Kofi Annan als Secretaris-Generaal.
Resolutie 1091 van 13 december
Eerbetoon aan uittredend Secretaris-Generaal Boutros Boutros-Ghali.
Resolutie 1092 van 23 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus tot 30 juni 1997.

1997 (1093-1146)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 1093 van 14 januari
Autoriseerde de VN-waarnemers om te blijven toezien op de demilitarisatie van Prevlaka tot 15 juli.
Resolutie 1094 van 20 januari
Autoriseerde militaire VN-waarnemers in Guatemala.
Resolutie 1095 van 28 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 1096 van 30 januari
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 31 juli.
Resolutie 1097 van 18 februari
Steunde de Secretaris-Generaals 5-puntenplan voor het Grote Merengebied.
Resolutie 1098 van 27 februari
Verlengde de vredesmissie in Angola tot 31 maart.
Resolutie 1099 van 14 maart
Verlengde de waarnemingsmissie in Tadzjikistan tot 15 juni.
Resolutie 1100 van 27 maart
Verlengde de waarnemingsmissie in Liberia tot 30 juni.
Resolutie 1101 van 28 maart
Autoriseerde een humanitaire operatie van 3 maanden in Albanië.
Resolutie 1102 van 31 maart
Verlengde de vredesmissie in Angola tot 16 april.
Resolutie 1103 van 31 maart
Versterkte de VN-missie in Bosnië en Herzegovina.
Resolutie 1104 van 8 april
Zond een lijst met weerhouden nominaties voor rechter in het Joegoslaviëtribunaal door naar de Algemene Vergadering.
Resolutie 1105 van 9 april
Schortte de afslanking van de vredesmissie in Macedonië op.
Resolutie 1106 van 16 april
Verlengde de vredesmissie in Angola tot 30 juni.
Resolutie 1107 van 16 mei
Autoriseerde een versterking van de VN-missie in Bosnië en Herzegovina.
Resolutie 1108 van 22 mei
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 30 september.
Resolutie 1109 van 28 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 1110 van 28 mei
Verlengde de vredesmissie in Macedonië tot 30 november.
Resolutie 1111 van 4 juni
Verlengde het Olie-voor-voedselprogramma met Irak met 180 dagen.
Resolutie 1112 van 12 juni
Stemde in met de aanstelling van een nieuwe Hoge Vertegenwoordiger in Bosnië en Herzegovina.
Resolutie 1113 van 12 juni
Verlengde de waarnemingsmissie in Tadzjikistan tot 15 september.
Resolutie 1114 van 19 juni
Beperkte de operatie in Albanië tot 45 dagen.
Resolutie 1115 van 21 juni
Eiste dat Irak wapeninspecteurs toegang gaf tot te inspecteren sites.
Resolutie 1116 van 27 juni
Verlengde de waarnemingsmissie in Liberia tot 30 september.
Resolutie 1117 van 27 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus tot 31 december.
Resolutie 1118 van 30 juni
Richtte de waarnemingsmissie in Angola op.
Resolutie 1119 van 14 juli
Autoriseerde de VN-waarnemers om te blijven toezien op de demilitarisatie van Prevlaka tot 15 juli.
Resolutie 1120 van 14 juli
Verlengde het overgangsbestuur in Noordoost-Kroatië tot 15 januari 1998.
Resolutie 1121 van 22 juli
Stelde de Dag Hammarskjöldmedaille voor VN-vredesoperaties.
Resolutie 1122 van 29 juli
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 1123 van 30 juli
Richtte de overgangsmissie in Haïti op.
Resolutie 1124 van 31 juli
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 31 januari 1998.
Resolutie 1125 van 6 augustus
Keurde een missie in de Centraal-Afrikaanse Republiek goed.
Resolutie 1126 van 27 augustus
Stemde in om 3 vertrekkende rechters van het Joegoslaviëtribunaal hun lopende zaak te laten afwerken.
Resolutie 1127 van 28 augustus
Legde reisbeperkingen op tegen UNITA in Angola.
Resolutie 1128 van 12 september
Verlengde de waarnemingsmissie in Tadzjikistan tot 15 november.
Resolutie 1129 van 12 september
Verlengde eenmalig de periode waarin landen voor 1 miljard USD Iraakse olie mochten kopen.
Resolutie 1130 van 29 september
Stelde de reisbeperkingen tegen UNITA in Angola uit.
Resolutie 1131 van 29 september
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 20 oktober.
Resolutie 1132 van 8 oktober
Legde sancties op tegen Sierra Leone.
Resolutie 1133 van 20 oktober
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 20 april 1998.
Resolutie 1134 van 23 oktober
Eiste dat Irak wapeninspecteurs toegang gaf tot eender welke site.
Resolutie 1135 van 29 oktober
Verlengde de waarnemingsmissie in Angola tot 30 januari 1998.
Resolutie 1136 van 6 november
Stemde in met de verlengde missie in de Centraal-Afrikaanse Republiek.
Resolutie 1137 van 12 november
Legde Irak reisbeperkingen op.
Resolutie 1138 van 14 november
Verlengde de waarnemingsmissie in Tadzjikistan tot 15 mei 1998 en breidde het mandaat uit.
Resolutie 1139 van 21 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 1140 van 28 november
Verlengde de vredesmissie in Macedonië tot 4 december.
Resolutie 1141 van 28 november
Richtte de politiemissie in Haïti op.
Resolutie 1142 van 4 december
Verlengde de vredesmissie in Macedonië tot 31 augustus 1998.
Resolutie 1143 van 4 december
Verlengde nogmaals de periode waarin landen voor 1 miljard USD Iraakse olie mochten kopen.
Resolutie 1144 van 19 december
Verlengde de vredesmissie in Bosnië en Herzegovina tot 21 juni 1998.
Resolutie 1145 van 19 december
Richtte een ondersteuningsgroep van 180 politiewaarnemers op in Kroatië.
Resolutie 1146 van 23 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus tot 30 juni 1998.

1998 (1147-1219)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 1147 van 13 januari
Autoriseerde de VN-waarnemers om te blijven toezien op de demilitarisatie van Prevlaka tot 15 juli.
Resolutie 1148 van 26 januari
Keurde de inzet van een technisch team en administratief personeel in de Westelijke Sahara goed.
Resolutie 1149 van 27 januari
Verlengde de waarnemingsmissie in Angola tot 30 april.
Resolutie 1150 van 30 januari
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 31 juli.
Resolutie 1151 van 30 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 1152 van 5 februari
Stemde in met de verlengde missie in de Centraal-Afrikaanse Republiek.
Resolutie 1153 van 20 februari
Verlengde het olie-voor-voedselprogramma met 180 dagen en vergrootte het maximumbedrag.
Resolutie 1154 van 2 maart
Verwelkomde de toezegging van Irak om aan zijn verplichtingen te voldoen.
Resolutie 1155 van 16 maart
Stemde in met de verlengde missie in de Centraal-Afrikaanse Republiek.
Resolutie 1156 van 16 maart
Trok het verbod om Sierra Leone olieproducten te verkopen in.
Resolutie 1157 van 20 maart
Breidde de missie in Angola uit tot 83 waarnemers.
Resolutie 1158 van 25 maart
Verhoogde het totaalbedrag waarvoor landen Iraakse olie mochten kopen.
Resolutie 1159 van 27 maart
Richtte de vredesmissie in de Centraal-Afrikaanse Republiek op.
Resolutie 1160 van 31 maart
Riep op tot dialoog over Kosovo en legde Servië en Montenegro een wapenembargo op.
Resolutie 1161 van 9 april
Reactiveerde de onderzoekscommissie naar illegale wapenstromen in het Grote Merengebied.
Resolutie 1162 van 17 april
Autoriseerde 10 VN-personeelsleden in Sierra Leone.
Resolutie 1163 van 17 april
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 20 juli.
Resolutie 1164 van 29 april
Verlengde de waarnemingsmissie in Angola tot 30 juni.
Resolutie 1165 van 30 april
Richtte een derde rechtszaal op voor het Rwandatribunaal.
Resolutie 1166 van 13 mei
Richtte een derde rechtszaal op voor het Joegoslaviëtribunaal.
Resolutie 1167 van 14 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in Tadzjikistan tot 15 november.
Resolutie 1168 van 21 mei
Autoriseerde een versterking van de VN-politiemacht in Bosnië en Herzegovina.
Resolutie 1169 van 27 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 1170 van 28 mei
Liet een werkgroep mogelijke acties voorbereiden met betrekking tot de vele conflicten in Afrika.
Resolutie 1171 van 5 juni
Beëindigde de sancties tegen Sierra Leone maar legde een wapenembargo op waarvan enkel de overheid van het land was uitgesloten.
Resolutie 1172 van 6 juni
Veroordeelde Indische- en Pakistaanse kernproeven.
Resolutie 1173 van 12 juni
Legde UNITA in Angola bijkomende sancties op.
Resolutie 1174 van 15 juni
Stemde in met een verlenging van SFOR met 12 maanden en verlengde de vredesmissie in Bosnië en Herzegovina tot 21 juni 1999.
Resolutie 1175 van 19 juni
Stond toe dat Irak onderdelen en uitrusting voor olieproductie invoerde.
Resolutie 1176 van 24 juni
Besloot de eerder genomen sancties tegen UNITA in Angola op 1 juli te laten ingaan.
Resolutie 1177 van 26 juni
Eiste een einde aan de vijandelijkheden tussen Ethiopië en Eritrea en een vreedzame oplossing.
Resolutie 1178 van 29 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus tot 31 december.
Resolutie 1179 van 29 juni
Riep op de onderhandelingen in Cyprus opnieuw vlot te trekken.
Resolutie 1180 van 29 juni
Verlengde de waarnemingsmissie in Angola tot 15 augustus.
Resolutie 1181 van 13 juli
Richtte de waarnemingsmissie in Sierra Leone op.
Resolutie 1182 van 14 juli
Verlengde de vredesmissie in de Centraal-Afrikaanse Republiek tot 25 oktober.
Resolutie 1183 van 15 juli
Autoriseerde de VN-waarnemers om te blijven toezien op de demilitarisatie van Prevlaka tot 15 januari 1999.
Resolutie 1184 van 16 juli
Stemde in met een programma om toezicht te houden op justitie in Bosnië en Herzegovina.
Resolutie 1185 van 20 juli
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 21 september.
Resolutie 1186 van 21 juli
Versterkte de missie in ex-Joegoslavië en verlengde ze tot 28 september 1999.
Resolutie 1187 van 30 juli
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 31 januari 1999.
Resolutie 1188 van 30 juli
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 1189 van 13 augustus
Veroordeelde de aanslagen op de Amerikaanse ambassades in Kenia en Tanzania.
Resolutie 1190 van 13 augustus
Verlengde de waarnemingsmissie in Angola tot 15 september.
Resolutie 1191 van 27 augustus
Weerhield een aantal nominaties voor rechter in het Joegoslaviëtribunaal.
Resolutie 1192 van 27 augustus
Stemde in met een proces over de Lockerbie-aanslag en vroeg de overdracht van de 2 verdachten aan Nederland.
Resolutie 1193 van 28 augustus
Vroeg de strijdende fracties in Afghanistan te onderhandelen.
Resolutie 1194 van 9 september
Vroeg Irak zijn beslissing over medewerking aan de wapeninspecties te herzien.
Resolutie 1195 van 15 september
Verlengde de waarnemingsmissie in Angola tot 15 oktober.
Resolutie 1196 van 16 september
Vroeg dat in Afrika opgelegde wapenembargo's effectiever werden.
Resolutie 1197 van 18 september
Vroeg een betere samenwerking tussen de VN met de Afrikaanse OAE.
Resolutie 1198 van 18 september
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 31 oktober.
Resolutie 1199 van 23 september
Riep op het gewapend conflict in Kosovo vreedzaam op te lossen.
Resolutie 1200 van 30 september
Weerhield een aantal nominaties voor rechter in het Rwandatribunaal.
Resolutie 1201 van 15 oktober
Verlengde de vredesmissie in de Centraal-Afrikaanse Republiek tot 28 februari 1999 en breidde het mandaat uit.
Resolutie 1202 van 15 oktober
Verlengde de waarnemingsmissie in Angola tot 3 december.
Resolutie 1203 van 24 oktober
Riep op het gewapend conflict in Kosovo vreedzaam op te lossen.
Resolutie 1204 van 30 oktober
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 17 december.
Resolutie 1205 van 5 november
Eiste dat Irak zijn beslissing over medewerking aan de wapeninspecties introk.
Resolutie 1206 van 12 november
Verlengde de waarnemingsmissie in Tadzjikistan tot 15 mei 1999.
Resolutie 1207 van 17 november
Riep Servië en Montenegro op mee te werken met het Joegoslaviëtribunaal.
Resolutie 1208 van 19 november
Vroeg internationale samenwerking om te zorgen voor de veiligheid van vluchtelingenkampen in Afrika.
Resolutie 1209 van 19 november
Vroeg internationale samenwerking tegen de wapentrafiek naar en in Afrika.
Resolutie 1210 van 24 november
Verlengde het olie-voor-voedselprogramma met 180 dagen.
Resolutie 1211 van 25 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 1212 van 25 november
Verlengde de politiemissie in Haïti tot 30 november 1999.
Resolutie 1213 van 3 december
Verlengde de waarnemingsmissie in Angola tot 26 februari 1999.
Resolutie 1214 van 8 december
Vroeg een einde aan de gevechten en de mensenrechtenschendingen in Afghanistan.
Resolutie 1215 van 17 december
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 31 januari 1999.
Resolutie 1216 van 21 december
Vroeg de uitvoering van de gesloten akkoorden en stemde in met een ECOWAS-waarnemingsmacht in Guinee-Bissau.
Resolutie 1217 van 22 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus tot 30 juni 1999.
Resolutie 1218 van 22 december
Vroeg de uitwerking van maatregelen om de spanningen op Cyprus te verminderen.
Resolutie 1219 van 31 december
Riep UNITA op mee te werken aan de onderzoeken naar in Angola neergestorte VN-vluchten.

1999 (1220-1284)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 1220 van 12 januari
Verlengde de waarnemingsmissie in Sierra Leone tot 13 maart.
Resolutie 1221 van 12 januari
Veroordeelde de aanvallen op vliegtuigen boven Angola.
Resolutie 1222 van 15 januari
Autoriseerde de VN-waarnemers om te blijven toezien op de demilitarisatie van Prevlaka tot 15 juli.
Resolutie 1223 van 28 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 1224 van 28 januari
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 11 februari.
Resolutie 1225 van 28 januari
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 31 juli.
Resolutie 1226 van 29 januari
Riep Ethiopië en Eritrea op een raamakkoord van de OAE te aanvaarden.
Resolutie 1227 van 10 februari
Eiste een einde aan de vijandelijkheden tussen Ethiopië en Eritrea.
Resolutie 1228 van 11 februari
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 31 maart.
Resolutie 1229 van 26 februari
Hief de waarnemingsmissie in Angola op.
Resolutie 1230 van 26 februari
Verlengde de vredesmissie in de Centraal-Afrikaanse Republiek een laatste keer tot 15 november.
Resolutie 1231 van 11 maart
Verlengde de waarnemingsmissie in Sierra Leone tot 13 juni.
Resolutie 1232 van 30 maart
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 30 april.
Resolutie 1233 van 6 april
Vroeg dat zo snel mogelijk presidentsverkiezingen werden gehouden in Guinee-Bissau.
Resolutie 1234 van 9 april
Eiste dat de vijandelijkheden stopten en een vredesproces op gang werd gebracht in de Democratische Republiek Congo.
Resolutie 1235 van 30 april
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 14 mei.
Resolutie 1236 van 7 mei
Vroeg een vreedzame consultatie van de bevolking van Oost-Timor.
Resolutie 1237 van 7 mei
Richtte een panel van experts op om schendingen van de sancties tegen UNITA in Angola te onderzoeken.
Resolutie 1238 van 14 mei
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 14 september.
Resolutie 1239 van 14 mei
Vroeg hulpverlening aan alle ontheemden en vluchtelingen uit Kosovo.
Resolutie 1240 van 15 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in Tadzjikistan tot 15 november.
Resolutie 1241 van 19 mei
Stemde in om een vertrekkende rechter van het Rwandatribunaal zijn lopende zaken te laten afwerken.
Resolutie 1242 van 21 mei
Verlengde het olie-voor-voedselprogramma met 180 dagen.
Resolutie 1243 van 27 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 1244 van 10 juni
Plaatste Kosovo onder internationaal bestuur.
Resolutie 1245 van 11 juni
Verlengde de waarnemingsmissie in Sierra Leone tot 13 december.
Resolutie 1246 van 11 juni
Richtte de VN-missie in Oost-Timor op.
Resolutie 1247 van 18 juni
Stemde in met een verlenging van SFOR met 12 maanden en verlengde de vredesmissie in Bosnië en Herzegovina tot 21 juni 2000.
Resolutie 1248 van 25 juni
Aanbeveling Kiribati als VN-lidstaat.
Resolutie 1249 van 25 juni
Aanbeveling Nauru als VN-lidstaat.
Resolutie 1250 van 29 juni
Vroeg een onderhandelingsronde tussen de partijen in Cyprus in de herfst.
Resolutie 1251 van 29 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus tot 15 december.
Resolutie 1252 van 15 juli
Autoriseerde de VN-waarnemers om te blijven toezien op de demilitarisatie van Prevlaka tot 15 januari 2000.
Resolutie 1253 van 29 juli
Aanbeveling Tonga als VN-lidstaat.
Resolutie 1254 van 30 juli
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 1255 van 30 juli
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 31 januari 2000.
Resolutie 1256 van 3 augustus
Stemde in met de aanstelling van een nieuwe Hoge Vertegenwoordiger in Bosnië en Herzegovina.
Resolutie 1257 van 3 augustus
Verlengde de VN-missie in Oost-Timor tot 30 september.
Resolutie 1258 van 6 augustus
Autoriseerde 90 VN-verbindingsofficieren in de Democratische Republiek Congo en omliggende landen.
Resolutie 1259 van 11 augustus
Aanstelling openbaar aanklager van het Joegoslaviëtribunaal en het Rwandatribunaal.
Resolutie 1260 van 20 augustus
Autoriseerde een versterking van de waarnemingsmacht in Sierra Leone.
Resolutie 1261 van 25 augustus
Vroeg maatregelen ter bescherming van kinderen in gewapende conflicten.
Resolutie 1262 van 27 augustus
Verlengde de VN-missie in Oost-Timor tot 30 november en breidde de missie uit.
Resolutie 1263 van 13 september
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 14 december.
Resolutie 1264 van 15 september
Autoriseerde een multinationale vredesmacht in Oost-Timor.
Resolutie 1265 van 17 september
Riep op tot meer respect voor de mensenrechten en humanitaire hulp tijdens gewapende conflicten.
Resolutie 1266 van 4 oktober
Verhoogde het totaalbedrag waarvoor landen Iraakse olie mochten kopen.
Resolutie 1267 van 15 oktober
Legde sancties op tegen de Taliban.
Resolutie 1268 van 15 oktober
Richtte het VN-kantoor in Angola op.
Resolutie 1269 van 19 oktober
Vroeg internationale samenwerking tegen terreurdaden.
Resolutie 1270 van 22 oktober
Verving de waarnemingsmacht in Sierra Leone door een nieuwe vredesmissie.
Resolutie 1271 van 22 oktober
Verlengde de vredesmissie in de Centraal-Afrikaanse Republiek tot 15 februari 2000.
Resolutie 1272 van 25 oktober
Richtte het VN-overgangsbestuur in Oost-Timor op.
Resolutie 1273 van 5 november
Verlengde het mandaat van de verbindingsofficieren in de Democratische Republiek Congo en omliggende landen.
Resolutie 1274 van 12 november
Verlengde de waarnemingsmissie in Tadzjikistan tot 15 mei 2000.
Resolutie 1275 van 19 november
Verlengde het olie-voor-voedselprogramma tot 4 december.
Resolutie 1276 van 24 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 1277 van 30 november
Verlengde de politiemissie in Haïti tot 15 maart 2000.
Resolutie 1278 van 30 november
Vastlegging datum voor de verkiezing van een nieuwe rechter voor het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 1279 van 30 november
Verlengde het mandaat van de verbindingsofficieren in de Democratische Republiek Congo en omliggende landen.
Resolutie 1280 van 3 december
Verlengde het olie-voor-voedselprogramma tot 11 december.
Resolutie 1281 van 10 december
Verlengde het olie-voor-voedselprogramma met 180 dagen.
Resolutie 1282 van 14 december
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 29 februari 2000.
Resolutie 1283 van 15 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus tot 15 juni 2000.
Resolutie 1284 van 17 december
Verving de Speciale Commissie door de UNMOVIC, schrapte de beperkingen op Iraakse olie-uitvoer en opende de deur voor het opheffen van de andere economische sancties tegen Irak.

2000 (1285-1334)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 1285 van 13 januari
Autoriseerde de VN-waarnemers om te blijven toezien op de demilitarisatie van Prevlaka tot 15 juli.
Resolutie 1286 van 19 januari
Veroordeelde het geweld in Burundi en vroeg humanitaire hulp.
Resolutie 1287 van 31 januari
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 31 juli.
Resolutie 1288 van 31 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 1289 van 7 februari
Verlengde de vredesmacht in Sierra Leone met 6 maanden en breidde het mandaat uit.
Resolutie 1290 van 17 februari
Aanbeveling Tuvalu als VN-lidstaat.
Resolutie 1291 van 24 februari
Verlengde de vredesmacht in de Democratische Republiek Congo tot 31 augustus.
Resolutie 1292 van 29 februari
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 31 mei.
Resolutie 1293 van 31 maart
Verdubbelde het bedrag waarvoor Irak olieonderdelen mocht invoeren met geld van de VN-borgrekening waarop zijn olie werd betaald.
Resolutie 1294 van 13 april
Stemde in met de verlenging van het mandaat van het VN-kantoor in Angola.
Resolutie 1295 van 18 april
Vroeg maatregelen om de sancties tegen UNITA beter te doen naleven.
Resolutie 1296 van 19 april
Veroordeelde geweld tegen burgers tijdens gewapende conflicten.
Resolutie 1297 van 12 mei
Veroordeelde de nieuwe gevechten tussen Ethiopië en Eritrea.
Resolutie 1298 van 17 mei
Legde een wapenembargo op tegen Eritrea en Ethiopië.
Resolutie 1299 van 19 mei
Breidde de vredesmacht in Sierra Leone uit tot 13.000 manschappen.
Resolutie 1300 van 31 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 1301 van 31 mei
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 31 juli.
Resolutie 1302 van 8 juni
Verlengde het olie-voor-voedselprogramma met 180 dagen.
Resolutie 1303 van 14 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus tot 15 december.
Resolutie 1304 van 16 juni
Eiste het einde van de gevechten in de Democratische Republiek Congo en de terugtrekking van alle buitenlandse troepen.
Resolutie 1305 van 21 juni
Stemde in met een verlenging van SFOR met 12 maanden en verlengde de vredesmissie in Bosnië en Herzegovina tot 21 juni 2001.
Resolutie 1306 van 5 juli
Vroeg maatregelen tegen illegale diamant- en wapenhandel met Sierra Leone.
Resolutie 1307 van 13 juli
Autoriseerde de VN-waarnemers om te blijven toezien op de demilitarisatie van Prevlaka tot 15 januari 2001.
Resolutie 1308 van 17 juli
Vroeg aids-preventie voor vredeshandhavers.
Resolutie 1309 van 25 juli
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 31 oktober.
Resolutie 1310 van 27 juli
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 1311 van 28 juli
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 31 januari 2001.
Resolutie 1312 van 31 juli
Richtte de waarnemingsmissie in Ethiopië en Eritrea op.
Resolutie 1313 van 4 augustus
Verlengde de vredesmacht in Sierra Leone tot 8 september.
Resolutie 1314 van 11 augustus
Vroeg maatregelen ter bescherming van kinderen in gewapende conflicten.
Resolutie 1315 van 14 augustus
Oprichting van een speciale rechtbank voor oorlogsmisdadigers in Sierra Leone.
Resolutie 1316 van 23 augustus
Verlengde de vredesmissie in de Democratische Republiek Congo tot 15 oktober.
Resolutie 1317 van 5 september
Verlengde de vredesmacht in Sierra Leone tot 20 september.
Resolutie 1318 van 7 september
Over de rol van de VN in conflicten en vredesoperaties.
Resolutie 1319 van 8 september
Vroeg Indonesië en het VN-bestuur op te treden tegen de milities op Timor.
Resolutie 1320 van 15 september
Gaf de waarnemingsmissie in Ethiopië en Eritrea een mandaat tot 15 maart 2001.
Resolutie 1321 van 20 september
Verlengde de vredesmacht in Sierra Leone tot 31 december.
Resolutie 1322 van 7 oktober
Riep op het geweld in Israël te stoppen.
Resolutie 1323 van 13 oktober
Verlengde de vredesmissie in de Democratische Republiek Congo tot 15 december.
Resolutie 1324 van 30 oktober
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 28 februari 2001.
Resolutie 1325 van 31 oktober
Vroeg gelijkheid van vrouwen en mannen in politiek en vredesoperaties en specifieke aandacht voor vrouwen en meisjes in gewapende conflicten.
Resolutie 1326 van 31 oktober
Aanbeveling Federale Republiek Joegoslavië als VN-lidstaat.
Resolutie 1327 van 13 november
Toekomstige richtlijnen voor vredesoperaties en het aanpakken van conflicten.
Resolutie 1328 van 27 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 1329 van 30 november
Amendeerde de statuten van het Joegoslaviëtribunaal en het Rwandatribunaal.
Resolutie 1330 van 5 december
Verlengde het olie-voor-voedselprogramma met 180 dagen.
Resolutie 1331 van 13 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus tot 15 juni 2001.
Resolutie 1332 van 14 december
Verlengde de vredesmissie in de Democratische Republiek Congo tot 15 juni 2001.
Resolutie 1333 van 19 december
Legde bijkomende sancties op tegen de Taliban.
Resolutie 1334 van 22 december
Verlengde de vredesmacht in Sierra Leone tot 31 maart 2001.

2001 (1335-1386)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 1335 van 12 januari
Autoriseerde de VN-waarnemers om te blijven toezien op de demilitarisatie van Prevlaka tot 15 juli.
Resolutie 1336 van 23 januari
Verlengde het onderzoek naar schendingen van de sancties tegen UNITA met 3 maanden.
Resolutie 1337 van 30 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 1338 van 31 januari
Verlengde het VN-overgangsbestuur in Oost-Timor tot 31 januari 2002.
Resolutie 1339 van 31 januari
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 31 juli.
Resolutie 1340 van 8 februari
Weerhield een aantal nominaties voor rechter in het Joegoslaviëtribunaal.
Resolutie 1341 van 22 februari
Riep op het geweld te laten en buitenlandse troepen terug te trekken uit de Democratische Republiek Congo.
Resolutie 1342 van 27 februari
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 30 april.
Resolutie 1343 van 7 maart
Legde Liberia een nieuw wapenembargo en een diamantembargo op.
Resolutie 1344 van 15 maart
Verlengde de waarnemingsmissie in Ethiopië en Eritrea tot 15 september.
Resolutie 1345 van 21 maart
Eiste dat extremistische gewapende groeperingen in Macedonië, Zuid-Servië en Kosovo de wapens neerlegden.
Resolutie 1346 van 30 maart
Verlengde de vredesmacht in Sierra Leone met 6 maanden en versterkte ze.
Resolutie 1347 van 30 maart
Weerhield een aantal nominaties voor rechter in het Rwandatribunaal.
Resolutie 1348 van 19 april
Verlengde het onderzoek naar schendingen van de sancties tegen UNITA met 6 maanden.
Resolutie 1349 van 27 april
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 30 juni.
Resolutie 1350 van 27 april
Weerhield een aantal nominaties voor rechter in het Joegoslaviëtribunaal.
Resolutie 1351 van 30 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 1352 van 1 juni
Verlengde het olie-voor-voedselprogramma tot 3 juli.
Resolutie 1353 van 13 juni
Maatregelen om VN-vredesoperaties te versterken.
Resolutie 1354 van 15 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus tot 15 december.
Resolutie 1355 van 15 juni
Verlengde de vredesmissie in de Democratische Republiek Congo tot 15 juni 2002.
Resolutie 1356 van 19 juni
Overwoog uitzonderingen op het embargo tegen Somalië voor beschermende uitrusting voor VN-personeel, hulpverleners en media.
Resolutie 1357 van 21 juni
Stemde in met een verlenging van SFOR met 12 maanden en verlengde de vredesmissie in Bosnië en Herzegovina tot 21 juni 2002.
Resolutie 1358 van 27 juni
Aanbeveling tweede termijn voor Kofi Annan als Secretaris-Generaal.
Resolutie 1359 van 29 juni
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 30 september.
Resolutie 1360 van 3 juli
Verlengde het olie-voor-voedselprogramma met 150 dagen.
Resolutie 1361 van 5 juli
Vastlegging datum voor de verkiezing van een nieuwe rechter voor het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 1362 van 11 juli
Autoriseerde de VN-waarnemers om te blijven toezien op de demilitarisatie van Prevlaka tot 15 januari 2002.
Resolutie 1363 van 30 juli
Richtte een comité op om toe te zien op de sancties tegen de Taliban.
Resolutie 1364 van 31 juli
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 31 januari 2002.
Resolutie 1365 van 31 juli
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 1366 van 30 augustus
Over de rol van de VN in conflicten en vredesoperaties.
Resolutie 1367 van 10 september
Hief het wapenembargo tegen de Federale Republiek Joegoslavië op.
Resolutie 1368 van 12 september
Veroordeelde de aanslagen op 11 september 2001.
Resolutie 1369 van 14 september
Verlengde de waarnemingsmissie in Ethiopië en Eritrea tot 15 maart 2002.
Resolutie 1370 van 18 september
Verlengde de vredesmacht in Sierra Leone met 6 maanden.
Resolutie 1371 van 26 september
Was tevreden over een raamakkoord dat was bereikt in Macedonië.
Resolutie 1372 van 28 september
Hief de sancties tegen Soedan op.
Resolutie 1373 van 28 september
Vroeg dat alle landen maatregelen namen tegen terreurdaden.
Resolutie 1374 van 19 oktober
Verlengde het onderzoek naar schendingen van de sancties tegen UNITA met 6 maanden.
Resolutie 1375 van 29 oktober
Riep alle partijen in Burundi op het geweld te staken en mee in het vredesproces te stappen.
Resolutie 1376 van 9 november
Vroeg de terugtrekking van alle buitenlandse troepen uit de Democratische Republiek Congo.
Resolutie 1377 van 12 november
Nam een verklaring aan die alle landen vroeg samen te strijden tegen terreurdaden.
Resolutie 1378 van 14 november
Steunde de afzetting van de Taliban en de vorming van een overgangsregering.
Resolutie 1379 van 20 november
Vroeg maatregelen ter bescherming van kinderen in gewapende conflicten.
Resolutie 1380 van 27 november
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 28 februari 2002.
Resolutie 1381 van 27 november
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 1382 van 29 november
Verlengde het olie-voor-voedselprogramma met 180 dagen.
Resolutie 1383 van 6 december
Sprak zijn steun uit aan de overgangsregering en een akkoord over nieuwe overheidsinstellingen in Afghanistan.
Resolutie 1384 van 14 december
Verlengde de vredesmissie in Cyprus tot 15 juni 2002.
Resolutie 1385 van 19 december
Verlengde het invoerverbod van diamant uit Sierra Leone met 11 maanden.
Resolutie 1386 van 20 december
Autoriseerde de Internationale Veiligheidsbijstandsmacht in de omgeving van de Afghaanse hoofdstad.

2002 (1387-1454)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 1387 van 15 januari
Autoriseerde de VN-waarnemers om te blijven toezien op de demilitarisatie van Prevlaka tot 15 juli.
Resolutie 1388 van 15 januari
Zonderde Ariana Afghan Airlines uit van de sancties tegen de Taliban.
Resolutie 1389 van 16 januari
Besloot dat de vredesmissie in Sierra Leone zou meewerken aan de verkiezingen en dat meer politieadviseurs mochten worden gestuurd.
Resolutie 1390 van 16 januari
Legde sancties op tegen Osama bin Laden, Al Qaida en nieuwe tegen de Taliban.
Resolutie 1391 van 28 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met zes maanden.
Resolutie 1392 van 31 januari
Verlengde het VN-overgangsbestuur in Oost-Timor tot 20 mei.
Resolutie 1393 van 31 januari
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 31 juli.
Resolutie 1394 van 27 februari
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 30 april.
Resolutie 1395 van 27 februari
Verlengde het onderzoek naar schendingen van de sancties tegen Liberia met 5 weken.
Resolutie 1396 van 5 maart
Stemde in met de aanstelling van een nieuwe Hoge Vertegenwoordiger in Bosnië en Herzegovina.
Resolutie 1397 van 12 maart
Sprak zich uit voor de vorming van een staat Palestina naast Israël en riep op tot beëindiging van alle gewelddaden en hervatting van onderhandelingen.
Resolutie 1398 van 15 maart
Verlengde de waarnemingsmissie in Ethiopië en Eritrea tot 15 september.
Resolutie 1399 van 19 maart
Veroordeelde nieuwe vijandelijkheden in de Democratische Republiek Congo.
Resolutie 1400 van 28 maart
Verlengde de vredesmacht in Sierra Leone met 6 maanden.
Resolutie 1401 van 28 maart
Stond achter de oprichting van de VN-bijstandsmissie in Afghanistan.
Resolutie 1402 van 30 maart
Riep op tot een staakt-het-vuren tussen Israël en de Palestijnen.
Resolutie 1403 van 4 april
Eiste een staakt-het-vuren tussen Israël en de Palestijnen.
Resolutie 1404 van 18 april
Verlengde het onderzoek naar schendingen van de sancties tegen UNITA met 6 maanden.
Resolutie 1405 van 19 april
Vroeg dat de Palestijnse bevolking humanitaire hulp kon krijgen.
Resolutie 1406 van 30 april
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 31 juli.
Resolutie 1407 van 3 mei
Opzetten van een team van experts ter voorbereiding van een panel van experts die schendingen van het wapenembargo tegen Liberia moesten onderzoeken.
Resolutie 1408 van 6 mei
Verlengde de sancties tegen Liberia met 12 maanden en het onderzoek naar schendingen ervan met 3 maanden.
Resolutie 1409 van 14 mei
Verlenging van het Olie-voor-voedselprogramma en de herziening van de goederenlijst en leveringsprocedures.
Resolutie 1410 van 17 mei
Richtte de ondersteuningsmissie in Oost-Timor op.
Resolutie 1411 van 17 mei
Paste de statuten van het Joegoslavië- en het Rwandatribunaal aan voor rechters met de dubbele nationaliteit.
Resolutie 1412 van 17 mei
Schorste de reisbeperkingen tegen UNITA gedurende 90 dagen.
Resolutie 1413 van 23 mei
Verlengde de autorisatie van de Internationale Veiligheidsbijstandsmacht in Kabul met 6 maanden.
Resolutie 1414 van 23 mei
Aanbeveling Oost-Timor als VN-lidstaat.
Resolutie 1415 van 30 mei
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 1416 van 13 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus tot 15 december.
Resolutie 1417 van 14 juni
Verlengde de vredesmissie in de Democratische Republiek Congo tot 30 juni 2003.
Resolutie 1418 van 21 juni
Verlengde SFOR en de vredesmissie in Bosnië en Herzegovina tot 30 juni.
Resolutie 1419 van 26 juni
Riep alle bevolkingsgroepen in Afghanistan op samen te werken met de nieuwe Overgangsautoriteit.
Resolutie 1420 van 30 juni
Verlengde SFOR en de vredesmissie in Bosnië en Herzegovina tot 3 juli.
Resolutie 1421 van 3 juli
Verlengde SFOR en de vredesmissie in Bosnië en Herzegovina tot 15 juli.
Resolutie 1422 van 12 juli
Vroeg gedurende 12 maanden geen zaken te behandelen tegen vredeshandhavers uit landen die geen partij van het Internationaal Strafhof waren.
Resolutie 1423 van 12 juli
Stemde in met een verlenging van SFOR met 12 maanden en verlengde de vredesmissie in Bosnië en Herzegovina tot 31 december.
Resolutie 1424 van 12 juli
Autoriseerde de VN-waarnemers om te blijven toezien op de demilitarisatie van Prevlaka tot 15 oktober.
Resolutie 1425 van 22 juli
Richtte een panel van experts op om schendingen van het wapenembargo tegen Somalië te onderzoeken.
Resolutie 1426 van 24 juli
Aanbeveling Zwitserland als VN-lidstaat.
Resolutie 1427 van 29 juli
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 31 januari 2003.
Resolutie 1428 van 30 juli
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met 6 maanden.
Resolutie 1429 van 30 juli
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 31 januari 2003.
Resolutie 1430 van 14 augustus
Paste het mandaat van de waarnemingsmissie in Ethiopië en Eritrea aan ter ondersteuning van de grenscommissie.
Resolutie 1431 van 14 augustus
Amendeerde het statuut van het Rwandatribunaal door ad-litemrechters toe te voegen.
Resolutie 1432 van 15 augustus
Verlengde de schorsing van de reisbeperkingen tegen UNITA met 90 dagen.
Resolutie 1433 van 15 augustus
Richtte de VN-missie in Angola op.
Resolutie 1434 van 6 september
Verlengde de waarnemingsmissie in Ethiopië en Eritrea tot 15 maart 2003.
Resolutie 1435 van 24 september
Riep op het geweld in de Palestijnse steden te beëindigen.
Resolutie 1436 van 24 september
Verlengde de vredesmacht in Sierra Leone met 6 maanden.
Resolutie 1437 van 11 oktober
Autoriseerde de VN-waarnemers om te blijven toezien op de demilitarisatie van Prevlaka tot 15 december.
Resolutie 1438 van 14 oktober
Veroordeelde de bomaanslagen op Bali in Indonesië.
Resolutie 1439 van 18 oktober
Verlengde het onderzoek naar schendingen van de sancties tegen UNITA met 2 maanden en beëindigde de reisbeperkingen tegen UNITA.
Resolutie 1440 van 24 oktober
Veroordeelde de gijzelingsactie in Rusland.
Resolutie 1441 van 8 november
Gaf Irak een laatste kans om aan de opgelegde verplichtingen te voldoen.
Resolutie 1442 van 25 november
Verlengde de vredesmissie in Cyprus tot 15 juni 2003.
Resolutie 1443 van 25 november
Verlengde het olie-voor-voedselprogramma tot 4 december.
Resolutie 1444 van 27 november
Verlengde de autorisatie van de Internationale Veiligheidsbijstandsmacht in Kabul met 1 jaar.
Resolutie 1445 van 4 december
Autoriseerde de uitbreiding van de vredesmacht in de Democratische Republiek Congo tot 8700 manschappen.
Resolutie 1446 van 4 december
Verlengde het invoerverbod van diamant uit Sierra Leone met 5 maanden.
Resolutie 1447 van 4 december
Verlengde het olie-voor-voedselprogramma met 180 dagen.
Resolutie 1448 van 9 december
Beëindigde de sancties tegen UNITA.
Resolutie 1449 van 13 december
Weerhield een aantal nominaties voor rechter in het Rwandatribunaal.
Resolutie 1450 van 13 december
Veroordeelde 2 terreuraanslagen in Kenia.
Resolutie 1451 van 17 december
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 1452 van 20 december
Hief de financiële sancties tegen de Taliban op voor uitzonderlijke onkosten.
Resolutie 1453 van 24 december
Verwelkomde een verklaring over goed nabuurschap met Afghanistans buurlanden.
Resolutie 1454 van 30 december
Herzag de goederenlijst en leveringsprocedures van het olie-voor-voedselprogramma.

2003 (1455-1521)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 1455 van 17 januari
Verlengde de waarnemingsgroep die toezag op de uitvoering van maatregelen tegen terrorisme met 12 maanden.
Resolutie 1456 van 20 januari
Nam een verklaring aan met maatregelen tegen terrorisme.
Resolutie 1457 van 24 januari
Verlengde het onderzoek naar de illegale ontginning van grondstoffen in Democratische Republiek Congo met 6 maanden.
Resolutie 1458 van 28 januari
Verlengde het onderzoek naar schendingen van de sancties tegen Liberia met 3 maanden.
Resolutie 1459 van 28 januari
Verwelkomde de start van het certificeringssysteem van het Kimberley-Proces.
Resolutie 1460 van 30 januari
Vroeg partijen in gewapende conflicten die kindsoldaten inzetten om hiermee te stoppen.
Resolutie 1461 van 30 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met 6 maanden.
Resolutie 1462 van 30 januari
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 31 juli.
Resolutie 1463 van 30 januari
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 31 maart.
Resolutie 1464 van 4 februari
Autoriseerde dat lidstaten deelnamen aan de ECOWAS-vredesmacht in Ivoorkust.
Resolutie 1465 van 13 februari
Veroordeelde de bomaanslag in Colombia.
Resolutie 1466 van 14 maart
Verlengde de waarnemingsmissie in Ethiopië en Eritrea tot 15 september.
Resolutie 1467 van 18 maart
Nam een verklaring aan over illegale wapenhandel en huurlingen in West-Afrika.
Resolutie 1468 van 20 maart
Verwelkomde een akkoord over een overgangsregering en eiste het einde van alle vijandelijkheden in de Democratische Republiek Congo.
Resolutie 1469 van 25 maart
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 31 mei.
Resolutie 1470 van 28 maart
Verlengde de vredesmacht in Sierra Leone met 6 maanden.
Resolutie 1471 van 28 maart
Verlengde de bijstandsmissie in Afghanistan met 12 maanden.
Resolutie 1472 van 28 maart
Tijdelijke aanpassing van het Olie-voor-voedselprogramma door de Irakoorlog.
Resolutie 1473 van 4 april
Aanpassing plan voor de verkleining van de UNMISET-missie in Oost-Timor.
Resolutie 1474 van 8 april
Maatregelen om het wapenembargo tegen Somalië te doen gelden.
Resolutie 1475 van 14 april
Steun aan het plan van de VN-Secretaris-Generaal voor de hereniging van Cyprus.
Resolutie 1476 van 24 april
Verlengde de tijdelijke maatregelen van resolutie 1472 inzake het Olie-voor-voedselprogramma.
Resolutie 1477 van 29 april
Zond een lijst met weerhouden nominaties voor rechter in het Rwandatribunaal door naar de Algemene Vergadering.
Resolutie 1478 van 6 mei
Eiste dat Liberia steun aan de rebellen in Sierra Leone stopte.
Resolutie 1479 van 13 mei
Oprichting VN-missie en een hulpstaf voor de VN-vertegenwoordiger in Ivoorkust.
Resolutie 1480 van 19 mei
Verlenging van het mandaat van de UNMISET-missie in Oost-Timor.
Resolutie 1481 van 19 mei
Aanpassing van een artikel in het statuut van het Joegoslaviëtribunaal.
Resolutie 1482 van 19 mei
Toestemming aan rechters van het Rwandatribunaal om begonnen rechtszaken af te werken na afloop van hun ambtstermijn.
Resolutie 1483 van 22 mei
Riep op het Irak van na Saddam Hoessein te steunen, hief de economische sancties tegen het land op en voorzag de beëindiging van het Olie-voor-voedselprogramma.
Resolutie 1484 van 30 mei
Autoriseerde een tijdelijke multinationale macht in de Democratische Republiek Congo.
Resolutie 1485 van 30 mei
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 31 juli.
Resolutie 1486 van 11 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus tot 15 december.
Resolutie 1487 van 12 juni
Vroeg opnieuw gedurende 12 maanden geen zaken te behandelen tegen vredeshandhavers uit landen die geen partij van het Internationaal Strafhof waren.
Resolutie 1488 van 26 juni
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 1489 van 26 juni
Verlengde de vredesmacht in de Democratische Republiek Congo tot 30 juli.
Resolutie 1490 van 3 juli
Verlengde de waarnemingsmissie in Irak en Koeweit een laatste keer tot 6 oktober.
Resolutie 1491 van 11 juli
Stemde in met een verlenging van SFOR in Bosnië en Herzegovina met 12 maanden.
Resolutie 1492 van 18 juli
Stemde in met een terugtrekkingsplan van de vredesmissie in Sierra Leone.
Resolutie 1493 van 28 juli
Verlengde de vredesmacht in de Democratische Republiek Congo tot 30 juli 2004.
Resolutie 1494 van 30 juli
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 31 januari 2004.
Resolutie 1495 van 31 juli
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 31 oktober.
Resolutie 1496 van 31 juli
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met 6 maanden.
Resolutie 1497 van 1 augustus
Autoriseerde een multinationale macht in Liberia.
Resolutie 1498 van 4 augustus
Verlengde de autorisatie van de lidstaten om deel te nemen aan de ECOWAS-vredesmacht in Ivoorkust met 6 maanden.
Resolutie 1499 van 13 augustus
Verlengde het onderzoek naar de illegale ontginning van grondstoffen in Democratische Republiek Congo tot 31 oktober.
Resolutie 1500 van 14 augustus
Richtte de VN-bijstandsmissie voor Irak op.
Resolutie 1501 van 26 augustus
Autoriseerde de na 1 september nog resterende elementen van de tijdelijke noodmacht in de Democratische Republiek Congo om de VN-vredesmacht op diens vraag te blijven bijstaan.
Resolutie 1502 van 26 augustus
Nam stappen om het personeel van VN-operaties te beschermen tegen geweld.
Resolutie 1503 van 28 augustus
Riep de bij het Joegoslaviëtribunaal en het Rwandatribunaal betrokken landen op tot medewerking.
Resolutie 1504 van 4 september
Aanstelling openbaar aanklager van het Joegoslaviëtribunaal.
Resolutie 1505 van 4 september
Aanstelling openbaar aanklager van het Rwandatribunaal.
Resolutie 1506 van 12 september
Beëindigde de sancties tegen Libië.
Resolutie 1507 van 12 september
Verlengde de waarnemingsmissie in Ethiopië en Eritrea tot 15 maart 2004.
Resolutie 1508 van 19 september
Verlengde de vredesmacht in Sierra Leone met 6 maanden.
Resolutie 1509 van 19 september
Richtte de vredesmissie in Liberia op.
Resolutie 1510 van 13 oktober
Autoriseerde de bijstandsmissie in Afghanistan om buiten Kabul te opereren en verlengde ze met 12 maanden.
Resolutie 1511 van 16 oktober
Veroordeelde verschillende terreuraanslagen in Irak.
Resolutie 1512 van 27 oktober
Amendeerde de statuten van het Rwandatribunaal.
Resolutie 1513 van 28 oktober
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 31 januari 2004.
Resolutie 1514 van 13 november
Verlengde de VN-missie in Ivoorkust tot 4 februari 2004.
Resolutie 1515 van 19 november
Steunde het plan voor een tweestatenoplossing in Israël.
Resolutie 1516 van 20 november
Veroordeelde de bomaanslagen in Turkije.
Resolutie 1517 van 24 november
Verlengde de vredesmissie in Cyprus tot 15 juni 2004.
Resolutie 1518 van 24 november
Richtte een comité op om de lijst met Iraakse personen en entiteiten waartegen sancties van kracht waren te onderhouden.
Resolutie 1519 van 16 december
Richtte een waarnemingsgroep op om schendingen van het wapenembargo tegen Somalië verder te onderzoeken.
Resolutie 1520 van 22 december
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 1521 van 22 december
Stelde nieuwe sancties in tegen Liberia.

2004 (1522-1580)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 1522 van 15 januari
Besliste dat zijn eis om Kisangani te demilitariseren niet zou gelden voor het nieuwe eenheidsleger van Congo-Kinshasa.
Resolutie 1523 van 30 januari
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 30 april.
Resolutie 1524 van 30 januari
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 30 juli.
Resolutie 1525 van 30 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met 6 maanden.
Resolutie 1526 van 30 januari
Vroeg dat alle landen maatregelen namen tegen terreurorganisaties.
Resolutie 1527 van 4 februari
Verlengde de VN-missie in Ivoorkust tot 27 februari.
Resolutie 1528 van 27 februari
Verlengde de VN-missie in Ivoorkust tot 4 april en richtte een vredesmacht op.
Resolutie 1529 van 29 februari
Autoriseerde een tijdelijke multinationale macht in Haïti.
Resolutie 1530 van 11 maart
Veroordeelde de bomaanslagen in Spanje.
Resolutie 1531 van 12 maart
Verlengde de waarnemingsmissie in Ethiopië en Eritrea tot 15 september.
Resolutie 1532 van 12 maart
Bevroor het geld dat ex-president Charles Taylor van Liberia naar het buitenland had versluisd.
Resolutie 1533 van 12 maart
Richtte een comité en een panel van experts op voor onderzoek naar schendingen van het wapenembargo tegen gewapende groepen en milities in Oost-Congo.
Resolutie 1534 van 26 maart
Vroeg de betrokken landen om betere medewerking met het Joegoslaviëtribunaal en het Rwandatribunaal.
Resolutie 1535 van 26 maart
Hervormde het Antiterrorismecomité van de Veiligheidsraad.
Resolutie 1536 van 26 maart
Verlengde de bijstandsmissie in Afghanistan met 12 maanden.
Resolutie 1537 van 30 maart
Verlengde de vredesmissie in Sierra Leone met 6 maanden.
Resolutie 1538 van 21 april
Verwelkomde het onderzoek naar corruptie in het olie-voor-voedselprogramma.
Resolutie 1539 van 22 april
Riep partijen in gewapende conflicten op het gebruik van kindsoldaten te stoppen.
Resolutie 1540 van 28 april
Verbood het steunen van niet-landen bij het verwerven van kern-, chemische-, of biowapens.
Resolutie 1541 van 29 april
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 31 oktober.
Resolutie 1542 van 30 april
Richtte de stabilisatiemacht in Haïti op.
Resolutie 1543 van 14 mei
Verlengde de vredesmissie in Oost-Timor met 6 maanden.
Resolutie 1544 van 19 mei
Riep Israël op geen Palestijnse woningen meer te slopen.
Resolutie 1545 van 21 mei
Richtte de vredesmissie in Burundi op.
Resolutie 1546 van 8 juni
Stemde op vraag van Irak zelf in met het behoud van de multinationale bezettingsmacht.
Resolutie 1547 van 11 juni
Stemde in met het sturen van een voorhoedeteam naar Soedan.
Resolutie 1548 van 11 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus tot 15 december.
Resolutie 1549 van 17 juni
Verlengde het onderzoek naar de uitvoering en schendingen van de tegen Liberia opgelegde sancties.
Resolutie 1550 van 20 juni
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 1551 van 9 juli
Stemde in met een verlenging van SFOR in Bosnië en Herzegovina met 12 maanden.
Resolutie 1552 van 27 juli
Verlengde het wapenembargo tegen de Democratische Republiek Congo en het onderzoek naar de schendingen ervan.
Resolutie 1553 van 29 juli
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met 6 maanden.
Resolutie 1554 van 29 juli
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië tot 31 januari 2005.
Resolutie 1555 van 29 juli
Breidde het mandaat van de vredesmacht in de Democratische Republiek Congo uit.
Resolutie 1556 van 30 juli
Legde een wapenembargo op tegen alle niet-overheidsentiteiten in Soedan.
Resolutie 1557 van 12 augustus
Verlengde de bijstandsmissie in Irak met 12 maanden.
Resolutie 1558 van 17 augustus
Verlengde de waarnemingsgroep die de schendingen van het wapenembargo tegen Somalië onderzocht.
Resolutie 1559 van 2 september
Oproep tot beëindiging van de bezetting van Libanon door Syrië.
Resolutie 1560 van 14 september
Verlengde de waarnemingsmissie in Ethiopië en Eritrea tot 15 maart 2005.
Resolutie 1561 van 17 september
Verlengde de vredesmissie in Liberia met een jaar.
Resolutie 1562 van 17 september
Verlengde de vredesmissie in Sierra Leone tot 30 juni 2005.
Resolutie 1563 van 17 september
Verlengde de autorisatie van de NAVO-macht in Afghanistan met een jaar.
Resolutie 1564 van 18 september
Richtte een internationale onderzoekscommissie op naar mensenrechtenschendingen in Darfur.
Resolutie 1565 van 1 oktober
Verlengde de vredesmacht in de Democratische Republiek Congo met 6 maanden en autoriseerde versterkingen.
Resolutie 1566 van 8 oktober
Richtte een werkgroep op voor maatregelen tegen terroristen.
Resolutie 1567 van 14 oktober
Weerhield een aantal nominaties voor rechter in het Joegoslaviëtribunaal.
Resolutie 1568 van 22 oktober
Verlengde de vredesmissie in Cyprus tot 15 juni 2005.
Resolutie 1569 van 26 oktober
Besliste een aantal vergaderingen in Nairobi te houden.
Resolutie 1570 van 28 oktober
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara tot 30 april 2005.
Resolutie 1571 van 4 november
Vastlegging datum voor de verkiezing van een nieuwe rechter voor het Internationaal Gerechtshof.
Resolutie 1572 van 15 november
Legde sancties op tegen Ivoorkust.
Resolutie 1573 van 16 november
Verlengde de vredesmissie in Oost-Timor een laatste keer met 6 maanden.
Resolutie 1574 van 19 november
Verlengde de voorhoedemissie in Soedan met 3 maanden.
Resolutie 1575 van 22 november
Autoriseerde de Europese vredesmissie in Bosnië en Herzegovina voor een initiële periode van een jaar.
Resolutie 1576 van 29 november
Verlengde de stabilisatiemacht in Haïti met 6 maanden.
Resolutie 1577 van 1 december
Verlengde de vredesmissie in Burundi met 6 maanden.
Resolutie 1578 van 15 december
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met zes maanden.
Resolutie 1579 van 21 december
Verlengde de economische maatregelen tegen Liberia met 6 tot 12 maanden.
Resolutie 1580 van 22 december
Verlengde de speciale politieke missie in Guinee-Bissau met 1 jaar.

2005 (1581-1651)[bewerken | brontekst bewerken]

Resolutie 1581 van 18 januari
Stond toe dat de vertrekkende ad-litemrechters van het Joegoslaviëtribunaal hun lopende zaak afhandelden.
Resolutie 1582 van 28 januari
Verlengde de waarnemingsmissie in Georgië met 6 maanden.
Resolutie 1583 van 28 januari
Verlengde de interim VN-macht in Zuid-Libanon met 6 maanden.
Resolutie 1584 van 1 februari
Autoriseerde UNOCI en de Franse troepen om wapencontroles te doen in Ivoorkust.
Resolutie 1585 van 11 maart
Verlengde de voorhoedemissie in Soedan met 6 dagen.
Resolutie 1586 van 14 maart
Verlengde de waarnemingsmissie in Ethiopië en Eritrea met 6 maanden.
Resolutie 1587 van 15 maart
Verlengde de waarnemingsgroep die de schendingen van het wapenembargo tegen Somalië onderzocht.
Resolutie 1588 van 17 maart
Verlengde de voorhoedemissie in Soedan met 7 dagen.
Resolutie 1589 van 24 maart
Verlengde de bijstandsmissie in Afghanistan met 12 maanden.
Resolutie 1590 van 24 maart
Richtte de vredesmissie in Soedan op.
Resolutie 1591 van 29 maart
Trof sancties tegen hen die vrede in Darfur in de weg stonden.
Resolutie 1592 van 30 maart
Verlengde de vredesmacht in de Democratische Republiek Congo met 5 maanden.
Resolutie 1593 van 31 maart
Verwees de kwestie-Darfur door naar het Internationaal Strafhof.
Resolutie 1594 van 4 april
Verlengde de vredesmissie in Ivoorkust met 1 maand.
Resolutie 1595 van 7 april
Richtte een internationale onderzoekscommissie op naar de aanslag op Rafiq Hariri in Libanon.
Resolutie 1596 van 18 april
Breidde het wapenembargo in de Democratische Republiek Congo uit.
Resolutie 1597 van 20 april
Bepaalde dat de ad-litemrechters van het Joegoslaviëtribunaal herverkiesbaar waren.
Resolutie 1598 van 28 april
Verlengde de missie in de Westelijke Sahara met 6 maanden.
Resolutie 1599 van 28 april
Richtte de opvolgingsmissie in Oost-Timor op.
Resolutie 1600 van 4 mei
Verlengde de vredesmissie in Ivoorkust met 1 maand.
Resolutie 1601 van 31 mei
Verlengde de stabilisatiemacht in Haïti tot 24 juni.
Resolutie 1602 van 31 mei
Verlengde de vredesmissie in Burundi met 6 maanden.
Resolutie 1603 van 3 juni
Verlengde de vredesmissie in Ivoorkust tot 24 juni.
Resolutie 1604 van 15 juni
Verlengde de vredesmissie in Cyprus met 6 maanden.
Resolutie 1605 van 17 juni
Verlengde de waarnemingsmissie in het Midden-Oosten met 6 maanden.
Resolutie 1606 van 20 juni
Vroeg onderhandelingen tussen de VN en Burundi over aanbevelingen over het te voeren onderzoek naar onder meer de genocide die had plaatsgevonden.
Resolutie 1607 van 2