Kraamschudden

Het kraamschudden (Nedersaksisch Kroamschudd'n, kroamschudden) is in oorsprong een traditioneel kraamfeest in het oosten van Nederland om het nieuwgeboren kind welkom te heten in de nabuurschap.

Achtergrond[bewerken | brontekst bewerken]

De kraamvisite bestaat uit het aanbieden van een krentenwegge, een langwerpig krentenbrood op een plank. In de Achterhoek staat het bekend als pillewegge en in Drenthe wel als plasse. Het brood staat symbool voor de opname van het nieuwgeboren kind binnen de noaberschap, een traditionele vorm van burenhulp.^[1] Daarnaast kan de traditionele kraamvisite plaatsvinden binnen in het kader van een carnavalstraditie.^[2]^[3]

Het kraamschudden zelf moest binnen tien dagen plaatsvinden. Het bezoek kan naast brood, boter, koek, bloedwijn, koekjes enzovoorts meebrengen.^[4] Door de vrouwen werd soms gezongen: "Wij vrouwen rijk en arm, wij komen hier met de kromme arm". Uit Vaassen, Gorssel en Hall zijn verhalen bekend dat er wel kleine klompjes in het brood werden meegebakken.^[5] De gebruikelijke lengte van het brood is circa anderhalf meter, hoewel het is voorgekomen dat zo'n brood zes meter lang was. Het is onbekend hoe oud deze traditie is, vroege vermeldingen stammen uit de 19e eeuw.^[6]^[7]