Dinant

Dinant
Stad in België Vlag van België
Dinant (België)
Dinant
Geografie
Gewest Vlag Wallonië Wallonië
Provincie Vlag Namen (provincie) Namen
Arrondissement Dinant
Oppervlakte
– Onbebouwd
– Woongebied
– Andere
100,05 km² (2021)
87,54%
3,77%
8,69%
Coördinaten 50° 16' NB, 4° 55' OL
Bevolking (bron: Statbel)
Inwoners
– Mannen
– Vrouwen
– Bevolkingsdichtheid
13.296 (01/01/2023)
49,01%
50,99%
132,9 inw./km²
Leeftijdsopbouw
0-17 jaar
18-64 jaar
65 jaar en ouder
(01/01/2023)
18,37%
58,98%
22,65%
Buitenlanders 5,84% (01/01/2022)
Politiek en bestuur
Burgemeester Thierry Bodlet (ID!)
Bestuur ID!, DINANT, Din. Autrement
Zetels
ID!
LDB
DINANT
Din. Autrement
23
9
9
3
2
Economie
Gemiddeld inkomen 17.148 euro/inw. (2020)
Werkloosheidsgraad 15,68% (jan. 2019)
Overige informatie
Postcode
5500
5500
5500
5500
5500
5500
5500
5501
5502
5503
5504
Deelgemeente
Dinant
Anseremme
Bouvignes-sur-Meuse
Dréhance
Falmagne
Falmignoul
Furfooz
Lisogne
Thynes
Sorinnes
Foy-Notre-Dame
Zonenummer 082
NIS-code 91034
Politiezone Haute-Meuse
Hulpverleningszone DINAPHI
Website www.dinant.be
Detailkaart
ligging binnen het arrondissement Dinant
in de provincie Namen
Foto's
Portaal  Portaalicoon   België

Dinant is een stad en gemeente in de Belgische provincie Namen. De stad ligt aan de rivier de Maas. Dinant telt ruim 13.000 inwoners op een totale oppervlakte van 99,80 km².

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

Dinant in 1649 door J. Blaeu

De Maasvallei was in de prehistorie bewoond. In grotten en onder overhangen rond Dinant zijn tal van menselijke sporen aangetroffen. Een kaakbeen gevonden door Édouard Dupont in de grot van La Naulette was het eerste fossiel dat we kennen van een neanderthaler. Hoewel die classificatie toen nog niet gemaakt werd, weekte het stuk groot debat los en wordt het beschouwd als het eerste anatomische bewijs voor de evolutie van de mens. Ook uit de steentijd zijn er sporen van menselijk leven opgegraven in Dinant.

De Kelten gaven de stad haar naam: deuos-nanto betekent "goddelijke vallei". De Romeinen legden ten zuiden van de zogenaamde Via Belgica een heerweg aan die Bavay met Trier verbond via Dinant.[1] Hij is nog steeds perfect herkenbaar. Volgens de christelijke overlevering was het Maternus, bisschop van Trier, Keulen en Tongeren, die in de vroege 4e eeuw een eerste kerk oprichtte in Dinant. In de 6e eeuw stond bisschop Monulfus bekend als zoon van een Dinantees en zijn opvolger Perpetuus, de stadspatroon, zou er hebben verbleven en de Sint-Vincentiuskerk hebben gesticht. In de Merovingische tijd was er dus al een vicus, waarschijnlijk een verzameling later aaneengegroeide woonkernen.

De prille stad, waar de metaalbewerking floreerde en al in 824 een brug is gedocumenteerd, kreeg te maken met de Noormannen. De Deling van het Frankische Rijk liet Dinant in een ambigu statuut. Na het Verdrag van Meerssen (870) hadden zowel de graven van Namen als de bisschoppen van Luik (beiden nog zonder vaste residentie) rechten over de stad, die dus niet exclusief bij West-Francië of Oost-Francië was ingedeeld. De bisschoppen installeerden er in 938 een kapittel, bekwamen in 955 rechten van muntslagerij en tolheffing, en bouwden rond 1040 op de rots boven de stad een kasteel. Hun doortastendheid werd in 1070 bekroond toen Keizer Hendrik IV Dinant grotendeels onder zijn controle bracht. Dinant ging behoren tot de Goede Steden van het prinsbisdom Luik, de tweede in belang. De stad stond bekend om zijn koperslagers, wat tot de belangrijkste beroepen van die tijd behoorde. Dinanderie was een begrip in Europa. Zinkerts werd aangevoerd langs de Maas uit Kelmis en werd met koper verwerkt tot messing. In het Museum Vieille Montagne in Kelmis komt de geschiedenis van de winning en deze handel aan bod.

Lezenaar (1370) van de dinandier Jean Josès in de Onze-Lieve-Vrouwebasiliek van Tongeren

Het ging Dinant economisch voor de wind en in 1080 kreeg het een stenen brug. De stad lag aan de belangrijke handelsroute die van Keulen naar Parijs liep en werd lid van het Hanzeverbond (de enige Hanzestad op Belgisch grondgebied). Door zijn rijkdom en strategische ligging aan de Maas is er menigmaal om Dinant gestreden. Het was de hoofdplaats van het kwartier van Amont van het prinsbisdom Luik. Dit gebied omvatte naast de stad Dinant grotendeels dorpen en territoria van het prinsbisdom beneden de Lesse, waaronder het graafschap Rochefort. Dinant was vlakbij vijandig gebied gelegen, want aan de overkant lag aartsrivaal Bouvignes, dat behoorde tot het graafschap Namen en vooral een industriële concurrent was. Het kwam dan ook vaak tot schermutselingen met deze stad. Ten noorden van Dinant was bovendien het grafelijke kasteel Poilvache en de daarbij horende stad gelegen, eveneens in het graafschap Namen. Voortdurend dreigde het gevaar voor een noordelijke inval op Dinant, dat in de 13e eeuw een beschermende ommuring bouwde die ook het stroomopwaartse Île des Batteurs omvatte. In 1430 wist Luik het kasteel Poilvache en de nabijgelegen stad van de kaart te vegen.

Na een opstand in het kader van de Luiks-Bourgondische Oorlogen lieten hertog Filips de Goede en zijn zoon Karel de Stoute in 1466 de stad plunderen en verwoesten. Karel de Stoute gaf het bevel om het gilde van koperslagers uit te roeien en ze daartoe twee aan twee geboeid in de Maas te werpen. 800 bewoners van de stad vonden daardoor de dood en de stad werd systematisch met de grond gelijkgemaakt. De koperslagers die aan de slachting wisten te ontkomen, verspreidden zich en brachten hun kennis naar andere steden. Pas na Karels dood in 1477 kon een begin worden gemaakt met de reconstructie. De stad kwam opnieuw tot bloei, zij het op een lager pitje.

Dinant zag geregeld Franse invasielegers. Koning Hendrik II nam de stad in 1554 na een beschieting. Langduriger was de inname door maarschalk François de Créquy in 1675: koning Lodewijk XIV kwam dat jaar zijn nieuwe bezit inspecteren, liet de citadel versterken door Vauban en zorgde in 1683 voor een nieuwe brug. Door de Vrede van Rijswijk (1698) kwam Dinant weer toe aan Luik. Bij hun aftocht in 1703 bliezen de Fransen brug en citadel op. In de jaren die volgden kende Dinant rellen en hongersnood. Pas in 1716 was er opnieuw een vaste oeververbinding. De heropbouw van de citadel duurde tot de Nederlandse tijd (1817-1821).

In de 19e eeuw was dinanderie uit de mode geraakt. De economie heroriënteerde zich op leerlooien en het vervaardigen van speelkaarten, en ook de couques de Dinant verschenen in deze periode. Kunstenaars zoals George Clarkson Stanfield en William Turner maakten er diverse landschappen en baanden de weg voor het toerisme. De Colonie d'Anseremme bracht vanaf de jaren 1860 in de zomers een heuse kunstenaarsgroep bijeen aan de monding van de Lesse.

Van 15 tot en met 22 augustus 1914 werd het naar het zuiden oprukkende Duitse leger bij Dinant gestuit door Franse troepen. De gevechten waren hevig – onder meer luitenant Charles de Gaulle werd gewond afgevoerd. Na het uitschakelen van de Franse weerstand executeerden de Duitsers op 23 augustus 1914 in totaal 674 inwoners van Dinant. Onder deze "franc-tireurs" waren 26 mannen tussen 65 en 75 jaar, 76 vrouwen, en 37 kinderen, met inbegrip van de drie weken oude Félix Fivet. Alice Colin schreef hierover het boek Le sac de Dinant en 1914.[2] Dinant raakte voor 80% verwoest. Door deze wreedheden tegen haar burgerbevolking behoort Dinant tot de zeven Belgische martelaarsteden.

In de Tweede Wereldoorlog werd er opnieuw gevochten. Op 12 mei 1940 werd de brug over de Maas net vóór de aankomst van Erwin Rommel opgeblazen. Niettemin wisten de Duitse tanks tijdens een driedaagse strijd tegen Franse regimenten de linkeroever te bereiken en een doorbraak te forceren in de Slag om Frankrijk. Op 7 september 1944 werd de stad bevrijd door de Amerikanen.

Kernen[bewerken | brontekst bewerken]

Deelgemeenten[bewerken | brontekst bewerken]

# Naam Opp.
(km²)
Inwoners
(2020)
Inwoners
per km²
NIS-code
1 Dinant 21,21 7.649 361 91034A
2 Dréhance 4,27 313 73 91034A1
3 Anseremme 6,80 1.379 203 91034A2
4 Bouvignes-sur-Meuse 4,95 759 153 91034A5
5 Lisogne 9,16 829 90 91034B
6 Thynes 8,31 415 50 91034C
7 Sorinnes 18,26 875 48 91034D
8 Foy-Notre-Dame 3,98 155 39 91034E
9 Furfooz 6,79 187 28 91034F
10 Falmagne 9,56 319 33 91034G
11 Falmignoul 6,76 492 73 91034H

Andere kernen[bewerken | brontekst bewerken]

In Dinant liggen nog de wijken (en parochies) Les Rivages, Saint-Paul, Leffe en Neffe, dat op de grens met Anseremme ligt.

Bouvignies, Dinant zelf en Anseremme liggen in de vallei van de Maas, waar te Anseremme de Lesse in uitmondt. De andere dorpjes zijn hoger gelegen, ten oosten van de Maasvallei.

Bezienswaardigheden[bewerken | brontekst bewerken]

Enkele uitbeeldingen van saxofoons in Dinant
2019 Panorama Dinant
Zicht van Dinant en de Maas door Pierre Tetar van Elven

Culinaire specialiteiten[bewerken | brontekst bewerken]

Demografische ontwikkeling[bewerken | brontekst bewerken]

Demografische evolutie voor de fusie[bewerken | brontekst bewerken]

  • Bronnen:NIS, Opm:1831 tot en met 1970=volkstellingen
  • 1920: Daling als gevolg van Duitse oorlogsmisdaden in 1914
  • 1970: Aanhechting van Anseremme, Bouvignes en Dréhance in 1965

Demografische evolutie van de fusiegemeente[bewerken | brontekst bewerken]

Alle historische gegevens hebben betrekking op de huidige gemeente, inclusief deelgemeenten, zoals ontstaan na de fusie van 1 januari 1977.

  • Bronnen:NIS, Opm:1831 tot en met 1981=volkstellingen; 1990 en later= inwonertal op 1 januari
Inwoners van jaar tot jaar op 1 januari - 1992 tot heden
Jaar Aantal[3]
1992 12.301
1993 12.461
1994 12.564
1995 12.615
1996 12.520
1997 12.590
1998 12.598
1999 12.661
2000 12.735
2001 12.756
2002 12.763
2003 12.802
2004 12.719
2005 12.907
2006 13.012
2007 13.143
2008 13.184
2009 13.193
2010 13.317
2011 13.520
2012 13.584
2013 13.668
2014 13.551
2015 13.555
2016 13.494
2017 13.568
2018 13.544
2019 13.451
2020 13.374
2021 13.300
2022 13.313
2023 13.296
2024
2025
2026
2027
2028
2029
2030

Politiek[bewerken | brontekst bewerken]

Burgemeesters[bewerken | brontekst bewerken]

Resultaten gemeenteraadsverkiezingen sinds 1976[bewerken | brontekst bewerken]

Partij 10-10-1976[4] 10-10-1982 9-10-1988 9-10-1994 8-10-2000 8-10-2006[5] 14-10-2012[6] 14-10-2018
Stemmen / Zetels % 23 % 23 % 23 % 23 % 23 % 23 % 23 % 23
UNIONA / PRL-I1 / PRL2 / LDB3 41,69A 10 67,72A 17 29,541 7 21,012 5 18,132 4 54,493 14 55,023 15 35,233 9
UNIONA / PSC1 / CDH2 / D+ CDH3 / ID!B 35,561 8 32,721 8 40,081 12 21,252 4 19,73 4 36,24B 9
ECOLO2 / ID!B - - - - 5,73 0 - 7,98 1
PS1 / Osons2 / Din. Autrement3 26,871 6 27,891 6 34,91 8 22,481 5 20,741 5 21,951 5 15,142 3 10,253 2
DINANT - - - - - - - 14,31 3
E.N.S. - - - 20,36 5 9,23 2 - - -
LNC 31,44 7 - - - - - - -
Anderen(*) - 4,39 0 - 3,43 0 6,08 0 2,31 0 2,15 0 3,97 0
Totaal stemmen 8227 8299 8277 8466 8698 9171 9031 9148
Opkomst % 92,81 91,77 91,66 93,06 87,43 87,77
Blanco en ongeldig % 2,88 5 6,37 5,89 8,32 5,75 6,77 8,52

(*) 1982: ALTER (4,39%) / 1994: FN (3,43%) / 2000: MDC (6,08%) / 2006: FNB (2,31) / 2012: Parti Populaire (2,15%) / 2018: J'existe (3,97%)
De zetels van de bestuursmeerderheid worden vet aangegeven. De grootste partij is in kleur.

Verkeer en vervoer[bewerken | brontekst bewerken]

Autoverkeer[bewerken | brontekst bewerken]

Dinant ligt zo'n 10 km ten westen van de E411, de autosnelweg Brussel-Luxemburg. Via de N97 is Dinant naar het oosten deze weg en Ciney verbonden, alsmede met Philippeville in het westen. De N97 kruist via het Viaduc Charlemagne, het hoogste wegviaduct van België de Maas. De N94 verbindt Dinant met de N97.

Langs de Maas ligt op de linkeroever de N96, richting Namen en Givet. Op de rechteroever liggen de N92, N95 en N95a.

De Charles de Gaullebrug in de N936 uit 1953 is enige verkeersbrug die de linker- en rechteroever van de stad met elkaar verbindt.

Vanwege het toerisme is de parkeerdruk in het centrum hoog.[7]

Openbaar vervoer[bewerken | brontekst bewerken]

Spoorwegen[bewerken | brontekst bewerken]

Het station Dinant ontsluit Dinant via spoorlijn 154 naar Namen en naar het zuidoosten van België. De rechtstreekse spoorverbinding met Frankrijk is in 1988 voor reizigers opgeheven. Het station ligt op de linkeroever van de Maas, tegenover het centrum.

Bus[bewerken | brontekst bewerken]

De TEC ontsluit Dinant met lijnen richting Givet (Frankrijk), Beauraing, Ciney en Spontin. Het busstation bevindt zich bij het treinstation, maar alle lijnen (behalve die naar Givet) komen ook door het centrum op de rechteroever.

Bezienswaardigheid op OV-gebied is de Rots Bayard, zo'n 1,5 km ten zuiden van het centrum op de rechteroever, waar buslijn 25 vanuit Beauraing door een slechts 2,70m brede, uit de rots gehouwen spleet rijdt.

Kabelbaan[bewerken | brontekst bewerken]

De Kabelbaan van Dinant uit 1956, gerenoveerd in 1997, verbindt de binnenstad met de citadel en heeft een hoogteverschil van zo'n 150m.[8]

Vanwege de hoge parkeerdruk in het centrum, had de gemeente het plan een tweede kabelbaan openen, ter hoogte van het Plateau Mont-Fat (rechteroever, ten zuiden van de Citadel), waar een parkeerplaats voor auto's en touringcars, alsmede een vakantiepark zou komen.[7] Het lukte echter niet de benodigde subsidie uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling te krijgen.[9] Op deze locatie bevinden zich de resten van een oudere stoeltjeslift, die 1954 tot 2002 toeristen naar het fort van Mont-Fort bracht.[10]

Scheepvaart[bewerken | brontekst bewerken]

Dinant kent geen goederenhaven van betekenis.

Langs de rechteroever bevinden zich een jachthaven, bootverhuur en aanlegsteigers voor rondvaartboten en cruiseschepen over de Maas.

Bekende inwoners van Dinant[bewerken | brontekst bewerken]

Geboren[bewerken | brontekst bewerken]

Trivia[bewerken | brontekst bewerken]

  • De bijnaam van de inwoners van Dinant is Copères, afgeleid van koper, naar aanleiding van het hoge niveau van de koperbewerkers in Dinant. Dit gaat zover dat de kunst van het vervaardigen van (complexe) objecten van koper dinanderie wordt genoemd.
  • Patroonheilige van Dinant is Perpetuus. Zijn feestdag valt op 4 november.

Galerij[bewerken | brontekst bewerken]

Aangrenzende gemeenten[bewerken | brontekst bewerken]

   Aangrenzende gemeenten   
 Anhée       Yvoir        
           
 Onhaye   Ciney 
           
 Hastière       Houyet        

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]

Bronnen[bewerken | brontekst bewerken]

  • La Belgique et l'Allemagne, in 1915 uitgegeven door Hachette et Cie. te Parijs, onder auspiciën van Henri Davignon, Belgié's minister van buitenlandse zaken in Londen. Een degelijke, ordelijke en juridisch getinte studie over schendingen van het volkenrecht door het Duitse leger in België, in augustus en september 1914.
  • De Grote Oorlog toen en nu, W.O. I in monumenten en begraafplaatsen, door Staf Schoeters. Uitgegeven in 2011 door Davidsfonds Uitgeverij NV te Leuven (België). ISBN 978 90 5826 824 2.

Literatuur[bewerken | brontekst bewerken]

  • Édouard Gérard, Histoire de la ville de Dinant, 1936 (heruitgave 1988)
  • Pascal Saint-Amand, Dinant, un joyau du patrimoine mosan. 2009, 60 p.

Externe link[bewerken | brontekst bewerken]

Zie de categorie Dinant van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.